AFPF casus 3

studied byStudied by 2 people
5.0(1)
learn
LearnA personalized and smart learning plan
exam
Practice TestTake a test on your terms and definitions
spaced repetition
Spaced RepetitionScientifically backed study method
heart puzzle
Matching GameHow quick can you match all your cards?
flashcards
FlashcardsStudy terms and definitions

1 / 90

encourage image

There's no tags or description

Looks like no one added any tags here yet for you.

91 Terms

1

Geleidingssysteem van het hart

Het netwerk van gespecialiseerde neuromusculaire cellen die elektrische impulsen genereren en doorgeven.

New cards
2

Sinusknoop

De primaire pacemaker van het hart, gelegen in de rechteratrium, die elektrische impulsen genereert voor atriumcontractie.

New cards
3

Atrioventriculaire knoop

De secundaire pacemaker van het hart, gelegen in het atriumseptum, die signalen doorgeeft van het atrium naar de ventrikels.

New cards
4

Parasympatisch zenuwstelsel effect

Stimuleert vertraging in HR en RR door sinusknoop, AV-knoop en myocard atrium.  

New cards
5

Sympathisch zenuwstelsel effect

Stimuleert verhoging HR en RR door sinusknoop en AV-knoop 

New cards
6

Systolische druk

De druk in de bloedvaten wanneer de linkerkamer van het hart samentrekt en bloed in de aorta pompt.

New cards
7

Diastolische druk

De druk in de bloedvaten tijdens de rustfase van het hart, wanneer het hart zich voorbereidt op de volgende samentrekking.

New cards
8

Hypertensie

Hoge bloeddruk gedefinieerd als zijnde boven de 140/90 mmHg.

New cards
9

Atherosclerose

De vernauwing van arteriën door de ophoping van vetten, vergroot de kans op hart- en vaatziekten.

New cards
10

Bradycardie

Een langzaam hartritme, meestal onder de 60 slagen per minuut.

New cards
11

Tachycardie

Een snel hartritme, meestal boven de 100 slagen per minuut.

New cards
12

Atriumfibrilleren (AF)

Een ritmestoornis waarbij de atria onregelmatig en snel samentrekken, wat kan leiden tot verminderde cardiac output.

New cards
13

Ventrikelfibrilleren (VF)

Een ernstige ritmestoornis waarbij de ventrikels ongecoördineerd samentrekken, zonder effectieve bloedcirculatie.

New cards
14

Asystolie

De afwezigheid van elektrische activiteit in de hartspier, wat leidt tot een stilstaand hart.

New cards
15

Baroreceptorreflex

Een dynamisch proces waarbij baroreceptoren de bloeddruk reguleren door signalen naar het cardiovasculaire centrum te sturen.

New cards
16

Bloeddrukregulatie

Processen die de bloeddruk op korte en lange termijn handhaven, inclusief neurale en hormonale controlemechanismen.

New cards
17

Pulsatiepunten

Plaatsen waar arteriële pulsaties voelbaar zijn, zoals de arteria temporalis en arteria radialis.

New cards
18

Pulsatiepunten

  • Arteria temporalis  

  • Arteria facialis  

  • Arteria carotis communis  

  • Arteria brachiales  

  • Arteria radialis  

  • Arteria femoralis  

  • Arteria poplitea  

  • Arteria tibalis posterior  

  • Arteria dorsalsi pedis  

New cards
19

Hartfrequentie

Het aantal hartslagen per minuut, beïnvloed door het autonome zenuwstelsel en andere factoren.

New cards
20

AV-bundel (bundel van His)

De structuur die ontspringt uit de AV-knoop en zich splitst in het septum in een linker en rechter tak.

New cards
21

Purkinjevezels

Haarvaten die elektrisch signalen doorgeven van de AV-bundel naar de apex van de ventrikels, waardoor de samentrekking begint.

New cards
22

Atriale depolarisatie

De impuls van de sinusknoop verspreidt zich over de atria, wat leidt tot atriale contractie.

New cards
23

QRS-complex

De elektrische activiteit van de ventrikels, die de verspreiding van impulsen vanuit de AV-knoop door de AV-bundel en Purkinjevezels representatief is.

