1/99
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Een verbintenis
verbintenis is een rechtsband tussen twee of meer personen op grond waarvan de ene persoon (schuldeiser) van de andere persoon (schuldenaar) in rechte de uitvoering van een (in geld waarneembare) prestatie mag eisen art. 5.1 BW
Actiefzijde
de zijde van het recht - rechtssubject schuldeiser
passiefzijde
de zijde van de verbintenis - schuldenaar
synoniem verbintenis
juridisch afdwingbare verplichting
vorderingsrecht
persoonlijk recht
schuldvordering
bronnen van verbintenissen
wet, contract, algemeen rechtsbeginsel
rechtshandelijng; oneigenlijk contract, buitencontr aanspr of wet
2 categorieën van rechtssubjecten
natuurlijke personen
rechtspersonen
dier NIET
Persoonlijk recht
rechtsband tussen rechtssubjecten
inter partes uitz: derdemedeplichtigheid
zakelijk recht
rechtsband tussen rechtssubject en een rechtsobject
erga omnes
zakelijke rechten limitatief opgesomd
eigendom
mede-eigendom
zakelijke gebruiksrechten (erfienstbaarheden, vruchtgebruik, erfpacht, opstal)
zakelijke zekerheidsrechten ( pand,hypotheek, retentierecht)
numerus clausus-beginsel
rechtshandelingen
handelingen die ertoe strekken rechtsgevolgen te doen ontstaan
inspanningsverbintenis
+ middelenverbintenis
alle zorg verstrekken die eigen is aan een voorzichtig en redelijk persoon om een bepaald resultaat te bereiken. Het bewijs van de fout van de schuldenaar rust op de schuldeiser
resultaatsverbintenis
verplicht de schuldenaar om een bepaald resultaat te bereiken. Fout van de schuldenaar vermoed, tenzij overmacht wordt aangetoond
vb. Bouwen van huis
verbintenis om iets te geven
zakelijk recht te vestigen of over te dragen
altijd een resultaatsverbintenis in hoofde van de schuldenaar
leer van het consensualisme
verbintenis om iets te doen
om een materiële handeling te stellen
vb. aanneming, lastgeving, bewaargeving
afhankelijk van de gemeenschappelijke bedoeling inspannings of resultaats - werkelijke wil achterhalen
verbintenis om iets niet te doen
verbintenis die een onthoudingsplicht in hoofde van de schuldenaar doet ontstaan
vb. vertrouwelijkheidsverplichting of niet-concurrentiebeding
resultaatsverplichting
eenzijdige rechtshandeling
wil van één partij
meerzijdige rechtshandeling
wil van twee of meer partijen
synoniem voor overeenkomsten of contracten
Boek 1 Burgerlijk Wetboek
Algemene bepalingen
Boek 2 Burgerlijk Wetboek
personen, familie en relatievermogensrecht
Boek 3 Burgerlijk Wetboek
Goederen
Boek 4 Burgerlijk Wetboek
Nalatenschappen, schenkingen en testamenten
Boek 5 Burgerlijk Wetboek
Verbintenissen
Boek 6 Burgerlijk Wetboek
Buitencontractuele aansprakelijkheid
Boek 7 Burgerlijk Wetboek
Bijzondere overeenkomsten
Boek 8 Burgerlijk Wetboek
Bewijs
Boek 9 Burgerlijk Wetboek
Zekerheden
Boek 10 Burgerlijk Wetboek
Verjaring
benoemde contracten
contracten die onderworpen zijn aan bijzondere regels in of buiten het burgerlijk wetboek. - meest gebruikte contracten
(Oud BW)
absorptieleer
regels van toepassing op de voornaamste component van het contract, meteen van toepassing op het gehele contract
- hoofdzaak volgt bijzaak
combinatieleer
theorie die de diverse componenten van het contract afzonderlijk houdt, en elk onderwerp aan hun eigen regime
consensualisme
behoudens anders bepaald, komen contracten dus consensueel tot stand
- loutere wilsovereenstemming
- zonder vormvereiste
waarom vormelijke contracten
contracten die de wetgever niet als gebruikelijk beschouwd, via vormvereiste bewust maken van rechtshandeling die gesteld wordt
vormelijke contracten voorbeelden:
schenking; handgift
hypotheekcontract
huwelijkscontracten
wanneer is een contract zakelijk
wanneer zijn totstandkoming onderworpen is aan de overhandiging van een voorwerp door een partij aan een andere
voorbeelden zakelijke contracten
