1/93
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
Wie a zegt moet ook b zeggen.
Als je eenmaal ergens aan begonnen bent, moet je
het ook afmaken
De aanhouder wint
Wie blijft proberen zijn doel te bereiken, heeft
uiteindelijk succes.
De aanval is de beste verdediging
Je kunt in een strijd of ruzie beter zelf actie
ondernemen dan afwachten
De appel valt niet ver van de boom/stam
Kinderen aarden meestal naar hun ouders.
Van a tot z.
Van het begin tot het einde; helemaal.
Met iemand in aanvaring komen.
Ruzie of problemen met iemand krijgen.
Nu komt de aap uit de mouw.
Nu blijkt wat werkelijk de bedoeling was.
Voor aap staan
In het openbaar belachelijk zijn.
Dat is de aard van het beestje.
Dat is typisch iets voor die persoon; zo zit hij of zij nu
eenmaal in elkaar
In goede aarde vallen.
Goed ontvangen worden (bijvoorbeeld van een
voorstel, toespraak of boek).
Iemand ter aarde bestellen.
Iemand begraven.
Hij is niet op z'n achterhoofd gevallen.
Hij is behoorlijk slim; hij heeft iets wel in de gaten.
In adamskostuum.
Naakt, zonder kleren.
Er schuilt een addertje onder het gras.
Er is een verborgen risico in het spel.
Iets in één adem uitlezen.
Een boek waaraan je begonnen bent heel snel
uitlezen, omdat je het zo spannend vindt.
Je laatste adem uitblazen.
Sterven, doodgaan.
Een aflossing van de wacht.
Een vervanging van de ene persoon door een
andere.
Schitteren door afwezigheid.
Ergens niet aanwezig zijn, terwijl je komst wel
verwacht werd.
Een verborgen agenda hebben.
Een doel hebben dat voor de anderen verborgen
gehouden wordt, bijvoorbeeld in een
samenwerkingsverband.
Het op een akkoordje gooien.
Met elkaar afspreken iets op een bepaalde manier
aan te pakken.
Alles op alles zetten.
Zich tot het uiterste inspannen om iets te bereiken.
Het anker lichten.
Vertrekken
Iemands oogappel(tje).
Een zeer geliefd persoon (vaak kind). Lieveling
Een appeltje voor de dorst
Een reserve voor moeilijke tijden die mogelijk nog
gaan komen
Voor een appel en een ei
Bijzonder goedkoop
Appels met peren vergelijken
Verkeerde conclusies trekken door zaken te
vergelijken die niets met elkaar te maken hebben
Hij heeft een appeltje met hem te schillen.
Iets met iemand te bespreken hebben naar
aanleiding van iets wat men die ander verwijt
Door de zure appel bijten.
Een onaangenaam karwei opknappen
Appelen voor citroenen verkopen.
Oplichten, bedriegen
De sterke arm der wet
Met gepast geweld optredende
overheidsorganisatie, bijvoorbeeld politie of justitie
Iemand met open armen ontvangen.
Heel blij zijn met iemands komst en dat ook laten
merken
Het is daar armoe troef.
Daar heerst grote armoede
Armslag krijgen.
Meer mogelijkheden krijgen.
Averechts uitpakken.
Helemaal verkeerd aflopen
Baat het niet, het schaadt ook niet
Misschien helpt datgene wat je doet of gebruikt niet,
maar je zult er ook geen nadeel van ondervinden
Je moet de huid niet verkopen voor de beer
geschoten is.
Je moet je niet beroemen op je succes voor je het
behaald hebt.
Een goed begin is het halve werk.
Een goed voorbereid begin is van doorslaggevende
betekenis voor de kans op succes.
(Goed) begonnen is half gewonnen
Wat niet aangevangen wordt, komt ook nooit af.
Wanneer het begin van iets goed is, is de kans groter
dat het goed eindigt.
Belofte maakt schuld.
Als je iets hebt beloofd, dan heb je ook de plicht dit
ook uit te voeren.
In het land der blinden, is eenoog koning.
Iemand die weinig kan, wordt toch als deskundig
beschouwd, als de overigen nog minder kunnen.
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan
Wat iemand graag wil of wat goed bij iemand past, zal
die persoon inderdaad ooit gaan doen
Wie het breed heeft, laat het breed hangen
Wie rijk is, zal veel geld uitgeven
Wie zijn billen brandt moet op de blaren zitten
Wie een misstap doet, moet de gevolgen ervaren
Een goede buur is beter dan een verre vriend
Een behulpzame buurman is van groter nut dan een
vriend die niet aanwezig kan zijn
Dat is van de baan.
Dat gaat niet door.
Iets op de lange baan schuiven.
Iets uitstellen.
Iets in goede banen leiden.
Ervoor zorgen dat iets goed verloopt.
