hoofdstuk 8

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
GameKnowt Play
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/69

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

middelgerelateerde en verslavingsstoornissen

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

70 Terms

1
New cards

hoofdstuk 8

middelgerelateerde en verslavingsstoornissen

2
New cards

stoffen gebruik

is ‘normaal’ onder bepaalde omstandigheden

3
New cards

verkrijgbaarheid stoffen

legaal, illegaal, op voorschrift

4
New cards

waar eindigt gebruik en start misbruik

als schadelijke lichamelijke en sociale gevolgen

5
New cards

of stoffengebruik als normaal wordt gezien hangt af van:

sociale en culturele norm

6
New cards

drugs =

psychoactieve stoffen

7
New cards

psychoactieve stoffen: kenmerken

1) illegale psychoactieve stoffen

2) legale stoffen

3) hebben effect op de psyche (verandering in stemming)

4) zeer krachtig effect van druggebruik

8
New cards

illegale psychoactieve stoffen: voorbeelden

cocaïne, XTC, LSD

9
New cards

legale stoffen: voorbeelden

alcohol, tabac

10
New cards

verkrijgen en gebruiken van drugs

1) middelpunt van het leven

2) belangrijker dan familie, werk, welzijn

11
New cards

middelgerelateerde stoornissen: 2 categorieën

1) stoornissen door middel teweeggebracht

2) verslavingsstoornissen of stoornis in het gebruik van middelen

12
New cards

stoornissen door middel teweeggebracht

1) stoornissen geïnduceerd door gebruik van psychoactieve stoffen

2) afwijkende gedragspatronen door het gebruik van het middel

3) intoxicatie, delirium, amnesie, korsakov

13
New cards

verslavingsstoornissen of stoornis in het gebruik van middelen

1) patronen van inadequaat gebruik die leiden tot een aanzienlijk belemmerd functioneren of persoonlijk lijden

2) verdere symptomen verschillen per middel

14
New cards

DSM IV

matige stoornis = misbruik

ernstige stoornis = afhankelijkheid

15
New cards

DSM V

geen onderscheid meer tussen misbruik en afhankelijkheid (grenzen niet duidelijk), wel aanduiden licht -matig - ernstig

16
New cards

cafeïne

meest gebruikte psychoactieve middel

  • niet geien als stoornis in het gebruik

  • OOKAL kan het tot ontrekkingsverschijnselen leiden

17
New cards

intoxicatie

stoornis door een bepaald middel teweeggebracht waarbij sprake is van een patroon van herhaalde episodes waarin men een staat van dronkenschap bereikt of high wordt

18
New cards

intoxicatie is afhankelijk van:

1) aard van het gebruikte middel

2) dosis

3) verwachtingen

4) biologische kwetsbaarheid

5) cues: omstandigheden, voorwerpen die behoefte aan middel oproepen

19
New cards

tekenen van intoxicatie:

1) verwarring

2) strijdlust

3) belemmerd oordeelsvermogen

4) concentratieverlies

5) belemmering motorische en ruimtelijke vaardigheden

6) in extreme gevallen: overlijden

20
New cards

onttrekkingssyndroom

een door middel teweeggebrachte stoornis waarbij een combinatie van symptomen optreedt wanneer iemand abrupt stopt, na een langere periode van intensief gebrek

  • zelf bij cafeïne na het staken van dagelijks gebruik

21
New cards

onttrekkingssyndroom: kenmerken

1) combinatie van symptomen

2) na lange periode van intensief gebruik

3) wanneer iemand abrupt stopt met het gebruik

4) is gevolg van verandering in fysiologische reacties door herhaaldelijk gebruik

22
New cards

tolerantie

23
New cards

onthoudingssymptomen verschillen per middel:

1) alcohol: transpireren, snelle pols, tremoren van de hand

2) cafeïne: hoofdpijn, slaperigheid, concentratieproblemen

24
New cards

verslavingsstoornissen of stoornissen in het gebruik

  • DUS: gestoord patroon van gebruiken van het middel waardoor belemmering in functioneren of persoonlijk lijden

  • fysiologische afhankelijkheid

  • psychische afhankelijkheid

25
New cards

fysiologische afhankelijkheid: combinatie van

  • tolerantie (steeds meer van zelfde stof nodig voor het zelfde effect)

  • onttrekingssyndroom (symptomen als plots stoppen)

