1/83
voornamenlijk h2
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Centrale ZS
Omvat de hersenen en het ruggenmerg, omgeven door bot.
Perifere ZS
Zenuwbanen buiten het centrale zenuwstelsel, verbonden met zintuigen, spieren en organen.
Somatische ZS
Deel van het perifere ZS dat bewuste bewegingen en sensorische informatie regelt.
Autonome ZS
Deel van het perifere ZS dat onbewuste functies zoals hartslag en spijsvertering regelt.
Enterische ZS
Deel van het perifere ZS dat specifiek de darmen aanstuurt.
Meninges
Vliezen rond de hersenen en ruggenmerg, bestaande uit dura mater, arachnoïd en pia mater.
Duramater
Hard, buitenste hersenvlies dat bescherming biedt.
Arachnoid membrane
Middelste hersenvlies met een spinnenwebachtige structuur.
Subarachnoïdale ruimte
Ruimte tussen arachnoïd en pia mater, gevuld met hersenvocht (CSF).
Pia mater
Dun, zacht hersenvlies dat direct op de hersenen ligt.
Frontale lobbe
Hersengebied voor redeneren, planning, emoties en abstract denken.
Pariëtale lobbe
Hersengebied voor aandacht en beweging.
Temporale lobbe
Hersengebied voor gehoor, taalbegrip en muziek.
Occipitale lobbe
Hersengebied voor visuele verwerking.
Centrale sulcus
Groeve die de frontale en pariëtale lobben scheidt.
Laterale sulcus
Groeve die de temporale lob van de frontale en pariëtale lobben scheidt.
Gyrus (gyri)
Verheven windingen op het oppervlak van de hersenen.
Sulcus (sulci)
Groeven tussen de gyri op het oppervlak van de hersenen.
Anterieur
Naar de voorkant van het hoofd gericht.
Posterieur
Naar de achterkant van het hoofd gericht.
Lateraal
Naar de zijkant van het hoofd gericht.
Mediaal
Naar het midden van het hoofd gericht.
Dorsaal
Naar de bovenkant van het hoofd gericht (bij dieren: richting rug).
Ventraal
Naar de onderkant van het hoofd gericht (bij dieren: richting buik).
Corpus callosum
Bundel zenuwvezels die de twee hersenhelften verbindt.
Functie: vitale lichaamsfuncties (bv. ademhaling, lichaamstemperatuur)
Ventrikels
Holtes in de hersenen gevuld met hersenvocht.
Grijze stof
Bestaat uit cellichamen en dendrieten, belangrijk voor informatieverwerking.
Witte stof
Bestaat uit gemyeliniseerde axonen, belangrijk voor signaaloverdracht.
Glia cellen
Ondersteunende cellen voor neuronen, zoals astrocyten.
Piramidale cel
Type neuron met een lange axon, belangrijk voor informatieoverdracht.
Type glia cel die neuronen ondersteunt en voedt.
Astrocyte
Dendrieten
Uitlopers van neuronen die signalen ontvangen.
Axon
Uitloper van een neuron die signalen doorgeeft.
Eindvoetjes
Maken contact met dendrieten volgend neuron (D)
Hersenstam
Reguleert vitale functies zoals ademhaling en hartslag.
Achterhersenen
Hersengebied tussen ruggenmerg en middenhersenen
Focus: beweging/evenwicht
Cerebellum/kleine hersenen
Belangrijk voor evenwicht, fijne motoriek en cognitieve functies.
Medulla
Onderdeel van de hersenstam, reguleert basisfuncties zoals ademhaling.
Pons
Onderdeel van de hersenstam, fungeert als brug tussen hersenhelften (bindingsfunctie).
Reticulaire formatie
Netwerk in de hersenstam dat betrokken is bij bewustzijn en alertheid (wekker van cerebrum).
Middenhersenen
Hersengebied tussen voor- en achterhersenen, belangrijk voor sensorische integratie en motorische controle.
Focus: zicht/gehoor)
Tectum
Dak van de middenhersenen, bevat colliculi voor visuele en auditieve reflexen.
Tegmentum
Vloer van de middenhersenen, bevat structuren zoals substantia nigra en rode kernen voor beweging.
Colliculi superiores (dorsaal)
Bovenste heuveltjes in tectum, verwerken visuele informatie en reflexen.
Colliculi inferiores (dorsaal)
Onderste heuveltjes in tectum, verwerken auditieve informatie en reflexen.
Substantia nigra
Zwarte stof in tegmentum, produceert dopamine en is betrokken bij initiatie beweging (gerelateerd aan Parkinson).
Rode kernen
Motorische kernen in tegmentum, belangrijk voor armbewegingen.
