AFPF casus 6

studied byStudied by 2 people
5.0(1)
learn
LearnA personalized and smart learning plan
exam
Practice TestTake a test on your terms and definitions
spaced repetition
Spaced RepetitionScientifically backed study method
heart puzzle
Matching GameHow quick can you match all your cards?
flashcards
FlashcardsStudy terms and definitions

1 / 88

encourage image

There's no tags or description

Looks like no one added any tags here yet for you.

89 Terms

1

Functies van de grote hersenen

Bevat functies zoals hogere hersenfuncties zoals taal, geheugen, en leren; zintuigelijke waarneming en opwekking van spiersamentrekkingen.

New cards
2

Hersenschors

Hogere hersenfuncties zoals taal, geheugen, verantwoordelijkheidsgevoel, en leren; inclusief zintuigelijke waarnemingen zoals pijn, gezichtsvermogen, gehoor, en reuk.

New cards
3

Thalamus

Verbindt en distribueert prikkels naar de hersenschors, verwerkt emoties, en filtert prikkels.

New cards
4

Hypothalamus

Reguleert hormoonsecretie, autonomie van het zenuwstelsel, en processen zoals voeding, dorst, temperatuur, en emoties.

New cards
5

Hersenstam

Beheert vitale functies en is een doorgangsgebied voor informatie uit het ruggenmerg.

New cards
6

Middenhersenen

Functioneert als schakelstation voor zenuwvezels en is betrokken bij auditieve en visuele reflexen.

New cards
7

Pons

Verwerkt informatie van de 5e en 8e hersenzenuwen en werkt samen met het ademhalingscentrum.

New cards
8

Waar zit alle motorische aansturing in de hersenen?

Alle motorische aansturing zit in de frontaalkwab.

New cards
9

Waar bevinden zich de sensorische gebieden in de hersenen?

bevinden zich in de wandbeenkwab, slaapkwab en achterhoofdskwab.

New cards
10

Wat is de functie van de primaire motorische cortex in de frontale kwab?

start de vrijwillige beweging en controleert de piramidebaan.

New cards
11

Wat is de rol van het gebied van Broca?

gelegen in de frontale kwab, is verantwoordelijk voor spraakproductie.

New cards
12

Wat doet de somato-sensorische cortex?

in de wandbeenkwab zorgt voor bewustwording van pijn, temperatuur, druk, en spierbewegingen.

New cards
13

Wat is de functie van de auditieve cortex?

gelegen in de slaapkwab, verwerkt auditieve informatie.

New cards
14

Wat is de functie van de olfactorische cortex?

in de slaapkwab is verantwoordelijk voor de geurperceptie.

New cards
15

Wat is het smaakgebied en waar bevindt het zich?

bevindt zich in de wandbeenkwab.

New cards
16

Waar zit de visuele schors?

bevindt zich in de achterhoofdskwab.

New cards
17

Wat is de functie van het premotorische gebied?

in de frontale kwab is betrokken bij de planning van bewegingen.

New cards
18

Wat zijn de functies van het prefrontale gebied?

in de frontale kwab is verantwoordelijk voor verstandelijke functies zoals tijdsbesef en beheersing van gevoelens.

New cards
19

Wat is de rol van het gebied van Wernicke?

in de slaapkwab is verantwoordelijk voor taalbegrip; taal is doorgaans links en ruimte rechts.

New cards
20

Wat doet het pariëntale-occipital gebied?

gebied in de wandbeenkwab integreert sensorische informatie en ondersteunt visueel-perceptuele functies.

New cards
21
New cards
22

Wat is de functie van de carotis communis?

of halsslagader, zorgt voor de bloedtoevoer naar het hoofd en de hals.

New cards
23

Hoe splitst de carotis communis?

splitst in de a. carotis interna en a. carotis externa.

New cards
24

Wat zijn baroreceptoren?

zijn druk- en bloeddrukreceptoren die zich bevinden in de sinus van de carotis.