bewaargeving
verbruiklening
geldlening
bruikleen
wederkerig contract
partijen zijn over en weer jegens elkaar verbonden
- meerzijdige rechtshandeling
- ontbinding wegens niet nakoming
eenzijdig contract
wnr partij verbonden is jegens een adere zonder enige verbintenis voor de laatstgenoemde
- meerzijdige rechtshandeling
- uitdrukkelijk ontbindend beding
voorbeelden van eenzijdige contracten
bruikleen
lening op interest
schenking
bewaargeving onder kostloze titel
lastgeving om niet
wederkerige contracten
koop
huur
bezoldigde bewaargeving
onvolmaakt wederkerige contracten
bij aanvang eenzijdig, tijdens de uitvoering ontstond verbintenis ten laste van de partij die er oorspronkelijk geen had
contract onder bezwarende titel
voordeel voor elke partij
contract ten kosteloze titel
voordeel voor slechts één partij
voorbeeld contract ten kosteloze titel
schenking
bruikleen
bewaargeving
vergeldend contract
bij totstandkoming worden prestaties als gelijkwaardig beschouwd
kanscontract
gelijkwaardigheid van de wederkerige prestaties waartoe de partijen zich verbonden hebben, onzeker doordat het bestaan of de omvang van een van de prestaties afhangt van een onzekere gebeurtenis
niet vatbaar voor vernietiging op grond van benadeling
voorbeelden van kanscontracten
verzekeringscontract
koop op lijfrente
spelcontract
koop op lijfrente
koper verbind zich ertoe een periodieke vergoeding te betalen aan de verkoper voor de rest van diens leven
boek 5 heeft eerbiedigende werking
De toekomstige rechtsgevolgen van eerdere rechtshandelingen en rechtsfeiten blijven dus aan het oude recht onderworpen, tenzij indien partijen anders bedingen.
een buitencontractuele verbintenis kan ontstaan van zodra
een persoon wilsbekwaamheid heeft.
patroonsverklaring
afgezwakte vorm van borgstelling
niet per se bindende kracht
fr: letter of comfort
natuurlijke verbintenis
juridisch bindend voor de partijen, maar ze kunnen niet in rechte worden afgedwongen
bronnen van verbintenissen
uit een rechtshandeling
uit een oneigenlijk contract
uit de buitencontractuele aansprakelijkheid
uit de wet (quasi-delicten)
Hiërarchie van toepasselijk recht
1. dwingend recht en openbare orde
2. Contractuele clausules
3. Suppletieve wettelijke bepalingen uit het bijzondere contractenrecht
4. Suppletieve regels uit het gemeen verbintenissenrecht
voorbeelden onbenoemde contracten
sponsoringcontract
franchisecontract
factoringcontract
essentiele elementen van een contract
alle elementen die vanuit de aard van het contract het voorwerp moeten uitmaken
substantiele elementen van een contract
alle elementen waaraan partijen een doorslaggevende betekenis toegekend hebben
schenking is een (1/3) contract:
vormelijk contract
- komt pas tot stand door verlijden van authentieke akte tussen de partijen
handgift is een
meerzijdige rechtshandeling om niet - zakelijk contract
subjectief plechtige contracten
contracten door partijen die contractueel afweken van het formele consensualisme
lening op interest is een
eenzijdig contract
zakelijk en onder bezwarende titel
pand en hypotheekcontracten zijn x maar toch y want z
pand en hypotheekcontracten zijn eenzijdige contracten maar toch onder bezwarende titel want ze staan doorgaans tegenover het toekennen van een lening of krediet waarvan ze de nakoming waarborgen
raamcontract
contract waarbij de partijene de algemene principes overeenkomen waarbinnen zij later uitvoeringscontracten zullen sluiten
- kader voor latere individuele contracten
Het aleatoir karakter van een contract
Het aleatoir karakter van een contract betekent dat de prestatie of tegenprestatie onzeker is en afhangt van een onzekere toekomstige gebeurtenis. Dit komt vaak voor bij overeenkomsten zoals verzekeringen of kanscontracten, waar de exacte verplichtingen pas duidelijk worden door een externe factor.