Periaquaductale grijs (PAG) (3)
Grijze stof rond het cerebrale aquaduct, betrokken bij pijnmodulatie, defensief gedrag en voortplantingsgedragingen.
Cerebrale aquaduct
Kanaal dat hersenvocht tussen ventrikels vervoert.
Tussenhersenen
Hersengebied tussen middenhersenen en voorhersenen, bevat thalamus en hypothalamus.
Hypothalamus
Reguleert hormonen, autonome functies en overlevingsgedrag (bv. eten, vechten).
Thalamus
Doorgeefluik voor sensorische informatie naar de cortex, met specifieke kernen voor verschillende zintuigen.
Mediale geniculate nucleus
Thalamuskern voor auditieve informatie.
Laterale geniculate nucleus
Thalamuskern voor visuele informatie.
Voorhersenen
Meest ontwikkelde hersengebied bij zoogdieren, omvat cortex, basale ganglia en limbisch systeem.
Focus: geur
Cerebrale cortex
Buitenste laag van de voorhersenen, verantwoordelijk voor hogere cognitieve functies.
Basale ganglia
Subcorticale structuren die bewegingen initiëren en controleren (o.a. caudate nucleus, putamen).
Functies: vrijwillige bewegingen, initiatie bewegingen, cognitieve & emotionele functies.
Limbisch systeem
Emotionele verwerking, geheugen, genot en motivatie (o.a. amygdala, hippocampus).
Amygdala
Amandelvormige structuur, betrokken bij emoties (angst, agressie, pos effecten).
Hippocampus
Zeepaardvormige structuur, belangrijk voor autobiografische herinneringen en ruimtelijke navigatie.
Olfactorisch systeem
Reukverwerking, rechtstreeks verbonden met voorhersenen.
Sympathisch ZS
"Vecht-of-vlucht"-systeem, activeert lichaam bij stress.
Parasympatisch ZS
"Rust-en-verwerk"-systeem, kalmeert lichaam na stress.
Ganglia
Verzamelingen zenuwcellen buiten het CZS, fungeren als schakelstations.
Schwann cellen
Glia cellen in perifeer ZS die axonen isoleren met myeline.
Knoop van Ranvier
Ongeïsoleerde delen van het axon waar actiepotentialen worden opgewekt.
Myelineschede
Isolerende laag rond axonen die de geleiding versnelt door actiepotentialen te laten 'springen'.
Hypofyse
Klein hormoonklier aan hypothalamus, regelt groei, stofwisseling en voortplanting via hormoonafgifte
Caudate nucleus
Onderdeel van basale ganglia, betrokken bij beweging, leren en geheugen
Putamen
Deel van basale ganglia, werkt samen met caudate nucleus voor motorische controle
Interne globus pallidus
Onderdeel van basale ganglia, remt ongewenste bewegingen (inhibitorisch)
Externe globus pallidus
Reguleert interne globus pallidus, speelt rol in beweging en Parkinson
Allocortex, cingulate cortex, limbic lobe
Primitievere hersenschors (3-4 lagen), betrokken bij emotie en geheugen (o.a. cingulate cortex in limbisch systeem)
nervus fagus
10e craniale zenuw, regelt hartslag, spijsvertering en parasympatische reacties ("rustrespons")
cervicale wervels
7 nekwervels (C1-C7), verbinden schedel met romp en beschermen ruggenmerg. Beschermen zenuwen voor nek/armen
thoracale wervels
12 borstwervels (T1-T12), verbonden met ribben, stabiliseren romp. Beveiligen zenuwen naar romp/organen
lumbale wervels
5 lage rugwervels (L1-L5), dragen lichaamsgewicht en zorgen voor flexibiliteit. Beschermen zenuwen voor benen/bekken
sacrale wervels
5 vergroeide wervels (S1-S5), vormen heiligbeen en verbinden bekken met wervelkolom. Bevatten zenuwen voor bekken/plasdarmsysteem
coccygeale wervels
3-5 vergroeide staartwervels (stuitbeen), rudimentair bij mensen. Rudimentair (geen belangrijke zenuwfunctie)
area postrema
Hersengebied in hersenstam zonder bloed-hersenbarrière, detecteert gifstoffen en wekt braken op.
Bloed-hersenbarrière
Filtert bloed naar hersenen (laat voedingsstoffen door, blokkeert gifstoffen). Niet in hypofyse, area postrema en pijnappelklier
Gebied van Broca
Verantwoordelijk voor spraakproductie en taalexpressie
Gebied van Wernicke
Essentieel is voor taalbegrip en betekenisverwerking
Pijnappelklier
Een kleine endocriene klier in de hersenen, vooral bekend om zijn rol bij het reguleren van circadiane ritmes en slaap-waakcycli. Hier is er GEEN bloed-hersenbarrière