1/7
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Kernvraag van het artikel
Savini onderzoekt hoe stedenbouwkundige planning kan bijdragen aan een "degrowth" samenleving: een samenleving die niet langer afhankelijk is van economische groei, maar gericht is op duurzaamheid, welzijn en solidariteit. De centrale vraag: hoe kunnen we steden plannen zónder de logica van groei, competitie en commodificatie
Probleemstelling: Steden als motoren van groei
Stedelijke ontwikkeling wordt momenteel gestuurd door:
Functionele polycentrisme (steden concurreren binnen regio’s)
Land-schaarste als middel om waarde te creëren
Euclidische zoning (rigide ruimtelijke indeling op basis van eigendom)
Deze mechanismen maken stedelijke planning afhankelijk van marktwerking en continue groei.
Wat is ‘degrowth’?
Degrowth streeft naar een samenleving waarin productie en consumptie op duurzame wijze worden afgebouwd.
Het bevordert:
De-commodificatie van land, arbeid en natuur
Solidariteit en zorg als leidende principes
Zelfvoorzienendheid, coöperatief wonen, lokale productie en ecologische rechtvaardigheid
Voorstellen voor ‘urban degrowth’
Savini stelt drie alternatieve principes voor om stadsplanning te herdenken:
1. Polycentrisch autonomisme
Stadsregio’s worden gezien als netwerken van autonome gemeenschappen.
Elke gemeenschap voorziet grotendeels zelf in water, energie, zorg en voedsel.
Planning richt zich op solidariteit en wederzijdse hulp, niet op concurrentie.
Voorbeeld: coöperaties zoals Campi Aperti (Italië) of Mietshäuser Syndikat (Duitsland).
2. ‘Finity’ – het principe van grenzen
Tegenover het idee van schaarste als groeimotor staat "finity": het stellen van absolute grenzen aan groei.
Denk aan:
Maximum woonoppervlakte
Limieten op CO₂-uitstoot
Beperkingen op woningtransacties of toerisme
Finity leidt tot meer welzijn, rechtvaardigheid en regeneratie in steden.
3. Habitabiliteit als uitgangspunt
In plaats van eigendomsrechten staat het recht op een leefbare omgeving centraal.
"Habitabiliteit" betekent: een plek moet gezond, sociaal en ecologisch duurzaam zijn.
Planning moet zich richten op de balans tussen mensen en hun leefomgeving, niet op marktwaarde.
Voorbeeld: lokale regelgeving gebaseerd op ecosysteemrechten, zoals in Ecuador.
Conclusie
Savini roept op tot een radicale herziening van stedelijke planning. In plaats van groei moet de focus liggen op:
Decentralisatie en autonomie
Grenzen aan ontwikkeling
Herwaardering van leefkwaliteit boven marktlogica
Steden worden zo plekken van vertraging, regeneratie en herverdeling, en kunnen de transitie naar een postgroei-samenleving aanjagen.