New cards
24

Gedeelte tussen P en Q

De geleiding van de impuls door de AV-knoop, waardoor de atriale contractie kan worden afgerond.

New cards
25

T top

De periode van ontspanning van de ventrikels, ook wel ventriculaire repolarisatie genoemd.

New cards
26

Atriale repolarisatie

Dit wordt meestal niet gezien op de ECG, omdat het wordt overschaduwd door het QRS-complex.

New cards
27

Hartcyclus

De cyclus van atriale systole, ventriculaire systole en cardiale diastole die de bloedstroom door het hart coördineert.

New cards
28

Atriale systole

Het vullen van de atria met bloed vanuit de VCI, waarbij de druk stijgt en de atrioventriculaire kleppen automatisch openen.

New cards
29

Ventriculaire systole

De fase waarin de ventrikels samentrekken om bloed naar de longslagader en aorta te pompen, gekenmerkt door de korte vertraging tussen P en Q op het ECG.

New cards
30

Cardiale diastole

De fase waarin de atria en ventrikels ontspannen en zich opnieuw vullen met bloed, terwijl de aorta en pulmonalisklep sluiten.

New cards
31

Vasoconstrictie

De vernauwing van bloedvaten door verhoogde spierspanning in de tunica media, vaak veroorzaakt door sympathische zenuwactiviteit.

New cards
32

Vasodilatatie

De verwijding van bloedvaten door vermindering van spierspanning in de tunica media, vaak veroorzaakt door verminderde sympathische activiteit.

New cards
33

Perifere weerstand

De weerstand die bloed ondervindt tijdens het stromen door de perifere bloedvaten, beïnvloed door de diameter van de bloedvaten.

New cards
34

Baroreceptorreflex

Een dynamisch proces waarbij baroreceptoren de bloeddruk reguleren door signalen naar het cardiovasculaire centrum te sturen.

New cards
35

Chemoreceptoren

Zenuwuiteindes in de aorta en carotislichaampjes die reageren op veranderingen in CO2, O2 en arteriële bloed pH.

New cards
36

Kortetermijnregulatie van bloeddruk

Regulatie via baroreceptoren, chemoreceptoren, en neurale controle voor onmiddellijke aanpassingen.

New cards
37

Langetermijnregulatie van bloeddruk

Regulatie door nieren en het RAAS-systeem voor langdurige controle van bloedvolume en druk.

New cards
38

Sympathisch zenuwstelsel

Stimuleert verhoogde hartfrequentie en kracht, vasoconstrictie, en algehele verhoging van de bloeddruk.

New cards
39

Parasympathisch zenuwstelsel

Verlaagt hartfrequentie en kracht, wat leidt tot vasodilatatie en lagere bloeddruk.

New cards
40

Renine-angiotensine-aldosteronsysteem (RAAS)

Hormonale regulatie die het bloedvolume verhoogt en bloeddruk controleert.

New cards
41

Atrial Natriuretic Peptide (ANP)

Een hormoon geproduceerd door het hart dat natrium- en waterretentie vermindert, wat de bloeddruk verlaagt.

New cards
42

Stijging bloeddruk reacties

Baroreceptoren sturen signalen naar het CVC voor verlagen hartdebiet en vasodilatatie.

New cards
43

Daling bloeddruk reacties

Baroreceptoren sturen signalen naar het CVC voor verhogen hartdebiet en vasoconstrictie.

New cards
44

Factoren die de polsfrequentie beïnvloeden

  • arteriën van perifere weefsel zijn vernauwd of geblokkeerd

  • aandoeningen samentrekken hart

New cards
45

Factoren die hartminuutvolume beinvloeden

  • Bloedvolume  

  • Kracht van myocardcontractie  

  • Ventriculair einddiastolisch volume (vlak voor contractie)  

  • Veneus aanbod: positie lichaam, skeletpomp, respiratoire pomp  

New cards
46

Factoren die de hartfrequentie beïnvloeden

  • Autonoom zenuwstelsel  

  • Hormonen  

  • Positie  

  • Geslacht  

  • Leeftijd  

  • Temperatuur  

New cards
47

Risicofactoren voor hypertensie

Hogere leeftijd, genetische aanleg, leefstijl, obesitas, stress, en etniciteit (Sub-Sahara en Afrikaans).

