Woordenschat

De afzet

aantal verkochte eenheden van een product in een bepaalde periode

agrarisch

landbouw betreffend

De agrosector

alle activiteiten die horen bij landbouw, tuinbouw, bosbouw en de dienstverlening hiervoor

Het areaal

oppervlakte; gebied (dat met gewassen of met huizen bebouwd is)

De biocide

(natuurlijk) middel dat wordt ingezet om organismen in de land- en tuinbouw te bestrijden

De biomassa

verzamelnaam voor plantaardig en dierlijk materiaal dat we als grondstof of energiebron gebruiken

De blauwdruk

(voorlopig) uitgewerkt plan

De bodemverbeteraar

stof die de grondstructuur en vruchtbaarheid van de bodem verbetert

De capaciteit

Vermogen; het kunnen. Maar ook: maximale hoeveelheid die ergens inpast.

circulair

grondstoffen gebruikend en hergebruikend

De consumptie

het nuttigen van levensmiddelen

Het dogma

regel die als onveranderlijk wordt beschouwd

ecologisch

optimaal gebruikmakend van natuurlijke hulpbronnen zonder deze uit te putten of te beschadigen

economisch

doelmatig; spaarzaam

Het ecosysteem

het geheel van dieren en planten in een bepaald gebied; het functioneren van planten en dieren in hun omgeving

De emissie

uitstoot van (verontreinigende) stoffen

exportnatie

land dat producten aan het buitenland verkoopt

extensief

over een grote oppervlakte, maar met weinig zorg

De irrigatie

technische, kunstmatige bevloeiing met water in droge delen van de aarde

Het keurmerk

certificaat voor een product of bij een beschrijving van een dienst; merk dat de (hoge) kwaliteit van iets aangeeft

klimaatneutraal

(geproduceerd) zonder uitstoot van broeikasgas; zonder negatief effect op het klimaat

De kringlooplandbouw

gesloten kringloop van grondstoffen en energie; het landbouwsysteem gebruikt alle grondstoffen en energie vult deze ook weer aan

mondiaal

wereldwijd

De monocultuur

productie van één gewas

Het natuurbeheer

specifieke maatregelen om landschappen en ecosystemen met hun eigen flora en fauna zo gezond mogelijk te houden

natuurinclusief

binnen de grenzen van de natuur, waarbij de rijkdom aan planten en dieren toeneemt

op de nieuwe leest geschoeid

op de nieuwe (vaak betere) manier gedaan

organisch

dood biologisch materiaal bevattend, voornamelijk afkomstig van planten en voor een kleiner deel van dierlijke resten

Het palet

scala; variatie; reeks

paradigma

samenhangend stelsel van modellen en theorieën waarbinnen de werkelijkheid beschreven wordt; beschrijving van wat zinvol is om te bestuderen

primair

vooral

De reststromen

afval dat ontstaat in een keten hergebruiken in een andere keten, bijvoorbeeld: gecomposteerd groenafval als meststof voor akkers gebruiken

De rotatie

het doorschuiven van gewassen, zodat het gewas pas na enkele jaren terugkomt op dezelfde plek

scala (de/het)

variatie; reeks; palet

schaars

weinig voorkomend

De teelt

verbouw van gewassen

De technologie

innovatief product dat tot stand komen door kennis uit verschillende wetenschappen te gebruiken; methode voor het maken en verwerken van grondstoffen tot artikelen

De transitie

structurele verandering; de overgang van het ene naar het andere systeem

De variëteit

verschil tussen productiemanieren die verder gelijk zijn

veredeling

selectie van zaden met de beste erfelijke eigenschappen om een zo goed mogelijk product te kunnen produceren

vitaal

levenskrachtig

De vruchtwissel

het op een perceel na elkaar telen van karakteristiek verschillende gewassen

de ossen achter de ploeg spannen

averechts te werk gaan; op de verkeerde manier iets doen

te veel hooi op je vork nemen

meer werk aannemen dan je aankunt

het hek is van de dam

iedereen kan vrij zijn eigen gang gaan; het toezicht is weg en iedereen doet wat hij wil

geld over de balk smijten

iets waardevols/geld verspillen

het zwarte schaap zijn

het buitenbeentje van een groep of familie zijn, omdat je in de ogen van de anderen niet deugt

van twee walletjes eten

met beide ruziënde partijen samenwerken en daarmee je voordeel doen