Les 3: temperament

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/16

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

17 Terms

1
New cards

Dunedin study

Prospectieve longitudinale studie naar temperament en verband met latere persoonlijkheid. Hieruit bleken drie clusters te komen; goed aangepaste cluster, geremde cluster en ongecontroleerde cluster. Ook werden er verbanden gevonden tussen persoonlijkheidsstructuren en sociaal functioneren en psychiatrische stoornissen

2
New cards

Goed aangepaste cluster

Kinderen die veerkrachtig zijn, zelfcontrole en zelfvertrouwen hebben en niet overstuur zijn bij confrontatie met nieuwe elementen (Dunedin study)

3
New cards

Geremde cluster

Sociaal teruggetrokken kinderen, angstig, niet op gemak bij vreemde mensen (Dunedin study)

4
New cards

Ongecontroleerde cluster

Impulsieve kinderen, rusteloos, negatief en onvoorspelbaar in reactie/emotie (Dunedin study)

5
New cards

Thomas en Chess temperament model

Model met stilistische componenten van gedrag = negen gedragstrekken ‘hoe’ het kind reageert (activiteit, regelmaat. aanpassen, toenadering, intensiteit, stemmingskwaliteit, drempelwaarde, afleidbaarheid en taakvolhouding) → drie persoonlijkheidstypes (gemakkelijk, traag-op-gang-komend en moeilijk kind)

6
New cards

Gemakkelijk kind

Verkeert doorgaans in positieve stemming, heeft regelmatig biologische functies en lage tot matige responsintensiteit, goede adaptie, raakt niet van streek in nieuwe situaties (Thomas en Chess temperament model)

7
New cards

Traag-op-gang-komend kind

Heeft vaak negatieve stemming, laag activiteitsniveau, lage responsintensiteit, is geneigd zich terug te trekken in nieuwe situaties (Thomas en Chess temperament model)

8
New cards

Moeilijk kind

Verkeert doorgaans in een negatieve gemoedsstemming, onregelmatige biologische functies, hevige reacties, geringe adaptie en is geneigd om zich terug te trekken in nieuwe situaties (Thomas en Chess temperament model)

9
New cards

Goodness of fit

Verantwoordelijkheid ouders om goed het temperament kind te ondersteunen voor de optimale ontwikkeling

10
New cards

EAS(I) model

Model over temperament van Buss en Plomin, die stelt dat er vier dimensies zijn van genetische basis van temperament: emotionaliteit, activiteit, sociabiliteit en impulsiviteit

11
New cards

Rothbart temperament model

Voegt emotioneel component toe aan EAS(I) model → reactiviteit en zelfregulatie → negatief affect, surgency en effertful control

12
New cards

Negatief affect

Onderdeel reactiviteit Rothbart, neiging van kinderen om triest, angstig of prikkelbaar te reageren op situaties

13
New cards

Surgency

Onderdeel reactiviteit Rothbart, mate van energie en motorische activiteit in spreken en handelen/uiten van positieve emoties en plezier in intense activiteiten

14
New cards

Effortful control

Component van zelfregulatie volgens Rothbart, individuele verschillen in het richten en volhouden van aandacht, het inhiberen van gedrag en het volhouden van take (2-3 jaar)

15
New cards

Evocatieve gen-omgevingscorrelaties

Het verband tussen genetische aanleg van temperament en de omgeving die vanuit die bepaalde aanleg wordt gecreëerd

16
New cards

Top down benadering

Big five vragenlijst gebruiken en kijken hoe dat bij kinderen en jongeren werkt (= vertrekken van iets dat we al hebben) → veel bevestiging maar ander onderzoek drukt drie duidelijke interpreteerbare factoren

17
New cards

Bottom up benadering

Kijken hoe persoonlijkheid bij jongeren is en vanuit daar nieuw model opbouwen; onderzoeken welke dimensies ten gronde liggen aan individuele verschillen kinderen en jongeren → 5 factoren die sterk correleren met FFM