New cards
48

Etiologie van hypertensie

95% van de gevallen is onbekend, aangeduid als primaire hypertensie; secundaire hypertensie gevolg van specifieke aandoeningen.

New cards
49

Pathofysiologie van hypertensie

Kan leiden tot atherosclerose, linker ventrikelhypertrofie, cardiomyopathie en hartfalen.

New cards
50

Symptomen van hypertensie

Vaak asymptomatisch, maar kan leiden tot hoofdpijn, duizeligheid, vermoeidheid, bloedneuzen, en opvliegers; hypertensieve crisis bij > 200/120.

New cards
51

Diagnose van hypertensie

Bloeddrukmeting meerdere keren plus ambulante meting voor nauwkeurigheid.

New cards
52

Behandeling van hypertensie

Omvat antihypertensiva zoals ACE-remmers, calciumantagonisten, diuretica, bètablokkers en leefstijlaanpassingen.

New cards
53

Complicaties van hypertensie

Verhoogde kans op hart- en vaatziekten, nierschade, visusstoornissen, en verminderd cognitief functioneren.

New cards
54

Prognose bij hypertensie

Effectieve behandeling kan complicaties voorkomen, de levensduur verlengen, en sterfte door coronaire hartziekten verminderen.

New cards
55

Preventie van hypertensie

Behouden van een gezonde levensstijl met aandacht voor voeding en fysieke activiteit.

New cards
56

Secundaire hypertensie

Bloeddrukverhoging als gevolg van andere aandoeningen zoals nieraandoeningen en OSAS.

New cards
57

Atherosclerose

De vernauwing van arteriën door ophoping van vetten, wat kan leiden tot hart- en vaatziekten.

New cards
58

Etiologie van atherosclerose

Oorzaken zijn erfelijkheid, ontsteking, stolling, vetmetabolisme, vaatbeschadiging en deling van gladde spiercellen.

New cards
59

Pathofysiologie van atherosclerose

Beschadiging van de vaatwand in het endotheel leidt tot vetafzettingen, plaques, vernauwing, scheuren en mogelijk stolselvorming.

New cards
60

Symptomen van atherosclerose

Symptomen treden vaak pas op bij ernstige vernauwing en zijn afhankelijk van de plaats van de vernauwing.

New cards
61

Complicaties van atherosclerose

Kan leiden tot hypertensie, verminderde nierfunctie, infarct en aneurysma.

New cards
62

Prognose van atherosclerose

Verhoogd risico op hart- en vaatziekten, afhankelijk van aanwezige risicofactoren.

New cards
63

Ischemische hart- en vaatziekten

Vermindering van bloedstroom door de coronaire vaten, vaak leidend tot zuurstoftekort.

New cards
64

Risicofactoren voor ischemische hart- en vaatziekten

Inbegrepen erfelijkheid, leeftijd, hypertensie, obesitas, chronische ziekten, verhoogd cholesterol, insulineresistentie, leefstijl en stress.

New cards
65

Preventie van atherosclerose

Voorkomen van plaques door invloedrijke risicofactoren zoals niet roken, regelmatige lichaamsbeweging, gebalanceerde voeding, gewichtsverlies en adequate slaap.

New cards
66

Medicatie bij atherosclerose

Omvat behandelingen voor hypertensie, hypercholesterolemie en diabetes mellitus.

New cards
67

Coronaire hartziekten

Meestal veroorzaakt door atherosclerose in de coronaire vaten, wat leidt tot vernauwing.

New cards
68

Pathofysiologie van coronaire hartziekten

Vernauwing in coronaire vaten leidt tot ischemie, pijn op de borst (POB), en mogelijk necrose door langdurige afsluiting.

New cards
69

Stabiele angina pectoris (AP)

Tijdelijke en voorspelbare ischemie die optreedt wanneer de zuurstofvraag toeneemt.

