Biologie 5V - H3.2: Enzymen - Begrippen

substraatspecifiek

elk enzym kan inwerken op 1 stof

energiedrempel

minimale hoeveelheid energie die nodig is om een chemische reactie op gang te brengen

cofactor

ion of molecuul dat een enzym nodig heeft voor zijn werking

pH

zuurgraad; pH 7 is neutraal; hoe lager de pH, hoe zuurder de oplossing

denaturatie

een eiwit verliest zijn specifieke ruimtelijke structuur

apo-enzym

het eigenlijke enzymmolecuul (eiwit)

remstof

stof die de enzymactiviteit verlaagt

enzym

eiwit dat chemische reacties versnelt, zonder zelf te worden verbruikt

substraat

stof waarop een enzym inwerkt

activeringsenergie

energie die moet worden toegevoerd om een chemische reactie op gang te brengen

reactie-energie

energie die vrijkomt bij een chemische reactie

activator

stof die de enzymactiviteit verhoogt

actieve centrum

deel van het enzymmolecuul waar de chemische reactie plaatsvindt

enzymactiviteit

mate waarin een enzym een reactie versnelt

co-enzym

cofactor die een organische stof is