New cards
25

Wat is de rol van de a. carotis externa?

doorbloedt het hoofd en de hals via verschillende aftakkingen.

New cards
26

Wat voorziet de a. carotis interna van bloed?

voorziet de cirkel van Willis, ogen, voorhoofd en neus van bloed.

New cards
27

Wat is de circulus van arteriosus?

of cirkel van Willis, is een netwerk van bloedvaten die zorgt voor bloedvoorziening naar de hersenen.

New cards
28

Welke arteriën vormen de cirkel van Willis?

wordt gevormd door 2x a. carotides internae en 2x a. vertebrales.

New cards
29

Wat is de functie van de a. basilaris?

ontstaat uit de a. vertebrales en verzorgt bloedtoevoer naar de achterzijde van de hersenen.

New cards
30

Wat zijn de connecties tussen de cerebrale arteriën?

De a. cerebri anteriores zijn verbonden door de a. communicans anterior, en de a. cerebri posterior zijn verbonden met de a. carotis interna door de a. communicans posterior.

New cards
31

Wat is de middelse hersenslagader?

De a. cerebri media is de middelse hersenslagader die bloed door de middelste delen van de hersenen voert.

New cards
32
New cards
33

Wat is een cerebrovasculair accident (CVA)?

Een plotselinge onderbreking van de bloedtoevoer naar de hersenen door blokkade of scheur in een hersenarterie, wat leidt tot beschadiging van hersenweefsel.

New cards
34

Wat zijn de risicofactoren voor een CVA?

Risicofactoren omvatten mannen, leeftijd, hypertensie, hypercholesterolemie, diabetes mellitus, eerdere ziekten, familiaire geschiedenis en leefstijlfactoren.

New cards
35

Wat zijn de oorzaken van een herseninfarct?

Herseninfarcten worden vaak veroorzaakt door hartritmestoornissen, hartklepaandoeningen en atherosclerose in de a. carotis.

New cards
36

Wat zijn mogelijke oorzaken van een hersenbloeding?

Anticoagulantia gebruik, vaatafwijkingen, en het gebruik van cocaïne en amfetamine.

New cards
37

Wat is de etiologie van een herseninfarct?

Herseninfarct ontstaat door afsluiting met een trombus.

New cards
38

Hoe ontstaat een hersenbloeding?

Een hersenbloeding ontstaat door een scheur in een verzwakte hersenarterie, vaak door hypertensie.

New cards
39

Wat is de pathofysiologie van een herseninfarct?

Bij een infarct sterven neuronen af door ischemie; bij een bloeding sterven neuronen af door verdrukking.

New cards
40

Wat is een TIA (transient ischemic attack)?

Een TIA is een kortdurende aanval zonder afsterven van hersencellen.

New cards
41

Welke symptomen kunnen optreden bij een CVA?

Spontane en plotselinge symptomen afhankelijk van het aangedane stroomgebied, zoals een hangende mondhoek, krachtsverlies in arm of been, afasie, en doofheid of tinteling aan één lichaamshelft.

New cards
42

Wat zijn voorkomende symptomen van een hersenbloeding?

Hoofdpijn, misselijkheid, braken en hypertensie.

New cards
43

Wat houdt de FAST-test in?

De FAST-test is een hulpmiddel voor het snel herkennen van symptomen van een CVA.

New cards
44

Wat zijn de behandelingen voor een herseninfarct?

Trombolyse met stollingsoplossende middelen of een intra-arteriële behandeling (trombectomie).

New cards
45

Wat zijn de behandelingen voor een hersenbloeding?

Medicatie zoals vitamine K, antihypertensiva, of het operatief verwijderen van een hematoom.

New cards
46

Wat zijn complicaties bij een CVA?

Complicaties kunnen omvatten o.a. inklemming door oedeem, slikproblemen, aspiratiepneumonie, dehydratie, voedingstekort, slaapstoornissen, en geheugenstoornissen.