New cards
70

Acute coronair syndroom (ACS)

Een verzamelnaam voor aandoeningen als instabiele angina pectoris (IAP) en acute myocardinfarct (AMI).

New cards
71

Instabiele angina pectoris (IAP)

Aanhoudende ischemie zonder necrose, vaak een voorbode van een hartaanval.

New cards
72

Acute myocardinfarct (AMI)

Acute afsluiting van een coronaire ader met necrose als gevolg.

New cards
73

Typische symptomen van angina pectoris

Druk op de borst, bandgevoel, uitstraling naar schouder/arm/keel/tanden, verhoogde hartslag en bloeddruk.

New cards
74

Atypische symptomen van angina pectoris

Maagklachten, dyspnoe, duizeligheid, vermoeidheid.

New cards
75

Behandeling voor angina pectoris

Omvat leefstijladviezen, medicamenteuze behandeling en invasieve therapieën.

New cards
76

BIG 5 medicatie voor hartziekten

Bestaat uit beta-blokkers, twee antistollingsmiddelen, bloeddrukverlagers, cholesterolverlagers en nitroglycerine.

New cards
77

Complicaties van coronaire hartziekten

Kan progressie tot ACS of hartdood door ritmestoornissen veroorzaken.

New cards
78

Acute coronair syndroom (ACS)

Een aandoening door acute niet-voorbijgaande ischemie door vernauwing van de coronaire vaten.

New cards
79

Symptomen van ACS

Vergelijkbaar met angina pectoris (AP), maar erger en onvoorspelbaar; inclusief syncope, hartstilstand, dyspnoe, en bleke of transpirerende huid.

New cards
80

Behandeling van ACS

Insluiten zuurstoftoediening, acetylsalicylzuur, nitraten, pijnstilling en de BIG 5 medicatie.

New cards
81

Reperfusietherapie

Behandelingen zoals percutane coronaire interventie (PCI), coronaire bypassoperatie (CABG) of trombolyse.

New cards
82

Secundaire behandeling na ACS

Hartrevalidatie, medicatie voor stolling en preventie van nieuwe episodes.

New cards
83

Complicaties van ACS

Inclusief ritme- en geleidingsstoornissen, hartfalen, klepaandoeningen, en cardiogene shock.

New cards
84

Atriumfibrilleren (AF)

Een ritmestoornis gekarakteriseerd door onregelmatig en snel samentrekken van de atria.

New cards
85

Pathofysiologie van AF

Prikkels vanuit verschillende plaatsen overrulen de sinusknoop, resulterend in irregulaire tachycardie.

New cards
86

Paroxismaal atriumfibrilleren (AF)

Aanvalsgewijze AF waarbij het sinusritme spontaan terugkeert.

New cards
87

Symptomen van AF

Palpitaties en klachten door verminderde cardiac output.

New cards
88

Ventrikelfibrilleren (VF)

Ongecoördineerd samentrekken van de ventrikels waardoor geen cardiac output en hartstilstand optreedt.

New cards
89

Behandeling van VF

Inclusief reanimatie, defibrillatie, amiodaron, en adrenaline.

New cards
90

Asystolie

Afwezigheid van elektrische activiteit in de hartspier.

New cards
91

Behandeling van asystolie

Reanimatie en toediening van adrenaline.

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 19 people
861 days ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 15 people
829 days ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 46 people
684 days ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 689 people
115 days ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 68 people
998 days ago
4.0(1)
note Note
studied byStudied by 5 people
927 days ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 34 people
296 days ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 826 people
288 days ago
4.8(5)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (26)
studied byStudied by 1 person
776 days ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (118)
studied byStudied by 6 people
517 days ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (36)
studied byStudied by 10 people
846 days ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (89)
studied byStudied by 420 people
808 days ago
5.0(6)
flashcards Flashcard (80)
studied byStudied by 82 people
743 days ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (164)
studied byStudied by 10 people
326 days ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (56)
studied byStudied by 4 people
774 days ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (56)
studied byStudied by 102 people
671 days ago
5.0(8)
robot