les 9: Martin Heidegger

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
GameKnowt Play
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/65

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

66 Terms

1
New cards

NSDAP

lid van de … (partij nazi’s) + ging antisemitische regels implementeren in school

2
New cards

antisemiet

binnen academische wereld = twijfel of hij .. is of niet

  • zwarte geschriften en complottheorieën tegen Joden gevonden

3
New cards

existentiële fenomenologie

verder bouwen op fenomenologie Husserl maar extra notie aan toevoegen

4
New cards

existentiële fenomenologie

oproep aan dingen v Nietzsche en Kierkegaard

  • = aandacht voor concrete, alledaagse

  • alledaagse concrete levenservaringen vd wklh

→ nog verder dan Hussrl

5
New cards

existentie

= oorspronkelijke bestaanservaring

  • latijn = er buiten staan

    • allereerste plaats het uitstaan naar dingen

6
New cards

lichaam

1e kenmerk Exist.Fenom:

  • meest oorspronkelijke manier

  • niemand anders buiten Nietzsche aandacht

7
New cards

soma sema

hoe zag Plato lichaam: verbinding met zintuigelijke, hetgeen dat ons afleidt

8
New cards

machine

hoe zag Descartes lichaam: mensen definiëren zonder, pas buitenwereld als ..

9
New cards

eindigheid

2e kenmerk Exist.Fenom:

  • Desc: cogito geen begin/einde

  • Heid: fundamenteel voor mensen dat zal sterven

10
New cards

eindigheidsfilosofie

lichaam betekend eindigheid

tip: filosofie

11
New cards

sterfelijkheid omarmen

… is belangrijk bij weten dat doodgaat

→ authentiek leven leiden + keuzes maken

12
New cards

individu worden

dood =/ remming maar motor aanzet tot keuzes en zorgen wij …

13
New cards

mens-zijn, filosoof-zijn

voorgaande filosofen deden alsof … gelijk is aan …

  • alsof alle mensen altijd geïnteresseerd zijn hoe kennis mogelijk is

14
New cards

mens-zijn, theoretisch

Heidegger: in 1e instantie… zijn in de wereld, NIET … in wereld zijn

  • die interesse komt pas achteraf

15
New cards

dasein

nieuw vocabularium:

  • = er zijn, nieuw woord mensen aan te duiden

  • er = ergens bent, samen met andere

16
New cards

leegte

mens-zijn in 1e instantie een… = daar zijn waar je niet bent

  • altijd op onszelf vooruit

  • mens altijd een agenda

17
New cards

vrijheid, verantwoordelijkheid

mens nooit wat hij is, altijd bezig met dingen doen

1) zorgt voor …, keuzes maken

2) zorgt daardoor ook voor …

18
New cards

gebruiksvoorwerpen

mensen in omgang met dingen niet primair wezen dat dingen kent

  • zoals cogito, de mind, noësis,….

MAAR dingen zijn in 1e instantie …

19
New cards

intellectualistisch

traditionele beeld van bewustzijn = te ..

  • gwn mensen, geen filosofen die dingen kennen

  • alles in 1e instantie gebruiken

20
New cards

existentialen

= existentie of dasein op oppervlakte bevinden is er bepaling in diepere structuren

  • dieptestructuren die existentie aan oppervlakte mogelijk maken

21
New cards

oordeel-categorie

parallel Kant: onderscheid tussen: …

  • (1) is mogelijkheidsvoorwaarde die aan oppervlakte (2) mogelijk maakt

22
New cards

ontische

Dasein = niveau van …

= concrete, feitelijke details, wat werkelijk bestaat

het zijn (oppervlakte)

23
New cards

ontologische

existentialen = niveau van …

het zijn van de zijnde betreffen (diepte)

24
New cards

in-der-Welt-sein

hoofdgroep existentialen:

= onze existentie altijd een existentie in een wereld, niet aan ontsnappen

  • Desc: 1e stap dit aspect negeren, enkel gesproken cogito, los van alles

  • Heidegger: wereld gaat aan ons vooraf

25
New cards

Sorge

hoofdgroep existentialen:

= zo breed mogelijk, alle woorden/uitdrukking zorg in zit

  • nauwlettende, aandachtige betrokkenheid tot iets

  • (+/-)

26
New cards

tuigen

Sorge: betrekking op omgang met dingen / …

  • niet objecten want wereld/dasein bestaat uit specifieke gebruiksvoorwerpen

27
New cards

ter handen

Sorge: de eerste zorgende omgang met dingen gwn als omgang = …

  • niet bewust als ding v soort object

28
New cards

expliciet perspectief

enkel bewust van ‘om tes’ als object wnr … hanteren

bv. objectiveren v zaken

29
New cards

kunnen-zijn, anderen, dingen

samenvatting Sorge

zorgend omgaan met 3 dingen

  • handelen = tuigen ipv objecten

  • shift ter hand vs. voorhanden

30
New cards

zuhandenes

= ter hand

dingen zien als tuigen, gebruiksvoorwerpen

31
New cards

vorhandenes

= voorhanden

door shift secundair; enkel keuze maken om zo naar dingen te kijken (nl. objectief)

32
New cards

tuigencomplex

alles vormt een … (tip: complex)

