1/47
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Open coderen
Het opsplitsen van data in fragmenten en het benoemen van concepten om een overzicht te krijgen van mogelijke thema’s en ideeën. The process of breaking down, examining, comparing, conceptualizing, and categorizing data
Axiaal coderen
Het proces van het verbinden van open codes aan elkaar. Hierbij worden relaties tussen concepten geïdentificeerd en georganiseerd rondom categorieën.
Selectief coderen
Het selecteren van een kerncategorie (hoofdcategorie) en het verder uitwerken van deze categorie met andere relevante codes, gericht op het ontwikkelen van een theorie.
Initieel coderen
Het eerste, zeer gedetailleerde coderen waarin onderzoeker data onderzoekt zonder vooraf bepaalde categorieën, vaak gebruikt om onbekende thema's te ontdekken.
'naming each word, line or segment of the data'
Focused coding
Een latere stap waarin de belangrijkste of meest voorkomende codes worden geselecteerd en verder worden uitgewerkt.
Codes
Labels die worden toegekend aan stukken tekst (fragmenten) om bepaalde concepten of thema's te beschrijven.
Labels die betekenis geven aanstukken tekst; een betekenis die wordt toegekend door deonderzoeker.
Fragmenten
Kleine stukken data (zoals tekst of uitspraken) die worden gecodeerd.
Coderingskader
Het systeem waarin de verzamelde codes en categorieën worden georganiseerd en bewaard.
Kerncategorie
Een centrale categorie die andere concepten en thema's met elkaar verbindt en de basis vormt voor de uiteindelijke theorie.
Coderingsparadigma
Een raamwerk dat wordt gebruikt bij axiaal coderen om te focussen op relaties tussen fenomenen, causale condities, context en interventies.
Constant vergelijkende methode
Een iteratief proces waarbij data voortdurend wordt vergeleken met andere data en met bestaande codes of categorieën. Dit helpt bij het verfijnen van de theorie.
Flip-flop techniek
Een techniek waarbij tegenstellingen worden onderzocht (bijvoorbeeld successen versus mislukkingen) om een dieper begrip te krijgen van een fenomeen.
"Wat als het nu eens niet zo was"
Far-out vergelijking
Het vergelijken van zeer uiteenlopende of ogenschijnlijk niet-verwante data om nieuwe inzichten te ontdekken.
Het maken van vergelijkingen met contexten / posities of actoren dieheel verschillend zijn
Close-in vergelijking
Het vergelijken van sterk gerelateerde of nauw verbonden data om kleine verschillen en nuances te identificeren.
Het maken van vergelijkingen met contexten / posities of actoren die maar op een of enkele eigenschappen of kenmerken verschillen
Waving the red flag
Een techniek waarbij opvallende of problematische gegevenspunten worden geïdentificeerd die mogelijk belangrijke inzichten bieden.
Het nader bestuderen / in vraag stellen van extreme standpunten,zoals nooit, altijd...
Comparative matrices
Tabellen waarin verschillende codes, categorieën of data worden vergeleken om patronen en relaties te identificeren.
Post-positivistische benadering
Een benadering die objectieve realiteit aanneemt, maar erkent dat volledige objectiviteit onhaalbaar is. Het richt zich op systematisch onderzoek en falsificatie.
Constructivistische benadering
Een benadering die stelt dat kennis en realiteit sociaal geconstrueerd zijn, met nadruk op subjectieve ervaringen en context.
Symbolisch interactionistisch perspectief
Theorie die onderzoekt hoe betekenis ontstaat via sociale interactie en symbolen.
Agency
Het vermogen van individuen om zelfstandig keuzes te maken ondanks beperkingen.
Sensitizing concepts
Begrippen die onderzoekers helpen om data te interpreteren zonder vooraf strikt te definiëren wat zij zoeken, zoals richtinggevende ideeën.
Bottom-up ontwikkeling
Het ontwikkelen van theorieën en concepten op basis van data, zonder vooraf vastgestelde hypothesen (inductieve benadering).
Generic Inductive Qualitative Model
Een methodologisch raamwerk voor het inductief ontwikkelen van concepten en theorieën uit data zonder vastomlijnde richtlijnen.
Documentanalyse
Een onderzoeksmethode waarbij geschreven teksten of documenten systematisch worden onderzocht om informatie te extraheren.
