Biological Classification and Organism Characteristics | Quizlet

studied byStudied by 0 people
0.0(0)
learn
LearnA personalized and smart learning plan
exam
Practice TestTake a test on your terms and definitions
spaced repetition
Spaced RepetitionScientifically backed study method
heart puzzle
Matching GameHow quick can you match all your cards?
flashcards
FlashcardsStudy terms and definitions

1 / 33

encourage image

There's no tags or description

Looks like no one added any tags here yet for you.

34 Terms

1

Kenmerk

eigenschap waarmee je een organisme **** onderscheiden van andere organismen

New cards
2

prokaryoot

organisme bestaande uit één cel zonder een celkern

New cards
3

eukaryoot

organisme bestaande uit één of meerdere cellen met een celkern

New cards
4

rijk

organismen binnen een hoofdgroep die zijn ingedeeld in kleinere groepen

New cards
5

eencellig

uit één cel bestaand

New cards
6

meercellig

uit meerdere cellen bestaand

New cards
7

vertakkingsschema

schema waarin je de indeling van organismen in steeds kleinere groepen **** weergeven

New cards
8

ras

groep waarin je de organismen van één soort **** indelen

New cards
9

variatie

kleine verschillen tussen organismen van dezelfde soort

New cards
10

selectie

proces waarbij meer nakomelingen overleven van één variant dan van andere varianten

New cards
11

evolutie

ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en verdwijnen

New cards
12

verwant

overeenkomsten in het DNA van verschillende organismen

New cards
13

symmetrisch

in twee gelijke helften te verdelen

New cards
14

tweezijdig symmetrisch

op één manier in twee gelijke helften te verdelen

New cards
15

veelzijdig symmetrisch

op meerdere manieren in gelijke helften te verdelen

New cards
16

niet-symmetrisch

op geen enkele manier in twee gelijke helften te verdelen

New cards
17

skelet

stevige delen van een dier

New cards
18

uitwendig skelet

een skelet dat aan de buitenkant van een lichaam zit

New cards
19

inwendig skelet

een skelet dat aan de binnenkant van een lichaam zit

New cards
20

vaatplanten

planten die vaten hebben voor het transport van stoffen

New cards
21

spore

cel waaruit een nieuwe plant kan ontstaan

New cards
22

zaadplanten

planten met wortels, stengels, bladeren en bloemen

New cards
23

sporenplanten

planten met wortels, stengels en bladeren, maar geen bloemen

New cards
24

wieren (algen)

eencellige of meercellige organismen met bladgroenkorrels

New cards
25

groenwieren

eencellige of meercellige organismen met bladgroenkorrels

New cards
26

warmbloedig

de lichaamstemperatuur is altijd even hoog

New cards
27

koudbloedige dieren

de lichaamstemperatuur is gelijk aan de temperatuur van de omgeving

New cards
28

levendbarend

levende jongen baren (in plaats van eieren leggen)

New cards
29

zogen

melk geven van een moeder aan haar jongen

New cards
30

leden

stukjes waaruit de poten van geleedpotigen zijn opgebouwd

New cards
31

segmenten

stukjes waaruit de poten van geleedpotigen zijn opgebouwd

New cards
32

kop

voorste deel van een insect, hieraan zitten de ogen en voelsprieten vast

New cards
33

borststuk

middelste deel van een insect, hieraan zitten de poten en vleugels vast

New cards
34

achterlijf

achterste deel van een insect

New cards
robot