1/100
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
flumen,flumina
rivier
rex,reges
koning
servus
slaaf
vocare
roepen, noemen
venire
komen
audire
horen
vidēre
zien
puer,pueri
jongen
iacēre
liggen
clamare
schreeuwen
et
en, ook
iacrimare
huilen
necare
doden
iubère
bevelen
timère
vrezen, bang zijn voor
ideo
daarom
mandatum
opdracht
non
niet
recusare
weigeren
tamen
toch
ad
naar,tot,bij
tollere
optillen
portare
dragen
in
in,naar
ponere
plaatsen
locus
plaats
ubi
waar
aqua
water
intern
tussen,tijdens
arbor,arbores
boom
ibi
daar
mihi
(aan/voor) mij
tibi
(aan/voor) jou
nobis
(aan/voor) ons
eos
hen
eis
(aan/voor) hen
esse
zijn
custodire
bewaken
subito
plotseling
accedere
gaan naar, nadere
haud
helemaal niet
praebēre
(aanbieden)
sic
zo
bibere
drinken
cogatare
(na) denken
deus
god
protegere
beschermen
nam
want
uxor,uxores
echtgenote
tradere
overhandigen
dicere
zeggen
favēre
steun geven aan
filius
zoon
femina
vrouw
ridēre
lachen
nomen,nomina
naam
dare
geven
mater,matres
moeder
pater,patres
vader
sicut
zoals
Amicus
vriend
de
van(af), over
mons, montes
berg,heuvel
cum
met
frater, fratres
broer
populus
volk
saxum
rots, rotsblok
murus
muur
tacēre
zwijgen
quoque
ook
tandem
eindelijk
dividere
verdelen
urbs, urbes
stad
aedificare
bouwen
primum
eerst
in
in, op
vir, viri
man
facere, facio
maken, doen
dum
terwijl, zolang als
placēre
bevallen
cur
waarom
licet
het is toegestaan (aan)
iam
al,reeds
stare
staan
hostis
vijand
intrare
binnenkomen
civis, cives
burger
sed
maar
gladius
zwaard
Roma
Rome
Periculum
gevaar
Arx, arces
burcht
Romanus
Romein
turba
menigte
puella
meisje
miles, milites
soldaat
si
als, indien
temptare
proberen
semper
altijd
retinēre
tegenhouden