26
New cards

fysiologische afhankelijkheid: term

lichaam zodanig veranderd door gebruik van de stof dat het afhankelijk is geworden aan de constante toevoer van die stof

  • fysiologische afhankelijkheid betekent niet steeds verslaafd zijn (cafeïne)

27
New cards

fysiologische afhankelijkheid: verschil met verslaving/stoornis in gebruik:

verlies van controle over het gebruik + eventueel fysiologische afhankelijkheid

28
New cards

psychische afhankelijkheid

  • dwangmatig gebruik van stof om in een psychische behoefte te voorzien (vb; verminderen van dagelijkse angst of stress)

  • al dan niet in combinatie met fysiologische afhankelijkheid

29
New cards

volgens DSM IV onderscheid misbruik en afhankelijkheid

  • misbruik: gematigde stoornis

  • afhankelijkheid: ernstige stoornis

30
New cards

misbruik

herhaaldelijk gebruik met schadelijke gevolgen:

  • fysiek zwaar

  • verwaarlozing van maatschappelijke verplichtingen

  • problemen met politie/justitie

  • persoonlijke problemen

31
New cards

afhankelijkheid

ten minste 3 symptomen regelmatig in hetzelfde jaar of => 1 maand durend

  1. tolerantie en/of ontwenningsverschijnselen

  2. gebruik van méér dan voorgenomen en langer gebruik

  3. niet kunnen staken van gebruik

  4. hevig verlangen naar gebruik

  5. er veel tijd en energie aan besteden

  6. optreden van negatieve sociale consequenties

  7. doorgebruiken ondanks die negatieve consequenties

32
New cards

nieuw in DSM V

  1. niet langer onderscheid tussen afhankelijkheid en misbruik - wel mate van ernst aanduiden - licht - matig - ernstig

  2. nieuw criterium: craving

  3. stoornis in het gebruik van een middel als 2 of meer criteria aanwezig zijn

33
New cards

craving

hunkering, sterk verlangen of drang om het middel te gebruiken

34
New cards

waar eindigt gebruik en begint misbruik?

grens = waar het aanzienlijke belemmering in het dagelijks functioneren op een bepaald terrein oplevert

  • problemen in nakomen van verantwoordelijkheden

  • riskant gedrag stellen, bv) rijden onder invloed

  • frequente sociale of interpersoonlijke problemen, bv) geweld

eenmaal te veel dringen is geen misbruik

gaat om een voortdurend patroon, ondanks de problemen

hoeveelheid, soort middel legaal of illegaal => niet bepalend voor aanwezigheid van de stoornis

35
New cards

binge drinking

toename alcoholverslaafden => tgv stijging alcoholmisbruik bij jongeren

  • 5 of meer borrels onmiddellijk na elkaar jongens

  • 4 of mee meisjes

  • 15-16 jarigen => 28 procent

  • 2 types: grootste risico op probleemdrinkers te worden

    • drinkers uit sociale doeleinden en amusement

    • drinken als gevolg van druk tot conformeren of om negatieve gevoelens te verzachten

36
New cards

algemene route (stadia) naar afhankelijkheid

  1. experimenteren

  2. regelmatig gebruik

  3. verslaving of afhankelijkheid

37
New cards
  1. experimenteren

  • incidenteel gebruik

  • euforisch gevoel

  • gevoel van controle ‘ik kan elk moment stoppen’

38
New cards
  1. regelmatig gebruik

  • even krijgt vorm rond verkrijgen en gebruiken

  • ontkenning van negatieve gevolgen tav zz en anderen

  • verandering van waarden (gezin => drugs)

  • meer en meer problemen

  • liegen en manipuleren ter verberging van gebruik

39
New cards
  1. verslaving of afhankelijkheid

  • geen weerstand meer kunnen bieden

  • omdat effecten willen ervaren

  • om gevolgen van onthouding te vermijden

40
New cards

nieuw in de DSM V

niet-chemische verslavingsstoornis

41
New cards

niet-chemische verslavingsstoornis

onder categorie verslavingsstoornis of stoornis in het gebruik van middelen ook niet-chemische verslavingsstoornis opgenomen

42
New cards

gokstoornis

  • pathologisch of dwangmatig gokken

  • in DSM IV onder categorie: impulsbeheersingsstoornis

  • vanuit inzichten dan dwangmatige of verslavingspatronen overeenkomsten vertonen met aan middelen gerelateerde problemen

  • mogelijks in de toekomst nog andere gedragsverslavingen in DSM: gamen, internet, shoppen

