1/88
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Cel
Kleinste levende eenheid van een organisme
Prokaryoot
Cel zonder celkern waarvan het DNA los in het cytoplasma ligt
Eukaryoot
Cel met een celkern waarin het DNA zit
Voorbeeld prokaryoot
Bacterie
Voorbeeld eukaryoot
Dier
Kern (nucleus)
Bevat DNA en stuurt de cel aan
Kernmembraan
Omgeeft de kern en regelt transport in/uit de kern
Nucleolus
Maakt onderdelen van ribosomen
Chromosomen
Dragers van erfelijke informatie (DNA)
Cytoplasma
Geleiachtige vloeistof waarin organellen drijven
Grondplasma
Cytoplasma zonder organellen
Celmembraan
Buitenste laag die transport regelt en bescherming biedt
Endoplasmatisch reticulum (ER)
Transportnetwerk in de cel
Ruw ER
ER met ribosomen voor eiwitsynthese
Glad ER
ER zonder ribosomen
Ribosomen
Kleine organellen die eiwitten maken
Golgi-systeem
Bewerkt
Lysosomen
Bevatten enzymen die afval en oude organellen afbreken
Mitochondriën
Energiecentrales van de cel; maken ATP uit glucose
Centrosoom
Speelt een rol bij celdeling
Vacuole
Opslagruimte in planten; zorgt voor turgor
Plastiden
Alleen in plantencellen; voor fotosynthese
Chloroplast
Bevat chlorofyl; doet aan fotosynthese
Chromoplast
Geeft kleur aan bloemen en vruchten
Leukoplast
Kleurloos; slaat zetmeel op
Celwand
Stevige laag buiten het celmembraan (alleen bij planten)
Middenlamel
‘Lijm’ van pectine tussen plantencellen
Primaire celwand
Elastische buitenlaag van cellulose
Secundaire celwand
Houtige verdikte laag voor extra stevigheid
Stippels
Openingen in celwand voor plasmodesmata
Plasmodesmata
Cytoplasmabruggen tussen plantencellen
Celwand (plantaardig)
Aanwezig
Celwand (dierlijk)
Afwezig
Vacuole (plantaardig)
Groot en centraal
Vacuole (dierlijk)
Klein of afwezig
Plastiden (plantaardig)
Aanwezig
Plastiden (dierlijk)
Afwezig
Vorm plantaardige cel
Hoekig en stevig
Vorm dierlijke cel
Rond of onregelmatig
Enzym
Eiwit dat chemische reacties versnelt
Apo-enzym
Eiwitgedeelte van enzym
Co-enzym
Niet-eiwitdeel van enzym
Substraat
Stof waarop een enzym werkt
Actieve centrum
Plek in enzym waar substraat bindt
E-S-complex
Tijdelijke binding tussen enzym en substraat
Enzymactiviteit
Hoe snel een enzym een reactie uitvoert
Temperatuur (enzym)
Beïnvloedt snelheid; te hoog = denaturatie
pH (enzym)
Beïnvloedt structuur en werking van enzym
Activator
Stof die enzymwerking stimuleert
Remmer
Stof die enzymwerking vertraagt
Concurrerende remmer
Lijkt op substraat
Niet-concurrerende remmer
Bindt buiten actief centrum
Denaturatie
Onherstelbare vormverandering van een enzym
Evenwichtsreactie
Enzymen versnellen reacties zonder de uitkomst te beïnvloeden
Concentratie
Hoeveelheid opgeloste stof per volume
Diffusie
Beweging van deeltjes van hoge naar lage concentratie
Osmose
Diffusie van water via semipermeabel membraan
Semipermeabel membraan
Laat alleen bepaalde stoffen (zoals water) door
Osmotische waarde
Hoeveel opgeloste stoffen in een oplossing
Isotonisch
Gelijke osmotische waarde binnen en buiten
Hypotonisch
Lagere osmotische waarde buiten de cel
Hypertonisch
Hogere osmotische waarde buiten de cel
Hemolyse
Rode bloedcel barst door osmose in hypotonische oplossing
Wet van Fick
Wet die diffusiesnelheid beschrijft
Diffusiesnelheid
Hoeveel stof per seconde diffundeert
J
Symbool voor diffusiesnelheid
D
Diffusiecoëfficiënt
ΔC
Concentratieverschil
Δx
Diffusieafstand
Grote ΔC
Snellere diffusie
Klein Δx
Snellere diffusie
Groot membraanoppervlak
Snellere diffusie
Hogere temperatuur
Snellere diffusie
Passief transport
Transport zonder energie (diffusie
Actief transport
Transport met energie
Permease
Transporteiwit voor actief transport
Endocytose
Opname van stoffen via blaasje
Fagocytose
Opname van vaste stoffen
Pinocytose
Opname van vloeistoffen
Exocytose
Uitscheiding van stoffen via blaasje
Homeostase
Inwendig evenwicht in cellen/lichaam
Compartimentering
Organellen met aparte functies in de cel
Turgor
Druk van vacuole tegen celwand
Turgescent
Cel met maximale turgor
Plasmolyse
Cel verliest water
Grensplasmolyse
Moment waarop turgor nul is
Deplasmolyse
Cel herstelt na plasmolyse
Langdurige plasmolyse
Leidt tot celdood
Osmose bij planten
Zorgt voor stevigheid of slapheid