New cards
47

Wat is de prognose na een CVA?

De prognose verschilt op basis van grootte, leeftijd en tijd; vaak is ondersteuning bij activiteiten van dagelijks leven (ADL) nodig.

New cards
48

Welke preventieve maatregelen kunnen worden genomen tegen een CVA?

Preventie richt zich op risicofactoren beheersen en medicatie zoals trombocytenaggregatieremmers en vitamine K antagonisten.

New cards
49
New cards
50

Functiestoornissen door beschadiging van de Arteria cerebri anterior

In de frontaalkwab kan er halfzijdige parese/paralyse, urine-incontinentie, apraxie, verwardheid, impulsiviteit en apathie optreden. In de pariëtaalkwab kan vooral het been halfzijdige doofheid/tinteling ervaren.

New cards
51

Functiestoornissen door beschadiging van de Arteria cerebri media

In de pariëtaalkwab leidt dit tot parese/paralyse van de gelaatsheft en halfzijdige doofheid/tinteling vooral in de arm. In de frontaalkwab kunnen er parese/paralyse van de gelaatspieren zijn, zoals een hangende mondhoek aan één kant, slikstoornissen, en halfzijdige parese/paralyse van de voorarm. Daarnaast kunnen frontale en temporaalkwabben leiden tot afasie en dysfasie.

New cards
52

Functiestoornissen door beschadiging van de Arteria cerebri posterior

In de occipitaalkwab kan visusstoornis optreden. In het cerebellum kunnen (halfzijdige) coördinatiestoornissen voorkomen.

New cards
53

Functiestoornissen door beschadiging van de Arteria basilaris

In de hersenstam kunnen stoornissen optreden in vitale functies, bewustzijnsverlies, oogbewegingsstoornissen, parese, paralyse, evenwichtsstoornissen, en doof gevoel in het gezicht of de lichaamshelft.

New cards
54

Oorzaken van verhoogde intracraniale druk

Oedeem, toename van liquor, intracraniële bloeding, en obstructie van veneuze afvoer.

New cards
55

Oedeem

Oedeem kan veroorzaakt worden door CVA, hersentumoren, trauma, infecties, en hoogteziekten.

New cards
56

Toename van liquor

Hydrocefalus leidt tot een toename van liquor en verhoogde intracraniale druk.

New cards
57

Intracraniële bloeding

Een andere oorzaak van verhoogde intracraniale druk.

New cards
58

Obstructie veneuze afvoer

Sinustrombose kan leiden tot verhoogde intracraniale druk.

New cards
59

Symptomen van verhoogde intracraniale druk (langzaam)

Visus-, loop-, mictie-, ontwikkelingsstoornissen en afwijkende oogstand.

New cards
60

Symptomen van verhoogde intracraniale druk (snel)

Hoofdpijn, misselijkheid, slaperigheid, braken, prikkelbaarheid, en epileptische aanvallen.

New cards
61

Asymmetrie pupil

Kan wijzen op verhoogde intracraniale druk, samen met verlaagd bewustzijn en verstoorde vitale functies.

New cards
62

Subduraal hematoom

Bloedingen tussen de dura mater en arachnoïdea.

New cards
63

Subarachnoïdale bloeding

Bloedingen in de subarachnoïdale ruimte.

New cards
64

Epiduraal hematoom

Bloedingen tussen de schedel en de dura mater.

New cards
65

Intracerebrale bloeding

Bloedingen in de hersenen door arteriële ruptuur.

New cards
66

Wat is Parkinson?

Parkinson is een progressieve neurologische aandoening die motorische en niet-motorische symptomen veroorzaakt.

New cards
67

Wat zijn belangrijke risicofactoren voor Parkinson?

Omgevingsfactoren zoals blootstelling aan toxische stoffen en erfelijke factoren.

New cards
68

Wat is de etiologie van Parkinson?

