Begrippen Nectar V4 Hoofdstuk 4 - Voortplanting | Quizlet

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/66

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

67 Terms

1
New cards

Abortus

het verwijderen van een ingenesteld embryo of een foetus tot 24 weken

2
New cards

Aids

ziekte, veroorzaakt door hiv, waarbij het afweersysteem niet meer goed werkt

3
New cards

Amnion

het binnenste vruchtvlies, omringt de amnionholte en later het embryo / de foetus met het vruchtwater

<p>het binnenste vruchtvlies, omringt de amnionholte en later het embryo / de foetus met het vruchtwater</p>
4
New cards

Anticonceptiemiddel

(voorbehoedmiddel) middel om zwangerschap te voorkomen door de bevruchting of de innesteling tegen te gaan

5
New cards

Aseksueel

zich niet seksueel tot anderen aangetrokken voelen

6
New cards

bevruchting

het samensmelten van de kern van een spermacel met de kern van een eicel

<p>het samensmelten van de kern van een spermacel met de kern van een eicel</p>
7
New cards

biseksueel

zich seksueel aangetrokken voelen tot individuen van beide geslachten

8
New cards

blastula

beginnend embryonaal stadium: een blaasje dat bestaat uit een holte omgeven door een laag cellen

<p>beginnend embryonaal stadium: een blaasje dat bestaat uit een holte omgeven door een laag cellen</p>
9
New cards

chorion

het binnenste vruchtvlies, ontstaat uit de trofoblast en omringt de chorionholte totdat deze verdwijnt

<p>het binnenste vruchtvlies, ontstaat uit de trofoblast en omringt de chorionholte totdat deze verdwijnt</p>
10
New cards

coming-out

het vertellen dat je sekse afwijkt van de norm

11
New cards

crossing-over

de chromatiden van homologe chromosomen verstrengelen tijdens de meiose met elkaar en wisselen stukken uit

<p>de chromatiden van homologe chromosomen verstrengelen tijdens de meiose met elkaar en wisselen stukken uit</p>
12
New cards

diploïd

(2n) alle chromosomen zijn in tweevoud aanwezig, ze komen voor in paren

<p>(2n) alle chromosomen zijn in tweevoud aanwezig, ze komen voor in paren</p>
13
New cards

ethisch argument

argumenten gebaseerd op goed en kwaad volgens bepaalde normen en waarden

14
New cards

foetus

stadium na embryo, acht weken oud, alle organen zijn aan gelegd

<p>stadium na embryo, acht weken oud, alle organen zijn aan gelegd</p>
15
New cards

follikel

een blaasje van follikelcellen in de eierstok met een primaire oöcyt

<p>een blaasje van follikelcellen in de eierstok met een primaire oöcyt</p>
16
New cards

FSH

follikelstimulerend hormoon, hormoon van de hypofyse, stimuleert de ontwikkeling van follikels bij de vrouw en de vorming van spermacellen bij de man

17
New cards

gele lichaam

restant follikelcellen nadat de eicel is vrijgekomen bij de ovulatie, bevat vetachtige stoffen

18
New cards

geslachtelijke voortplanting

vermeerdering van organismen waarbij een eicel en een spermacel met elkaar versmelten en waarbij genetisch verschillende organismen ontstaan

19
New cards

GnRH

(gonadotropine-releasinghormonen) hormonen uit de hypothalamus die de afgifte van FSH en LH stimuleren

20
New cards

Haploïd

(n) van alle chromosomen is één exemplaar aanwezig

<p>(n) van alle chromosomen is één exemplaar aanwezig</p>
21
New cards

HCG

(humaan chorion gonadotropine) hormoon van de trofoblast dat het gele lichaam stimuleert om progesteron te blijven maken

22
New cards

heteroseksueel

zich seksueel aangetrokken voelen tot iemand van het andere geslacht

23
New cards

hiv

humaan immunodeficiëntievirus, virus dat de ziekte aids veroorzaakt

24
New cards

homologe chromosomen

de chromosomen van één paar, een van de vader en een van de moeder

25
New cards

homoseksueel

man die zich seksueel aangetrokken voelt tot iemand van het eigen geslacht

26
New cards

hypofyse

hormoonklier tussen beide hersenhelften in, vormt onder andere FSH en LH

<p>hormoonklier tussen beide hersenhelften in, vormt onder andere FSH en LH</p>
27
New cards

hypothalamus

onderdeel van de hersenen, staat in verbinding met de hypofyse en stuurt deze aan door het afgeven van releasinghormonen

<p>onderdeel van de hersenen, staat in verbinding met de hypofyse en stuurt deze aan door het afgeven van releasinghormonen</p>
28
New cards

ICSI

intracytoplasmatische spermainjectie, een vorm van ivf waarbij een arts erfelijk materiaal van één spermacel in een eicel brengt

29
New cards

innesteling

het ingroeien van het embryo in het baarmoederslijmvlies (met behulp van vlokken)

30
New cards

intersekse

iemand die zich zowel mannelijk als vrouwelijk voelt

31
New cards

ivf

in-vitrofertilisatie ('in glas'), bevruchting buiten het lichaam

32
New cards

ki

het kunstmatig inbrengen van sperma bij de vrouw

33
New cards

kiemschijf

het begin van het embryo, een platte schijf cellen

34
New cards

klievingsdeling

een deling (mitose) waarbij in de nieuw gevormde cellen van een embryo geen plasmagroei optreedt

