Aardrijkskunde Thema 3: Processen binnen en tussen de sferen

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/40

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

Vocabulary flashcards based on lecture notes about the atmosphere, hydrosphere, and weather patterns.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

41 Terms

1
New cards

Atmosfeer (dampkring)

Dun gasomhulsel dat door de zwaartekracht rond de aarde blijft hangen.

2
New cards

Troposfeer

De onderste laag van de atmosfeer, waar het weer zich afspeelt.

3
New cards

Stratosfeer

Laag in de atmosfeer boven de troposfeer, met de ozonlaag.

4
New cards

Mesosfeer

Laag in de atmosfeer boven de stratosfeer, waar meteoren verbranden.

5
New cards

Ionosfeer

Laag in de atmosfeer boven de mesosfeer, ook wel thermosfeer genoemd.

6
New cards

Exosfeer

De buitenste laag van de atmosfeer.

7
New cards

Fotosynthese

Proces waarbij planten en sommige bacteriën zonlicht gebruiken om koolstofdioxide en water om te zetten in zuurstof en glucose.

8
New cards

Ozon (O3)

Gas in de atmosfeer dat UV-straling filtert.

9
New cards

Ozonlaag

De laag in de stratosfeer die schadelijke Uv-straling van de zon tegenhoudt.

10
New cards

Broeikasgassen

Gassen in de atmosfeer die warmte vasthouden en bijdragen aan de opwarming van de aarde.

11
New cards

Invalshoek

De hoek waaronder zonnestralen een oppervlak bereiken.

12
New cards

Culminatiehoogte

De maximale hoogte van de zon boven de horizon op een bepaalde dag.

13
New cards

Warmtecapaciteit

De mate waarin een materiaal warmte kan vasthouden.

14
New cards

Zeestromen

Hete of koude stromen die het klimaat van bepaalde gebieden beïnvloeden.

15
New cards

Evapotranspiratie

Het proces waarbij water verdampt uit planten.

16
New cards

Luchtdruk

De druk die de atmosfeer uitoefent op het aardoppervlak.

17
New cards

Depressie (cycloon, minimum)

Gebied met lage luchtdruk.

18
New cards

Anticycloon (maximum)

Gebied met hoge luchtdruk.

19
New cards

Isobaren

Lijnen die plaatsen met dezelfde luchtdruk verbinden.

20
New cards

Aardrotatie

De draaiing van de aarde om haar eigen as.

21
New cards

Intertropische convergentiezone (ITCZ)

Zone met stijgende luchtbewegingen in de buurt van de evenaar.

22
New cards

Straalstroom (jet stream)

Een relatief smalle zone met hoge windsnelheden in de bovenste troposfeer.

23
New cards

Waterkringloop (hydrologische kringloop)

De continue beweging van water op aarde, inclusief verdamping, condensatie en neerslag.

24
New cards

Zeestromingen (oppervlaktestromingen)

Continue bewegingen van het oceaanwater, voornamelijk veroorzaakt door de zon en wind.

25
New cards

Thermohaliene circulatie (THC)

Circulatie van oceaanwater aangedreven door verschillen in temperatuur en zoutgehalte.

26
New cards

Isohyetenkaart

Kaart die de jaarlijkse neerslag in een gebied weergeeft.

27
New cards

Absolute luchtvochtigheid

De hoeveelheid waterdamp in de lucht (g/m³).

28
New cards

Relatieve luchtvochtigheid

Het percentage van de maximale hoeveelheid waterdamp dat de lucht kan bevatten.

29
New cards

Dauwpunt

De temperatuur waarbij de lucht verzadigd is en condensatie optreedt.

30
New cards

Wolk

Ophoping van fijne waterdruppels, onderkoelde waterdruppels of ijskristallen in de atmosfeer.

31
New cards

Regen

Neerslag in de vorm van samengegroeide waterdruppels.

32
New cards

Sneeuw

Neerslag in de vorm van ijskristallen.

33
New cards

Hagel

Neerslag in de vorm van ijskorrels.

34
New cards

Stijgingsregen

Regen die ontstaat wanneer lucht gedwongen wordt te stijgen, bijvoorbeeld door een gebergte.

35
New cards

Regenschaduweffect

Het effect waarbij de loefzijde van een gebergte veel neerslag krijgt en de lijzijde droog is.

36
New cards

Zenitale regen (convectieregen)

Regen die ontstaat door intense opwarming van het aardoppervlak in de tropen.

37
New cards

Front

De scheidingslijn tussen twee verschillende luchtsoorten.

38
New cards

Rode lijn, met rode halve cirkels, die aangeeft dat er aan de andere kant warme lucht zit.

Warmtefront

39
New cards

Blauwe lijn, met blauwe driehoekjes, die aangeeft dat er aan de andere kant koude lucht zit.

Koufront

40
New cards

Occusiefront

Plaatsen waar een warmtefront en een koufront samenvallen, paarse driehoeken en cirkels staan bij elkaar op één paarse lijn.

41
New cards

Frontale depressie

Een laag luchtdrukgebied dat ontstaat bij de botsing van koude en warme lucht.