1Psy Meth d1: 8.1.-8.3.

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
GameKnowt Play
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/11

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

12 Terms

1
New cards

Tsd vs bsd

1) Tussen-subject designs (tsd)

 =vgl versch groepen pp

 =between-subjects design

 ->elke groep scores >andere groep pp (per C andere pp)

 

2) Binnen-subject designs (bsd)

 =versch groepen scores >dezelfde groep pp

 =within-subjects design

 ~1 groep pp doorloopt alle C

2
New cards

Karakteristieken (kenm) tsd

1) Manipulatie OV

 ->maken C (anders non- of quasi-exp: neen dit is exp)

 

2) Verschillende pp per C

 

3) AV per pp gemeten

 

4) Verschillen tss groepen geanalyseerd

3
New cards

Voor- & nadelen tsd

Voordelen

 1) Elke score onafh vd andere scores

 “independent-measures experimental design

 ->elke pp komt mr 1x voor (dus 1 score/meting per pp)

 ->score niet beïnvloed dr leereffecten, vermoeidheid…

 

 2) Kan gebruikt vr brede range onderzoeksvr.

 ->kan bijna altijd gebruikt als je 2 of meer C wil vergelijken

 

Nadelen

 1) Vereist grote steekproef (n)

 2) Onderhevig aan IV

 ->groot probl.: bedr int val (versch groepen pp per conditie: confounding/bijkomende var)

4
New cards

Individuele verschillen

=grootste nadeel tsd

=set persoonlijke kar. die verschillen tss pp (sekse, leeftijd, opleiding…)

 

-Elke score >uniek individu (persoonlijke karakteristieken kunnen van andere pp verschillen)

 ->meestal: IV=bijkomende var

 ->kunnen confounding var worden! (bv: C1 ouder dan C2)

 =>dan: oorzaak variabiliteit in scores die patronen i/d data kunnen maskeren! (moeilijk zien: wat is effect?)

5
New cards

Algemeen doel bij exp

=willen dat groepen gelijkaardig zijn op OV na

 (enkel gemanipuleerde factor willen we meten: die moet verschillen)

 

Equivalentie: versch tss alle andere kenm. zo klein mogelijk houden (te grote IV=bedr. int. val.)

6
New cards

Controle potentieel storende var

~constant houden, matching, randomiseren

-Bij tsd: ook verschillen tss groepen beperken!

 1) Op zelfde manier gecreëerd

  ~hoe pp verkregen: op zelfde manier vr elke gr.

 

 2) Gelijke behandeling

  ~behalve gemanipuleerde C moeten gr. gelijke ervaringen ondergaan

 

 3) Samengesteld uit equivalente individuen

  ~kar. vd pp uit versch gr. zo gelijkend mogelijk

7
New cards

Variabiliteit >IV

Hoe groter variantie, hoe groter verschillen tss individuele scores, hoe moeilijker effect te vinden

 

Doel:

 1) Variantie tss groepen maximaliseren

  ~effect vd manipulatie

  ->naast manipulatie OV: alle andere kenm equivalent houden (matching, constant houden, randomiseren)

 2) Variantie binnen groepen minimaliseren

  ~IV

8
New cards

Hoe binnen-groep variantie minimaliseren?

1) Gestandaardiseerde procedures & setting gebruiken

2) IV beperken (var constant houden)

3) Steekproefgrootte (n): grote steekproef verkleint variantie

 

Opm: matching & randomisatie geen effect op binnen-gr. variantie!! (verkleinen enkel versch tss gr.)

9
New cards

Andere bedreigingen int. val. bij tsd (dan IV)

Doel tsd: versch tss gr. observeren + bewijzen dat versch >C

 ->probl. als andere mogelijke verkl.

 

Potentiële confounders (specifiek vr tsd!)

 1) Differential attrition

 2) Communication between groups

  ->opl: gr. goed gescheiden houden (zorg ervoor dat ze niet weten v. elkaar dat ze bestaan)

10
New cards

Attrition

=pp stopt m. studie voordat studie klaar is (drop-out)

->geen probl. zolang ± zelfde #mensen uit groepen stopt (probl als groot verschil # tss groepen)

 

 =>als grote versch. attrition rates, lijken gr. niet meer op elkaar

11
New cards

Differential attrition

=versch in attrition rates tussen groepen bedreigen int val tsd

 ->gr. lijken niet meer op elkaar: andere mogelijke verkl. res.

12
New cards

Communication between groups

->potentiële probl. ontstaan als 2 gr. >versch C met elkaar kunnen praten:

1) Diffusion

=the spread of the treatment from the experimental group to the control group

 ->vermindert versch. tss groepen, bedr. int. val.

 Bv: groep depr 2 leert nieuwe, betere technieken van groep depr 1 en gaat die stiekem ook gebruiken

 

 2) Compensatory equalisation

=untreated group learns abt the treatment group, demands the same or equal treatment

 ->opl, bv: controle gr. op “wachtlijst”, zullen later behandeling krijgen

 

 3) Compensatory rivalry

 =controle cond hoort over treatment cond, werken extra hard o/t bewijzen dat ze evengoed kunnen presteren

 

 4) Resentful demoralization

 =controlegr. geeft op zodra ze horen dat andere groep special treatment krijgt

 ->res.: effect behandeling lijkt groter dan het werkelijk is (controlegr. presteert extra laag)