<p>een deling (mitose) waarbij in de nieuw gevormde cellen van een embryo geen plasmagroei optreedt</p>
35
New cards

kloon

genetisch identieke nakomelingen, ontstaan uit één ouder door ongeslachtelijke voortplanting

36
New cards

lesbisch

zich als vrouw seksueel aangetrokken voelen tot iemand van het eigen geslacht

37
New cards

LH

(luteïniserend hormoon) hormoon van de hypofyse, stimuleert bij vrouwen de ovulatie en bij mannen de productie van het mannelijk geslachtshormoon testosteron (LH heet bij mannen ook wel ICSH)

38
New cards

meiose

(reductiedeling) kerndeling in twee stappen, waarbij uit één diploïde cel vier haploïde cellen (geslachtscellen) ontstaan

39
New cards

meiose I

eerste deel van de meiose, waarbij de chromosoomparen uit elkaar gaan (2n → n + n)

40
New cards

meiose II

tweede deel van de meiose, waarbij de chromatiden van elk chromosoom uit elkaar gaan (n → n + n)

41
New cards

menstruatiecyclus

cyclus van ongeveer 28 dagen bij de vrouw die onder invloed van hormonen begint met de ontwikkeling van follikels in de eierstok en eindigt met het afstoten van het baarmoederslijmvlies (menstruatie) wanneer er geen bevruchting is opgetreden

42
New cards

negatieve terugkoppeling

regelkring waarin het product door remming van het productieproces overproductie voorkomt

43
New cards

oestrogenen

vrouwelijke geslachtshormonen, gevormd door de follikel; stimuleren de secundaire geslachtskenmerken en de groei van nieuw baarmoederslijmvlies

44
New cards

ongeslachtelijke voortplanting

vermeerdering van organismen uitéén ouder waarbij genetisch identieke nakomelingen ontstaan

45
New cards

ovarium

(eierstok) geslachtsorgaan bij een vrouw waarin de eicellen zich ontwikkelen

<p>(eierstok) geslachtsorgaan bij een vrouw waarin de eicellen zich ontwikkelen</p>
46
New cards

overtijdbehandeling

afbreken van de zwangerschap binnen 16 dagen na het uitblijven van de menstruatie

47
New cards

ovulatie

(eisprong) het vrijkomen van de eicel uit een van beide eierstokken

48
New cards

oxytocine

hypofysehormoon dat de samentrekking van de spieren in de baarmoederwand stimuleert, zodat de geboorte van het kind begint; bij borstvoeding bevordert oxytocine de afgifte van melk doordat het samentrekkingen van de spiertjes in de melkklieren stimuleert

49
New cards

placenta

orgaan waar tijdens de zwangerschap uitwisseling van stoffen tussen moeder en kind plaatsvindt; bevat bloedvaten van moeder en kind

50
New cards

poollichaampje

een haploïde cel met een kleine hoeveelheid cytoplasma die ontstaat tijdens de vorming van een eicel; tijdens de oögenese ontstaat een poollichaampje bij meiose I en een poollichaampje bij meiose II; het eerste poollichaampje kan zich bij meiose II nogmaals delen

51
New cards

positieve terugkoppeling

regelkring waarin het product het productieproces versterkt

52
New cards

prenatale diagnostiek

onderzoek om bij een foetus een aangeboren of erfelijke afwijking op te sporen

53
New cards

primaire geslachtskenmerken

de kenmerken van het geslacht die al bij de geboorte aanwezig zijn

54
New cards

progesteron

vrouwelijk geslachtshormoon, gevormd door het gele lichaam (en een placenta); stimuleert de groei en ontwikkeling van het baarmoederslijmvlies

55
New cards

prolactine

hormoon van de hypofyse dat de melkvorming door de melkklieren in de borsten bevordert

56
New cards

prostaglandinen

hormonen die de samentrekking van het spierweefsel van de baarmoederwand veroorzaken

57
New cards

recombinatie

de herschikking van DNA tijdens de meiose

58
New cards

secundaire geslachtskenmerken

de kenmerken van het geslacht die in de puberteit ontstaan

59
New cards

seropositief

uitslag van een bloedonderzoek dat de aanwezigheid van antistoffen tegen hiv aantoont

60
New cards

soa

seksueel overdraagbare aandoening

61
New cards

sperma

spermacellen met vocht van prostaatklier en zaadblaasjes

62
New cards

tertiaire geslachtskenmerken

geestelijke kenmerken, ontstaan bij de ontwikkeling naar een zelfstandige volwassene

63
New cards

testis

(teelbal) geslachtsorgaan bij een man, vormt spermacellen

64
New cards

testosteron

mannelijk geslachtshormoon, gevormd door de interstitiële cellen in de testes

65
New cards

transgender

iemand die zich niet thuis voelt bij het biologisch geslacht

66
New cards

weefselkweek

kweken van stukjes plant in een steriele kweekruimte

67
New cards

zygote

bevruchte eicel