De oorzaak van Parkinson ligt in het verlies van dopamine producerende neuronen.

New cards
69

Wat zijn de belangrijkste motorische symptomen van Parkinson?

Bradykinesie, hypokinesie, lopen met freezing, verminderde vaardigheden, rigiditeit, rusttremoren, en houding- en balansstoornissen.

New cards
70

Wat zijn niet-motorische symptomen van Parkinson?

Depressie, dementie, impulscontrole stoornissen, en autonome stoornissen zoals obstipatie en slaapstoornissen.

New cards
71

Hoe wordt Parkinson gediagnosticeerd?

Eerst andere oorzaken uitsluiten en vervolgens CT- of MRI-scan en hersencintigrafie uitvoeren.

New cards
72

Wat is de basisbehandeling voor Parkinson?

De aandoening is niet geneesbaar; symptoombestrijding met medicatie zoals levodopa en carbidopa.

New cards
73

Wat is deep brain stimulation (DBS)?

Een behandeling voor Parkinson waarbij een elektrode in een hersengebied wordt geplaatst om elektrische signalen naar de hersenen te sturen.

New cards
74

Wat zijn enkele complicaties van Parkinson?

Vallen, gewichtsverlies, aspiratiepneumonie, slikstoornissen, gedragsproblemen, en verergering van symptomen.

New cards
75

Wat is de prognose voor patiënten met Parkinson?

Parkinson is progressief; patiënten kunnen uiteindelijk verzorging nodig hebben, met verschillende snelheden van vooruitgang.

New cards
76

Wat is de focus van preventie bij Parkinson?

Het voorkomen van complicaties gerelateerd aan de aandoening.

New cards
77

Wat is de pathofysiologie van Parkinson?

wordt gekenmerkt door de degeneratie van dopamine-producerende neuronen in de substantia nigra, wat leidt tot een tekort aan dopamine in de hersenen.

New cards
78
New cards
79

Wat is de werking van Levodopa?

Levodopa verhoogt het dopaminegehalte in de hersenen en onderdrukt symptomen van Parkinson, maar de effectiviteit neemt af na 2 jaar.

New cards
80

Waarom is Carbidopa nodig bij Levodopa?

Carbidopa is nodig om te voorkomen dat Levodopa te snel wordt omgezet in dopamine voordat het de hersenen bereikt.

New cards
81

Wat is de functie van Entacapon en Tolcapon?

remmen de werking van COMT, waardoor de afbraak van Levodopa wordt verminderd.

New cards
82

Wat zijn Dopamine antagonisten?

bootsen de effecten van dopamine na in de hersenen.

New cards
83

Wat zijn de bijwerkingen van Levodopa?

Bijwerkingen zijn misselijkheid en cardiovasculaire problemen.

New cards
84

Wat kunnen psychische bijwerkingen zijn van Dopaminereceptorantagonisten?

kunnen verwarring, hallucinaties en problemen met impulsbeheersing omvatten.

New cards
85

Wat is de rol van MAO-B remmers in de behandeling van Parkinson?

vertragen de afbraak van dopamine, maar kunnen bijwerkingen zoals hoofdpijn en misselijkheid veroorzaken.

New cards
86

Wat zijn de bijwerkingen van COMT-remmers?

kunnen diarree, misselijkheid en verkleuring van urine veroorzaken.

New cards
87

Wat doen Anticholinergica in de behandeling van tremoren?

Anticholinergica verminderen tremoren, maar kunnen bijwerkingen zoals droge mond, wazig zien en obstipatie hebben.

New cards
88

Wat is de mortaliteit van een CVA?

CVA is de derde doodsoorzaak en de belangrijkste oorzaak van invaliditeit.

New cards
89

Wat houdt de FAST-test in?

De FAST-test omvat het controleren van het gezicht, de armen, spraak en tijd om symptomen van een CVA snel te herkennen.

New cards
robot