accesoir contract
een contract waarvan het geldige bestaan, de overdracht en het tenietgaan afhankelijk zijn van het geldige bestaan, de overdracht of het tenietgaan van een ander contract - het hoofdcontract
persoonlijke zekerheid
breidt het verhaalsvermogen van de schuldeiser uit door hem toe te laten een schuldvordering ten uitvoer te leggen op het vermogen van een derde (niet-schuldenaar)
zakelijke zekerheidsrechten
versterken het verhaalsrecht van de schuldeiser op een of meer goederen door aan de schuldeiser een recht van voorrang toe te kennen op de verkoopopbrengst van die goederen in geval van gedwongen tenuitvoerlegging
pand, hypotheek en retentierecht
contract intuitu personae
gesloten omwille van de persoon of persoonlijke kwaliteiten van de persoon van de medecontractant
oordelen vanuit gemeenschappelijke bedoelingen
-niet overdraagbaar
-dwaling omtrent de persoon hier gezien als hoofddwaling
-plaatsvervulling niet aan de orde
maatschap
contract waarbij twee of meer personen zich verbinden om hun inbrengen in gemeenschap te brengen, met het oogmerk aan haar vennoten een rechtstreeks of onrechtstreeks vermogensvoordeel uit te keren of te bezorgen
4:1 WVV
aflopend contract
contract dat door een eenmalige prestatie is uitgevoerd
vb. Koopcontract
duurcontract
vergt opeenvolgende, periodieke prestaties vanwege één of beide contractpartijen
vb. Huur
contact van onbepaalde duur
contract zonder uitdovende tijdsbepaling - maximale duurtijd 99 jaar
x opzegbaar
toetredingscontract
contract dat vooraf eenzijdig is opgesteld door de ene partij
en waarbij de andere geen invloed heeft op de inhoud ervan
vooral B2C vb. energievoorziening, publiek transport..
verschil tussen opzeggingsbeding en een schadebeding
1 een schadebeding leidt niet noodzakelijk tot de beëindiging van het contract maar wel tot een (secundaire) verplichting tot schadevergoeding
2 een schadebeding vindt enkel toepassing in geval van contractuele wanprestatie, terwijl een opzeggingsbeding losstaat van enige wanprestatie
alemeen rechtsbeginsel dat de eenzijdige opzegging van een contract van onbepaalde duur staaft
niemand kan ten eeuwigen dage gebonden zijn
- privaatrechtelijk verbod van slavernij
waarom is een domeinconcessie ten allen tijde opzegbaar
om redenen van algemeen belang
waarom is een medisch contract ten allen tijde opzegbaar
want aantasting van de fysieke integriteit - inbreuk op de grondrechten
beste voorbeeld opzegbaarheid op grond van een wettelijke bepaling
artikel 1794 oud BW
opzegbaarheid van aanneming
materieel consensualisme
vrijheid om de inhoud van het contract te bepalen
staat gelijk met de wilsautonomie, of ook wel contractvrijheid genoemd.
formeel consensualisme
principe dat een contract tot stand komt door loutere wilsovereenstemming tussen partijen (formele dimensie)
belangrijk onderscheid tussen goederenrecht en verbintenissenrecht met andere woorden, tussen persoonlijke en zakelijke rechten
materieel consensueel - niet mogelijk bij zakelijke rechten want numerus clausus
Suppletieve karakter van regels uit het BW
Het suppletieve karakter van de regels uit het Burgerlijk Wetboek (BW) betekent dat deze regels slechts van toepassing zijn als partijen zelf niets anders hebben afgesproken. Suppletieve regels vullen dus de leemtes in overeenkomsten of rechtsverhoudingen op wanneer partijen geen specifieke afspraken hebben gemaakt.