Woord voor woord coderen
Observatieonderzoek
Het systematisch observeren en registreren van gedrag en interacties in een natuurlijke of gesimuleerde setting.
Voorval per voorval coderen
Reduceren
Het proces van het samenvatten en terugbrengen van data tot kerninzichten of -thema's.
Integreren
Het combineren van verschillende codes, thema's of categorieën tot een samenhangende theorie.
Paradigma model
Een model dat wordt gebruikt bij axiaal coderen om verbanden tussen fenomenen, contexten, causale condities en interventies te begrijpen.
Causale condities
Factoren die de oorzaak vormen van een fenomeen.
iets dat het fenomeen beïnvloedt
Fenomenen
Centrale onderwerpen of gebeurtenissen die worden onderzocht in kwalitatief onderzoek.
het centrale idee, gebeurtenis... waar de acties en interacties betrekking op hebben. Komen vaak overeen met de categorieën ontwikkeld in open coderen
Context
De bredere omstandigheden of omgeving waarin een fenomeen plaatsvindt.
condities waarin handelingen en interacties zich stellen; hebben betrekking op bepaalde eigenschappen en dimensies
Interveniërende codes
Codes die beïnvloedende factoren of condities beschrijven die het verloop van een fenomeen beïnvloeden.
structurele condities die genomen acties/interacties faciliteren/bemoeilijken
Memo’s
Notities waarin onderzoekers hun ideeën, reflecties en verbanden tijdens het coderen en analyseren documenteren.
(korte) stukjes uitgeschreven tekstwaar je die vragen in probeert te beantwoorden
Abductief
Een onderzoeksbenadering waarbij een mogelijke verklaring voor waargenomen data wordt voorgesteld en verder onderzocht.
Inductief
Een benadering die begint met observaties en patronen om theorieën te ontwikkelen.
Deductief
Een benadering waarbij een bestaande theorie wordt getoetst aan data
Interviews
Lijn per lijn of zin per zin coderen
Kritische reflectie
Denk voortdurend na over hoe gegevensverzameling en -analyse kan worden verbeterd
In vivo-codes
Probeer tijdens het open coderen de codes dicht bij de betekenis van de respondent te houden
Acties/interacties
strategieën die worden toegepast m.b.t. een bepaald fenomeen in een bepaalde context
Gevolgen
de gevolgen van die handelingen en interacties
Six C’s
Cause, Contexts, Contingencies, consequences,covariances and conditions (lijkt op Strauss en Corbin's PM, maarwordt minder determinerend toegepast).
Identity-self
Self-image, Self-concept, Self-worth, Self-evaluation, identity, social worth, Self realization, Transformation of Self, conversions of identity
Cultural
Social norms, social values, social belief, social sentiment
Glaser’s coding families:
→ ‘Six C’s’: Cause, Contexts, Contingencies, consequences,
covariances and conditions (lijkt op Strauss en Corbin’s PM, maar
wordt minder determinerend toegepast).
→ Identity-Self: Self-image, Self-concept, Self-worth, Self-evaluation,
identity, social worth, Self realization, Transformation of Self,
conversions of identity.
→ Cultural: Social norms, social values, social belief, social sentiment
→ Other families: process, degree, dimension, type, strategy,
interactive (...)
Een typologie
is een classificatie van een fenomeen over
enkele (maar niet alle) kenmerken van een fenomeen.
Analytische strategieën bij het
axiaal coderen:
1.Boomstructuur.
2.Verhalend werken (d.m.v. memo’s).
3.(Pijlen)schema’s.
4.Matrices.
5.Typologieën
PM maken een onderscheid tussen:
1) Causale condities (iets dat het fenomeen beïnvloedt);
2) Fenomenen (het centrale idee, gebeurtenis... waar de acties en
interacties betrekking op hebben. Komen vaak overeen met de
categorieën ontwikkeld in open coderen);
3) Context (condities waarin handelingen en interacties zich
stellen; hebben betrekking op bepaalde eigenschappen en
dimensies);
4) Interveniërende condities (structurele condities die genomen
acties/interacties faciliteren/bemoeilijken);
5) Acties/interacties (strategieën die worden toegepast m.b.t. een
bepaald fenomeen in een bepaalde context);
6) Gevolgen (de gevolgen van die handelingen en interacties).