HS9- lyriek in de lange negentiende eeuw romantiek, realisme en impressionisme

verlichtingsidealen

moraliserend

lange 19e eeuw

tussen FR rev (1789) en WOI (1914)

voedingsbodem

industriële revolutie, Verlichting (ratio en rede) en nationalistische opstanden

romantiek kenmerken

escapisme, kunstenaar centraal en gevoelens

Weltschmerz

gevoel van leed en verdriet door onvolmaaktheid van de wereld

Sehnsucht

verlangen naar iets ongrijpbaar (bv. de dood)

escapisme

ontvluchten naar de natuur, duistere wrede wereld, glorieuze verleden, exotisme van het onbekende en mystiek-religieuze of zelfs de dood

romantische kunstenaar

zichzelf centraal (eigen gevoelens) en neerslachtig (voelt zich niet thuis in de maatschappij)

extra kenmerken

taal is erg emotioneel geladen en onbeantwoorde liefde

Guido Gezelle

bekende Brugse dichter

alliteraties

vorm van rijm waarbij de beginletter zich herhaalt

assonanties

vorm van rijm waarbij de klinkers rijmen

metrum

regelmatige afwisseling van beklemtoonde en onbeklemtoonde lettergrepen, die in het hele gedicht is volgehouden (vb. 4 voetige jamben)

realisme

1e helft 19e eeuw, nieuwe kunstenaars met een nieuwe blik

realisme kenmerken

werkelijkheid zo objectief mogelijk weer te geven (foto), sociale wantoestanden en oog voor details

diptiek

gedichtje

impressionisme

eind 19e eeuw (jaren 80) en vernieuwingsbeweging

impressionisme inhoud

realisten: te grote focus op de werkelijkheid, geen fraai beeld en persoonlijke gevoelens en sentimentele poëzie afgezworen

impressionisme auteur

vroeger (realisten): overdreven drang (naar realisme)
impressionisten: laten werkelijkheid helemaal los en persoonlijke indruk op de werkelijkheid

impressionisme kunst

streven naar estheticisme (“l’art pour l’art”)

impressionisme vorm

sonnet, zintuiglijke beschrijvingen en synesthesieën, …

sonnet

4 - 4 - 3 - 3 (met volta: omwenteling)

impressionisme vorm: klankharmonie

rijm, alliteraties en assonanties

impressionisme vorm: ritme

metrum (vb. 5 voetige jamben)

impressionisme vorm: woordenschat

neologismen (uitgevonden woorden)

impressionisme vorm: vervaging

alles door elkaar gooien (vermenging in beeldspraak)