Feitelijke contractsdwang
wanneer een persoon in feite geen andere mogelijkheid heeft dan een contract te sluiten indien hij aan de minimale levensstandaard wil beantwoorden
vb. watercontract
juridische contractsdwang
juridisch verplicht om een contract te sluiten
vb. burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering wanneer men een voertuig in het verkeer brengt
wet van 10 mei 2007
regelt gevallen waarin discriminatie verboden is
discriminatie: ongeoorloofd verschil in behandeling
vb. Ook een verzekering voor een 18 jarige jongeman
weigering om een contract te sluiten kan rechtsmisbruik uitmaken wanneer
het gebruik van de vrijheid om geen contract af te sluiten wordt uitgeoefend op een manier die kennelijk de grenzen van de normale uitoefening van die vrijheid door een bedachtzaam en zorgvuldig persoon te buiten gaat
regels van dwingend recht zijn
regels waarvan men niet contractueel mag afwijken ter bescherming van een door de wet zwakker geachte contractspartij
regels van openbare orde mag men ook
niet van afwijken om niet te raken aan de 'wezenlijke belangen van de staat of van de gemeenschap'
klassieke voorbeelden van regels van openbare orde in het verbintenissenrecht
1. tienjarige aansprakelijkheid van de aannemer en de architect
Art. 1792 oud BW
2. Gerechtelijke termijnen van respijt
Art. 5.201 BW
er kan slecht spraken zijn van wetsontduiking wanneer
1. de regels van dwingend recht zijn
2. partijen de dwingende regel proberen te ontgaan door gebruik te maken van een rechtsfiguur die het verboden resultaat indirect bewerkstelligt
3. Indien het ontduikinsopzet kan worden aangetoond of blijkt uit de omstandigheden
fundamenteel onderscheid in de goede trouw
subjectieve en objectieve
subjectieve goede trouw
peilt naar de kennis die een bepaalde persoon heeft of geacht wordt te hebben van een bepaald feit en waaraan het recht bepaalde gevolgen verbindt.
normatieve kennis van de derde
houdt in dat de derde misschien geen kennis had van bepaalde feiten, maar wel kennis behoorde te hebben van die feiten.
objectieve goed trouw
legt een gedragsregel op aan partijen. Verweven doorgeen drie functies:
1. Het aanvullen van de contractueel rechten en plichten van de partijen met elementen die ze niet uitdrukkelijk noch stilzwijgend hebben bedongen
2 De verplichtingen die gelden in het kader van de uitoefening van rechten en verplichtingen (matigende werking) = contractuele toepassing van het verbod van rechtsmisbruik
3. de rol die ze speelt bij de interpretatie van contracten, en dus de draagwijdte van de daaruit voortvloeiende rechten en verplichtingen (interpretatieve werking)
handeling zonder enig legitiem motief
Oudste geval van rechtsmisbruik: uitoefenen van een recht met de enkele bedoeling om aan een derde schade toe te brengen
rechtsverwerking
vanuit de rechtspraak ontwikkelde rechtsfiguur waarbij de titularis van een recht het recht verliest om dit uit te oefenen wanneer hij een houding anneemt die objectief onverenigbaar is met de uitoefening ervan
interpratie van een contract
om de draagwijdte na te gaan, slechts aan de orde waneer de bewoordingen niet voldoende duidelijk zijn.
subsediaire interpretatieregel bij betwijfelbare gemeenschappelijke bedoelingen
beding wordt uitgelegd ten nadele van de begunstigde ervan
interpretatie pro consumentis
in B2C verhoudingen geld een afzonderlijke interpretatieregel:
contract met een consument wordt uitgelegd overeenkomstig artikel. VI.37 WER
toepassing hiervan in boek 5 met de toetredingscontracten: uitgelegd ten nadele van diegen die het heeft uitgelegd
toetredingscontract
Een toetredingscontract (of adhesiecontract) is een overeenkomst waarbij de ene partij (meestal een consument of een zwakkere contractspartij) zonder onderhandelingsmogelijkheid moet instemmen met de voorwaarden die door de andere partij (meestal een sterke partij, zoals een bedrijf of instelling) zijn opgesteld. Dit type contract wordt vaak gebruikt bij standaardovereenkomsten.
recht tussen twee vuren tijdens onderhandelingsperiode
enerzijds: behouden de partijen tijdens de onderhandelingen hun contractvrijheid
anderzijds: verplichtingen om zich tijdens de onderhandelingen niet onrechtmatig te gedragen