43
New cards

term verslaving wordt in DSM 5

  • voorbehouden voor niet-chemische verslavingsstoornissen

  • => bij middel: middelgerelateerde stoornis

44
New cards

verslavende middelen: opsomming

  1. dempende middelen

  2. stimulantia

  3. hallucinogene middelen

45
New cards

dempende middelen: synoniem

depressiva

46
New cards
  1. dempende middelen: opsomming

  1. barbituraten

  2. opiaten/narcotica (heroïne, morfine)

  3. alcohol

47
New cards
  1. stimulantia: opsomming

  1. nicotine

  2. ecstasy

  3. nicotine

  4. amfetamines

48
New cards
  1. hallucinogene middelen

  1. LSD

  2. fencyclidine (PCP)

  3. marihuana (cannabis)

49
New cards

dempende middelen: samengevat

  • daling activiteit CZS

  • daling angst, spanning, cognities, beweging

50
New cards

alcohol

  • Ethanol -> zelfde biochemisch effect als benzo (angstremmers)

  • Alcoholisme = volgens ziekte model medische aandoening, chronisch, permanent

  • Zodra alcohol drinken: effect op hersenen van onweerstaanbare lichamelijke hunkering

  • ‘gecontroleerd drinken’ = zeer omstreden aanpak – werkt meestal niet

  • Risicofactoren:

    • Geslacht: mannen 2x meer kans dan vrouwen om verslaafd te raken (Ndl 9 vs 2%  VS 20 vs 8%) – vrouwen breken minder snel alcohol af -> meer alc in bloed -> sneller dronken

    •   Leeftijd: jong volwassenheid, voor 40j

    • ASP: antisoc gedrag tijdens adolesc of volwass geeft groter risico op alcoholisme (niet vv)

    • Familiegeschiedenis: beste voorspeller van problematisch drinken – biolog. kwetsbaarh.

    • Sociaal-demografische factoren: lagere opgeleid, lager inkomen, alleen wonen

  • Psychologische (ontspanning, ontremming, vertroebeld zien en denken, …) & lichamelijke effecten op alle organen lichaam (alcoholhepatitis = ontstek lever, levercirrose  = aantasting levercellen, littekenweefsel,  Korsakov = aantast hersenen)

  •   Voorkomt bloedstolsels(bij matig gebruik!), ↑ goeie cholesterol (vetafzetting weg)

  • Persoonlijke & sociale kosten van alcohol > van alle illegale drugs samen

51
New cards

barbituraten

  • Oudere versie van benzodiazepines (Valium, Xanax, …)

  • Geneesmiddelen ifv verlichten angst, spanning, pijn verdoven, slaap opwekken

  •   Populaire straatdrug: ontspannend / lichte euforie / bij hoge dosis effect cfr alcohol  - 3à6

  •   Mengeling alc en barbituraten: 4x zo sterk effect!

  • Psychol. & fysiol. afh. (delirium, tolerantie, onthoudingsverschijnselen, epilepsie bij plots stoppen, soms dood)

52
New cards

barbituraten: synoniem

sedativa (kalmeringsmiddel)

53
New cards

opiaten: synoniem

narcotica

  • daling pijn

  • stijging slaap

54
New cards

opiaten

  • Morfine, heroïne, codeïne => papaver  “plant van vreugde”

  •    Bewustzijnsverlaging; euforie, roes tgv stimulatie genotscentra in de hersenen- cfr. endorfine  (neurotransmittors regelen pijn en genot)

  • Opiaten bootsen effect van endorfines na - daarom zo’n populaire streetdrug            

  • Snel fysiologische afhankelijkheid/ ernstige onthoudingsverschijnselen

  • griepsymptomen, angst, hunkering, tremor, stijging bloeddruk, hartslag, koorts, braken, diarree, slapeloosheid

=> Pijnbestrijding / analgesie als medische toepassing!

