4.1 Aan Het Woord - Woordenschat

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
full-widthCall with Kai
GameKnowt Play
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/39

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

40 Terms

1
New cards

taalbad (het)

verblijf in een omgeving waar een vreemde taal gesproken wordt om die vreemde taal (beter) te leren

2
New cards

aanpak

hoe je iets gaat doen of oplossen

3
New cards

thuistaal

de taal die thuis gesproken is

4
New cards

bezwaar (het)

als je niet wilt dat iets gebeurt, dan heb je er tegen

5
New cards

opstap

middel dat je kan helpen om hogerop te raken

6
New cards

voorstander

iemand die een idee voorstelt en verdedigt

7
New cards

wijk

deel van de stad of een dorp

8
New cards

remediëring

proberen door middel van gerichte hulp problemen te verhelpen

9
New cards

toets

test om uit te zoeken of iets of iemand voldoet aan bepaalde voorwaarden

10
New cards

meerwaarde

extra waarde

11
New cards

betrokkenheid

een band hebben met iets/iemand, verbonden zijn met iets/iemand

12
New cards

pak

veel, een heleboel

13
New cards

overgroot

zeer groot

14
New cards

diepgeworteld

inherent, onlosmakelijk verbonden met

15
New cards

schrijnend

(van een situatie) zo slecht dat je zou willen dat mensen er niet mee te maken hadden

16
New cards

van dag op dag

van de ene dag op de andere

17
New cards

een witte vlucht kennen

de kinderen met een witte huidskleur verlaten de school

18
New cards

met de handen in het haar zitten

geen oplossing meer weten

19
New cards

betrappen

iemand verrassen als hij iets stiekem doet

20
New cards

aan de kant vliegen

opzijgezet worden

21
New cards

het vijfde wiel aan de wagen zijn

totaal overbodig, ongewenst zijn

22
New cards

bijdragen tot

doet of geven om iets te laten lukken

23
New cards

overschakelen naar

omschakelen, iets anders gaan gebruiken

24
New cards

snappen

begrijpen

25
New cards

inschakelen

hulp vragen van (iemand)

26
New cards

de stap zetten

iets nieuws durven doen

27
New cards

zich goed voelen

zich goed in zijn vel voelen

28
New cards

zinvol

nuttig, useful

29
New cards

pleiten voor iets

argument geven voor/tegen iets

30
New cards

iets machtig zijn

kennis hebben van iets

31
New cards

voorlezen

hardop (luid) lezen voor iemand

32
New cards

je hersenen kraken

diep/lang over iets nadenken

33
New cards

opmerking

een commentaar maken, meestal negatief

34
New cards

een bestelling opnemen

een ober … een bestelling …

35
New cards

omgeving

environment, surroundings

36
New cards

wiskunde

het werken met cijfers, het rekenen

37
New cards

natuurwetenschappen

een wetenschap die de natuur bestudeert, zoals biologie, scheikunde/chemie of natuurkunde

38
New cards

het ziekteverzuim

afwezigheid door ziekte

39
New cards

het traject

dingen die je in de juiste volgorde na elkaar moet doen als deel van een groter geheel

40
New cards