1/37
Bachelor Rechten | Jaar 1 | H3 - Volksvertegenwoordiging en regering | Boek: Nederlands recht begrepen 6de druk
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
Staat
Een samenleving van mensen die wonen op een bepaald stuk grond waar bepaalde rechtsregels gelden, die zo nodig door dwang kunnen worden gehandhaafd.
Typische kenmerken van een staat
Grondgebied
Inwoners
Bepaalde vorm van overheidsgezag
Grondgebied
Het meest tastbare kenmerk van een staat. Vastgesteld in internationale verdragen met buurlanden.
Hierbij behoren ook de ‘territoriale wateren’ en de lucht boven het grondgebied.
Regels ‘territoriale wateren’ en 'vliegtuig grens'
Regels voor het gebruik hiervan moeten bijvoorbeeld in internationale verdragen worden vastgelegd door de aangrenzende staten.
Staatsgezag
Beschrijft de organisatie van het overheidsgezag in een bepaalde staat.
Vindplaatsen van het staatsrecht
Grondwet
Organieke wetten
Gewoonte
Jurisprudentie
Internationale verdragen
Statuut van het Koninkrijk
Grondwet
Hierin is de structuur van het Nederlands staatsbestel vastgelegd.
Organieke wetten
Een wet die in opdracht van de Grondwet een bepaald onderwerp met betrekking tot de opbouw en inrichting van het staatsbestel nader regelt.
Statuut voor het Koninkrijk
Regelt de verhoudingen tussen de verschillende delen van het Koninkrijk der Nederlanden
De volksvertegenwoordiging
Is een essentieel onderdeel voor een democratie. Burgers kunnen zo invloed uitoefenen op het (lands)bestuur.
‘Parlement’, ‘Staten Generaal’ of ‘Volksvertegenwoordiging’
Bestaat uit de Eerste en Tweede Kamer met als taak om het gehele volk te vertegenwoordigen.
Taken van de Kamers
Wetgevende taak:
• Samen met de regeringen vormen de Kamers de hoogste wetgever, want de belangrijkste wetten worden door beide Kamers en de regering samen gemaakt.
Controlerende taak:
• Ze controleren het beleid van de regering en zo nodig roepen Kamerleden ministers ter verantwoording.
Tweede Kamer
Bestaat uit 150 leden.
Leden worden voor 4 jaar gekozen.
Rechtstreeks verkozen.
Eerste Kamer (of de senaat)
Bestaat uit 75 leden.
Leden worden voor 4 jaar gekozen.
Gekozen door leden van de Provinciale Staten en door een kiescollege
Actief kiesrecht
Iedere Nederlander van 18 jaar of ouder heeft in beginsel het recht om de volksvertegenwoordiging te kiezen.
Passief kiesrecht
Het recht om verkozen te worden
Fractie
Alle Kamerleden van dezelfde politieke partij
Fractievoorzitter
Leidt de fractievergaderingen en vertegenwoordigt haar fractie in en buiten de Kamer als er grote politieke belangen op het spel staan.
Vaste commissie
Ze worden officieel voor een parlementair jaar (feitelijk de gehele Kamerperiode) ingesteld en houden zich bezig met een bepaald deelterrein van het bestuur.
Bijzondere commissie
Worden ingesteld naar aanleiding van een bepaalde gebeurtenis en wordt weer opgeheven als ze hun opdracht hebben afgerond en er, na aanleiding van hun eindverslag, een debat in de Kamer heeft plaatsgevonden.
Fractiespecialisten
Kamerleden die namens hun fractie het onderwerp van de commissie bijhouden. Zij vormen samen de vaste commissies in de relevante beleidsterreinen.
Bereiden de plenaire vergaderingen voor de Kamer voor.
Tweede Kamer: politiek debat
De nadruk ligt hier op het politiek debat. Daarbij gaat het vooral om keuzes die bij het voeren van beleid moeten worden gemaakt en de gevolgen die deze keuzes hebben.
Eerste Kamer: terughoudend
Stelt zich doorgaans terughoudend op als het gaat om politiek-inhoudelijke vragen.
Het accent ligt op de juridische-technische kanten van beleid en wetgeving.
Regering
Wordt gevormd door het staatshoofd en de ministers.
Het wordt niet gekozen.
Minister
Aan het hoofd van ieder ministerie en is politiek verantwoordelijk voor de wijze waarop de bestuurstaak wordt uitgevoerd.
Politiek verantwoordelijk
De Kamer kan de minister ter verantwoording roepen als de Kamer meent dat er iets mis is met dat beleid
Minister zonder portefeuille
Minister met een eigen beleidsterrein maar zonder eigen ministerie.
Staatssecretaris
Is politiek verantwoordelijk voor dat deel van het beleid waarvoor hij is benoemd.
De minister blijft altijd politiek verantwoordelijk voor het totale beleid.
Ministerraad
Wordt door de ministers samengevormd. Hierin worden de hoofdlijnen van het regeringsbeleid vastgesteld.
Minister-president
Is de voorzitter van de ministerraad en onderraden.
Stelt de agenda vast voor de ministerraad
Algemeen coördinerende en bemiddelende rol.
‘Het gezicht naar buiten’ van het Kabinet.
Wekelijks contact met het staatshoofd.
Maakt deel uit van de Europese Raad.
Onderraad
Vergaderingen van een beperkt aantal ministers over een bepaald aspect van het regeringsbeleid.
Onschendbaarheid
Het staatshoofd is geen politieke ambtsdrager en kan daarom niet in de Kamer ter verantwoording worden geroepen voor het regeringsbeleid.
De ministers zijn politiek verantwoordelijk voor de daden of uitspraken van het staatshoofd.
Geheim van Huis ten Bosch
De officiële invloed van het staatshoofd op het regeringsbeleid. Hierover mag niks naar buiten komen in verband met zijn onschendbaarheid.
Het kabinet
Het wordt gevormd door alle politieke ambtsdragers, dus uit de ministers en de staatssecretarissen.
Kabinetsformatie
De (deels ongeschreven) procedure die leidt tot de vorming van een nieuw kabinet.
Coalitie
Combinatie van partijen (en van fracties in de Tweede Kamer) die het kabinet steunen.
Informateur
Krijgt van de Tweede Kamer de opdracht om bepaalde coalitie mogelijkheden uit te zoeken
Formateur
Wordt belast met de vorming van het nieuwe kabinet en stelt een regeerakkoord op