55
New cards

stimulantia: algemeen

  •   ↑ activiteit ZS =>  euforie, zelfvertrouwen,…

  • Verhogen noradrenaline & dopamine => zeer actief en alert ZS

56
New cards

amfetamines (synthetisch)

  •   Gebruik in hoge dosis => euforische flash (speed, uppers)

  • Tablet of gerookt (ice of cristal meth) of geïnjecteerd (vloeibare metamfetamine)

  •   Langdurig high => crash: depressie, slapeloosheid of hypersomnia, psychose

  • Onthoudingsverschijnselen!! Hersenbeschadiging leer en geheugenproblemen

57
New cards

ecstasy/MDMA (synthetisch)

  • Lichte euforie & hallucinaties –populair bij jongeren

  • Psychol. bijwerkingen:  angst, depressie, psychose, paranoia, slapeloosheid, geheugenproblemen (hoe grotere hoeveelheid, hoe groter risico langdurige veranderingen in de hersenen)

  • Lich. bijwerkingen: hartslag, bloeddruk, koud/warm

58
New cards

Cocaïne:  cocaplant (natuurlijk)

  • Gerookt (crack) – gesnoven

  • Tolerantie & onthoudingsverschijnselen: depressief, slaap- & eetstoornissen, hunkering, verlies vermogen om plezier te ervaren, uitputting ‘crash’

  • Psychotisch gedrag meer mogelijk na veel gebruik

59
New cards

hallucinaties/bewustzijn veranderende middelen

= psychedelica

60
New cards

psychedelica: opsomming

  • paddo’s

  • LSD

  • Fencyclidine/ PCP: ‘angel dust’ anestheticum

  • marihuana + hasj (=> cannabis plant)

61
New cards

paddo’s

  • gedroogde paddenstoelen

  • ecodrug

  • smart drug

62
New cards

LSD: kleuren en visuele vertekeningen, persoonsafhankelijk

  • Bad trip – flash backs

  • Effecten erg onvoorspelbaar en afhankelijk van verwachtingen, persoon, stemming, omgeving

63
New cards

Fencyclidine / PCP: ‘angel dust’  - anestheticum

  • Hallucinaties, stijgen hartslag, stijgen BD, transpireren, verdoofd gevoel

  • Diliriant: drugs die toestand van delirium kunnen teweegbrengen

  • Dissociatieve effecten : gevoel van onzichtbare barrière tussen zz en omgeving

64
New cards

Marihuana + hasj (=> cannabis plant)

  • Lage dosis: ontspannend in soc. contacten (cfr. alcohol)  - hogere dosis: zich terugtrekken

  • Soms versterking seksuele beleving bij sterke intoxicatie  – visuele hallucinaties

  • effecten persoonsafh.: soms angstaanjagend, misselijkheid, braken, desoriëntatie

  • bij chronisch gebruik: sensitisatie (overgevoeligheid) / tolerantie 

  • Groter risico op depressie, angst, schizofrenie (nog in onderzoek)

65
New cards

verslavingen: theoretische perspectieven

  • biologische perspectief

  • leerperspectieven

  • cognitieve perspectieven

  • psychodynamische perspectieven

  • sociaal culturele perspectieven

66
New cards

biologische perspectief: verslavingen

  • Neurotransmitters: Plezierige effecten door ↑ dopamine in genotscentrum

    • MAAR langdurig gebruik => beschadiging hersencircuits

            => Minder zelf dopamine aanmaken

  • Endorfinen ~ opiaten: pijnstillend geproduceerd door hypofyse tijdens lichamelijke inspanning, opwinding, pijn,…

    • MAAR langdurig gebruik => minder zelf endorfine aanmaken

  • =>   gevolg: moeilijk om zonder middel verder te kunnen want hersenen niet meer in staat om zelf gevoelens van plezier te weeg te brengen en gevoelens van depressie, angst en pijn te vermijden

67
New cards

biologisch perspectief: genetische factoren

  • Gevoeligheid voor verslaving kan samengaan met bepaalde genen                                   

  • Indien familiegesch van druggebruik: 4 à 8x grotere kans op ontwikkelen zelfde soort stoornissen

  • Echter, genen op zich sturen geen gedrag! => belang van omgeving, soc., cult. & psychologische factoren

68
New cards

cognitieve perspectieven

  • Verwachting over effect van gebruik van middelen (bij adolescenten sterk groepsgericht!!!)

  •   Houding van groepsgenoten tegenover gebruik alcohol/drugs heeft grote invloed

  • ‘one drink effect’:

= neiging van alcoholisten om na een drankje te blijven drinken

= selfulfilling prophecy = absolutistisch denken

69
New cards

psychodynamische perspectieven

  • Fixatie in orale fase (lust/ onlust), afhankelijkheid

 Drinken, roken = pogingen van individu om orale bevrediging te verkrijgen

70
New cards

sociaal culturele perspectieven

Woonplaats, cultuur, normen, religie, media