anatomie, fysologie

skelet

passief beweegt niet uit zichzelf

spieren

actief laten botten van het skelet bewegen

groepen spieren

kopspieren nekspieren rugspieren borstspieren buikspieren pootspieren staartspieren

taken bewegingsapparaat

beweging bescherming aanmaak bloedcellen vorm stevigheid houding

pijpbeenderen

alle lange botten

platte beenderen

zijn echt plat (bekken, schedel, schouderblad)

massieve beenderen

alle kleine botjes (teenkootjes, vingerkootjes)

lange holle schacht

diafyse aan uitende zitten bollingen

bollingen uiteinde

epifyse botweefsel schacht is massief

beenmergholte

rood bij jonge dieren

bloedvormende cellen/erythrocyten

geel bij volwassen dieren, maken bloedcellen aan in platte beenderen

periost

beenvlies dubbel laagse bescherming

epyfise

bolling

epifysaire schijf

groeischijf jonge dieren