1) ‘om tes’ die naar elkaar verwijzen

2) dasein = voor wie alles omte zijn

33
New cards

Mit-sein

= in-de-wereld-zijn is zijn-met-anderen

omgang met anderen = ook zorg

34
New cards

das Man

= de anderen en ‘het men’

  • niet iemand, maar culturele normen/verwachtingen

  • speelt in alles een rol

→ enorme kracht in leven

35
New cards

individu

gevaar alle keuzes laten ingeven door das Man = stoppen als …

36
New cards

authenticiteit

Mit-sein

oplossing voor gevaar das Man = zoeken naar…

37
New cards

entschlossenheid

= openheid, vastberadenheid

  • wil en bereidheid om openheid van dasein te realiseren

openheid heeft 3 subexistentialen

38
New cards

Befindlichkeit en Stimmung

subexistentiaal 1: (affectiviteit en stemming)

39
New cards

befindlichkeit

= openheid, manier waarop dasein uitstaat gekenmerkt wordt door zorg

  • altijd op bpld manier aangedaan zijn

(subexistentiaal)

40
New cards

stemmung

affectiviteit zal zich uiten in oppervlakte van …

  • overkomt je, geen controle

  • niet makkelijk veranderen

  • niet neutraal, kan er niet buiten zijn

(subexistentiaal)

41
New cards

verstehen

subexistentiaal 2: pre-conceptueel verstaan

42
New cards

verstehen

openheid is er altijd een van pre-conceptueel karakter

= begrijpen maar niet intellectueel niveau

(subexistentiaal)

43
New cards

connaître-savoir

Versehen: dingen werken zonder conceptualiseren

1) kennen

2) iets onder de knie hebben, kunnen

  • = Verstehen

(subexistentiaal)

44
New cards

rede

subexistentiaal 3: taligheid

45
New cards

rede

openheid altijd brede ordening, taal in brede zin => taligheid

bv. verlangen taxonomie maken = uiting ordenende omgang wereld

  • taal = vorm aan oppervlakte zoals we ervaren

  • wiskunde = ook uiting

(subexistentiaal)

46
New cards

tijdelijkheid

enorm belangrijk voor mens-zijn

  • kunnen bestaan, maar met bpld duur

  • + bevinden in bpld periode

47
New cards

Sorge

tijdelijkheid terugvinden existentialen

  • nauwlettende aandacht bpld dingen die aan mij vooraf gaan

  • … in heden = bpld door verleden, gericht op toekomst

48
New cards

verleden, toekomst, heden

3 extasen van tijd, 3 cruciale begrippen (Nederlands)

49
New cards

Geworfenheit, Entwurf, Verfallen

3 extasen van tijd, 3 cruciale begrippen (Duits)

50
New cards

verleden

= datgeen dat aan ons vooraf gaat, ligt vast

bv. niemand eigen ouders gekozen

51
New cards

toekomst

Entwurf = ontwerp, project, levensplan

  • altijd bezig met design, jezelf binnen X tijd

52
New cards

heden

= moment alle zaken samenkomen en balans tussen ‘het men’ en ‘authenticiteit’

  • mens = vrij van inhoud MAAR moet authentieke keuzes maken

53
New cards

authentiek

moeilijkheid bij heden: elke keuze … te maken

→ onmogelijk

  • N&W leven = het men

  • men = veilige haven even rustig meedrijven en niet nadenken

54
New cards

vervallen

= risico te veel laten meedrijven door ‘het men’

  • negatief maar tot op zekere hoogte onvermijdelijk

55
New cards

Zweideugtigkeit

vervallen: als ophouden bestaan als individiu zal Stimmung … worden (doen alsof)

  • doen alsof in de stemming bent

56
New cards

Neugier

Vervallen: Verstegen => … nieuwsgierigheid wat te doen

  • meedrijven want niet weten wat te doen

  • doen wat ‘men’ doet

57
New cards

gerede

vervallen: reden => … inauthentiek spreken

  • bv. roddelen, small talk

  • je bent niemand dus zeggen wat anderen zeggen

58
New cards

Entschlossenheit

3 risico’s bij vervallen te maken met welke subexistentiaal

  • Stimmung - Zweideugtikeit

  • Vertehen - Neugier

  • Rede - Gerede

59
New cards

durchschnittlichkeit

gevaar als te veel vervallen = ….

  • proberen te ontsnappen, authentieke keuzes maken!

  • keuze voor ‘het men’ is jouw verantwoordelijkheid

60
New cards

angst

= vrees voor concreet object, gericht op alles, alle fobieën

61
New cards

grundbefindlichkeit

= angst voor het niets

62
New cards

drijfveer, verantwoordelijkheid

angst is een .. maar zorgt ook voor …

  • je moet een ontwerp zijn + je moet authentieke keuzes maken

63
New cards

dood

= pas omdat het weet, omarmen dat sterfelijkheid zijn dat keuzes gewicht krijgen

  • gewicht keuze = twijfel

64
New cards

Sein zum Tode

= niet elk bestaan is authentiek bestaan

65
New cards

authentiek bestaan

= beseffen doodgaan en omarmen

  • ervaren als motor

66
New cards

praktische onsterfelijkheid

als kiest voor ‘men’ = …

MAAR prijs = geen individu meer