De baard in de keel krijgen.
Een lage stem krijgen.
Iemand of iets de baas zijn.
Iemand of iets kunnen overmeesteren.
Ergens baat bij hebben.
Ergens voordeel van hebben; ergens beter van
worden
Aan de bak komen.
Aan de beurt komen; een baan krijgen.
Het komt voor de bakker.
Het komt in orde; het wordt geregeld.
Met een baksteen in de maag geboren worden.
Graag een huis willen hebben dat van jezelf is, dat je
eigendom is.
De bal aan het rollen brengen.
Ervoor zorgen dat iets onderzocht wordt, dat er actie
ondernomen wordt.
De bal terugkaatsen.
Op een vraag die gesteld wordt geen antwoord geven,
maar een tegenvraag stellen; op een kritische
opmerking van iemand reageren door zelf ook
meteen een kritische opmerking te maken over de
ander.
De balans opmaken.
Kijken hoe iets verlopen is; nagaan of je ergens
voordeel of nadeel van hebt gehad.
In de ban zijn van iets.
Zo erg in iets geïnteresseerd zijn dat je aandacht
alleen nog maar daarop kunt richten
Uit de band springen
Uitbundig plezier maken, zonder rekening te houden
met de regels van orde en fatsoen.
Aan de lopende band.
Aan één stuk door; steeds maar weer
Iets aan banden leggen.
Ervoor zorgen dat iets zich niet verder kan uitbreiden.
De barricades opgaan.
Actie voeren om iets voor elkaar te krijgen of juist
tegen te houden
Dat is ver van mijn bed
Dat is iets waar je me helemaal niet mee bezighoud;
dat is iets dat op grote afstand van hier gebeurt
Tussen de bedrijven door.
Tussen andere bezigheden in; tussendoor.
Het been stijf houden
Niet toegeven.
De benen nemen
Er vandoor gaan
Met de benenwagen
Te voet
Tegen het zere been schoppen
Een pijnlijke opmerking maken over iets wat gevoelig
ligt.
Zijn beste beentje voorzetten
Iets zo goed mogelijk doen.
Met het verkeerde been uit bed gestapt zijn.
De dag met een slecht humeur beginnen.
Dat houdt me op de been.
Dat zorgt ervoor dat je door kan blijven gaan;
daardoor houd je het vol.
Iemand op het verkeerde been zetten.
Iemand ergens een verkeerde indruk van geven,
waardoor hij of zij iets gaat denken wat helemaal niet
klopt.
Op de been blijven.
Blijven staan; niet ziek worden; niet verslagen
worden.
Op eigen benen staan.
Voor jezelf zorgen; geen hulp nodig hebben.
Op je laatste benen lopen.
Bijna niet meer kunnen van vermoeidheid.
Alle beetjes helpen.
Ook een kleine bijdrage is van nut. Alle kleine details
voegen iets toe aan het geheel.
Dat is het begin van het einde.
Dat is het begin van iets dat uiteindelijk verkeerd zal
aflopen.
Op je bek gaan.
Een grote fout maken; afgaan
Aan de bel trekken.
Duidelijk maken dat er iets aan de hand is; duidelijk
maken dat er iets niet klopt.
Er gaat een belletje rinkelen.
Je begin het te begrijpen.
Bepakt en bezakt
Met veel bagage
Bergen kunnen verzetten.
Veel taken kunnen verrichten; heel veel werk
aankunnen.
Bergafwaarts.
Het gaat steeds slechter, bijvoorbeeld met iemands
gezondheid, of met een bedrijf.
Niet door de beugel kunnen.
De norm overschrijden van wat nog behoorlijk is.
Vechten tegen de bierkaai.
Een gevecht aangaan dat je in principe al bij voorbaat
verloren hebt.
De biezen pakken.
Vertrekken, de biezen zijn een dubbele mand van
vlechtwerk, gebruikt als koffer
In een goed blaadje proberen te komen
Een goede reputatie proberen te verkrijgen bij de
machthebbers
Geen blad voor de mond nemen
Zonder terughoudendheid een harde mening uiten;
geen mooie of omslachtige woorden gebruiken om
zijn beweringen minder onaangenaam te laten
klinken.
Het maar blauwblauw laten
Er verder maar niet over spreken
Een blauwtje lopen
Afgewezen worden (in de liefde)
Iemand het bloed onder zijn nagels vandaan halen
Iemand vreselijk treiteren of irriteren
Iemands bloed wel kunnen drinken.
Iemand niet mogen en daardoor alles doen om die
persoon te hinderen.
De bloemetjes buiten zetten.
Eens flink er op los feesten
Een blok aan het been.
Een last bij het voortgaan.
Iets voor de boeg hebben
Nog werk te doen hebben. / Nog iets mee moeten
maken