Voc actif en voc plus
le bail
het huurcontract
le cafard
de kakkerlak
le carrelage
de tegels, de tegelvloer
les dégâts
de schade
le délai
de termijn
l’entretien
het onderhoud
l’état des lieux
de inventaris
l’immeuble
het flatgebouw
l’inconvénient
het nadeel
le locataire
de huurder
le loyer
de huur(prijs)
le mètre carré
de vierkante meter
le taudis
het krot
le tuyau (d’évacuation)
de (afvoer)buis
l’arnaque
de oplichting
la caution
de waarborg
la fissure
de barst
la fuite (d’eau, de gaz …)
het (water-, gas- lek)
l’humidité
de vochtigheid
la moisissure
de schimmel
la nuisance
de overlast, de hinder
la pénurie
de schaarste
la superficie
de oppervlakte
couler
lopen, lekken
gâcher
verpesten
grincer
kraken, piepen
prévenir
verwittigen
résilier
opzeggen, annuleren
s’effondrer
instorten
se plaindre (de)
klagen (over)
se préoccuper de
zich zorgen maken (over)
abordable
betaalbaar
insalubre
ongezond
locatif
huur-
nocif
schadelijk
pourri
rot
rénové
vernieuwd
sonore
geluids-
ĂŞtre Ă charge de
ten laste zijn van
ĂŞtre digne de confiance
betrouwbaar zijn
déposer plainte
klacht neerleggen
mettre en demeure
in gebreke stellen
mettre un terme Ă
een einde stellen aan
par recommandé
aangetekend
payer des dommages et intérêts
schadevergoeding betalen
sauter sur une occasion
de gelegenheid aangerijpen
le capot
de moterkap
le carrefour
het kruispunt
le clignotant
de richtingaanwijzer
le conducteur
de bestuurder
le conducteur fantĂ´me
de spookrijder
les dégâts
de schade
l’excès de vitesse
de snelheidsovertreding
le guidon
het stuur (van fiets of motor)
le panneau de signalisation
het verkeersbord
le pare-brise
de voorruit
le pare-chocs
de bumper
le passage Ă niveau
de overweg
le passage pour piétons
het zebrapad
le phare
de koplamp
le piéton
de voetganger
le poteau d’éclairage
de verlichtingspaal
le ralentisseur
de verkeersdrempel
le rétroviseur
de achteruitkijkspiegel
le rond-point
het rond punt
le véhicule
het voertuig
le verglas
de ijzel
la bande de circulation
de rijstrook
la ceinture
de gordel
l’intersection
het kruispunt
la limitation de vitesse
de snelheidsbeperking
la portière
het portier
la roue
het wiel
allumer
aansteken
dépasser
voorbijsteken
déraper
slippen
freiner
remmen
heurter / percuter
botsen (tegen)
renverser
omverrijden
se garer
parkeren
s’immobiliser
stilstaan
stationner
parkeren
succomber
bezwijken
virer
draaien
cabossé
ingedeukt
endommagé
beschadigd
mortel
dodelijk
tordu
gebogen
avoir la priorité
voorrang hebben
céder le passage
voorrang verlenen
en sens inverse
in de tegenovergestelde richting
entrer en collision
botsen
sur le coup
op slag