1/28
Dit is de vocabulaire die bij D2 hoort.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Grensoverschrijdend gedrag.
Dit is psychologisch/fysiek gedrag waardoor je je onveilig voelt.
Een hiaat.
Een leemte, een leegte.
Inclusie
Insluiting, betrekken van een persoon.
Inflatie
De stijging van de prijs van goederen.
NGO
Een niet-gouvernementele organisatie, afhankelijk van de overheid en zonder winst.
Nultolerantie.
Er wordt geen enkele overtreding geduld.
Polariseren.
Het proces waarbij mensen gaan denken in ‘wij-zij,’ mensen tegen elkaar opzetten door de verschillen te vergroten.
Prognose
Een voorspelling of uitspraak over een wedstrijd, een ziekte..
Protectionisme
Een economische term waarbij een land haar eigen handel beschermt.
Recessie
Een economische achteruitgang.
Re-integratie
Proces waarbij iemand terugkomt na een lange afwezigheid.
Sandwichgeneratie
Dit is de generatie van onze ouders, die moeten zorgen voor hun eigen kinderen en hun ouders.
Schuldig verzuim
Met opzet iemand niet helpen.
Sensibiliseren
Belangstelling voor iets opwekken.
Stigmatiseren
Mensen met gemeenschappelijke en/of afwijkende gedragingen, labelen, veroordelen en uitsluiten.
Suïcidepreventie.
Het voorkomen van zelfmoord.
Toxisch
Giftig, ongezond.
Vergoelijken
Iets proberen goed praten.
Vergrijzing
Het fenomeen waarbij het aandeel ouderen toeneemt en de gemiddelde leeftijd van de bevolking toeneemt.
Precair
Onzeker, kwetsbaar.
Mededogen hebben
Begrip hebben voor de situatie van iemand anders.
Paradox
Een schijnbare tegenstrijdigheid.
Progressief denken
Verandering willen.
Consistent
Standvastig zijn.
Excellentie, excelleren in iets
Uitmuntendheid, uitmunten in iets.
Soevereiniteit
Onafhankelijkheid.
Ethisch verantwoord
Handelen naar je waarden en normen, wat is moreel goed?
Turbulent
Voortdurend in beweging, onzekerheid.
Heroïsme, heroïsch
Heldenmoed, heldhaftigheid.