1/81
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
bijvoorbeeld vs. het voorbeeld
for example and the example
het beleid
The policy
Nederland vs. Nederlands
the Netherlands and Dutch
of vs. als
or and if
openbaar
Public.
openlijk
Openly.
bekend staan om
To be known for.
aan de gang zijn
To be in progress.
de naald
The needle.
terechtkomen
To end up.
over een [bepaalde] boeg gooien
To approach in a certain way.
wenselijk
Desirable.
strafbaar
Punishable.
afschrikken
To deter.
de voorlichting
The information.
toenemen
To increase.
het schoolplein
The schoolyard.
achteruitgaan
To decline.
de bedenker
The inventor.
vooral
Especially.
inmiddels
Meanwhile.
doorslaan
To go overboard.
vooruitstrevend
Progressive.
maar vs. alleen
Comparison of 'but' and 'only'.
mits
Provided that.
het hangt van [noun] af of het hangt ervan af + bijzin
It depends on [noun] or it depends on + clause.
besturen
To govern.
drijven
To drive.
de schaamte
The shame.
wegdoen
To dispose of.
vrij (als adverbium, zoals in: vrij snel)
Free (as an adverb, as in: quite fast).
plaats maken voor
To make room for.
zich aansluiten bij
To join.
aantrekken
To attract.
zweren bij
To swear by.
schelden
To curse.
vloeken
To swear.
zich bezighouden met
To engage in.
het druk hebben
To be busy.
zich mengen in
To mix in.
zich bemoeien met
To interfere with.
ongemakkelijk
Uncomfortable.
een brug te ver
A bridge too far.
het aandeel
The share.
slingeren
To swing.
zakken voor vs. slagen voor (en 'een toets halen')
Comparison of 'to fail' and 'to pass (and to pass a test)'.
giftig
Toxic.
walgelijk
Disgusting.
vast (in de betekenis van 'waarschijnlijk')
Certain (in the sense of 'probably').
mogelijk
Possible.
schaden
To harm.
schadelijk
Harmful.
beschadigen
To damage.
een heleboel
A whole lot.
het naar zijn zin hebben
To enjoy oneself.
zich voorbereiden
To prepare oneself.
de versterking
The reinforcement.
beschermen
To protect.
'iets zien zitten'
To see something as feasible.
mensen oproepen tot
To call upon people to.
op de loer liggen
To lie in wait.
de noodzaak
The necessity.
noodzakelijk
Necessary.
het tekort aan
The shortage of.
paraat
Ready.
de achtergrond
The background.
schitteren
To shine.
fel
Bright.
iets in een nieuw jasje steken
To put something in a new guise.
origineel vs. oorspronkelijk
Comparison of 'original' and 'originally'.
gelijkwaardig
Equivalent.
in de armen sluiten
To embrace.
aanpassen
To adjust.
uitgesproken (adj)
Pronounced.
moe worden van
To get tired of.
iets zat zijn
To be fed up with something.
in de smaak vallen
To be to someone's liking.
vol inzetten op
To fully commit to.
opbrengen
To yield.
veel om te doen zijn
To be a lot to do.
zich iets aantrekken van
To care about something.
door de zure appel heen bijten
To bite the bullet.