absolute macht
volledige macht over alle domeinen van de samenleving
absolutisme
staatsvorm geleid door een onbeperkte alleenheerschappij
ambtenaren
iemand die werkt voor de overheid
burgerij
rijke elite (niet de adel)
centralisatie
macht of bestuur komt in handen van centrale instellingen
cijnskiesrecht
iedereen die een bepaalde som belastingen betaalt, krijgt automatisch één stem
constitutionele monarchie
monarchie waarbij de positie van de koning in been grondwet geregeld is
democratie
bestuursvorm waarbij het volk rechtstreeks of via vertegenwoordigers de wetten stemt en waarin de vrijheden van de burgers en minderheden door een grondwet worden beschermd
grondwet
document met daarin de rechten en plichten van elke burger en de werking van de staat
monarchie
staatsvorm waarbij de monarch door erfopvolging wordt aangeduid
opstand
verzet tegen het gezag
rechterlijke macht
macht die erop toeziet dat de wetten worden nageleefd
rechtstaat
staat waarin de burgers dankzij de grondwet en de wetten van het land beschermd worden tegen mogelijke willekeur van de machtshebbers
republiek
regeringsvorm met een voor een bepaald termijn verkozen staatshoofd
republikein
voorstander van een republiek als staatsvorm
revolutie
een plotselinge opstand van het volk die tot een blijvende verandering leidt
scheiding der machten
het opsplitsen van de politieke macht in wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht
soevereiniteit
hoogste gezag
trias politica
scheiding der machten
uitvoerende macht
macht die wetten uitvoert
verlicht despotisme
bestuursvorm waarbij de vorst de macht naar zich toe trekt, maar toch ook rekening houdt met het welzijn van het volk
wetgevende macht
macht die wetten maakt
royalist
aanhanger van de monarchie
contrarevolutie
iemand die tegen de revolutie is , of die tegenwerkt