Onderzoek - Tests, Screening, Instrumenten

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/18

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

19 Terms

1
New cards

Van Wiechenenonderzoek (VWO)

Onderzoekt 0-4 jaar het tempo en kwaliteit vd psychomotorische en neurologische ontwikkeling om ontwikkelingsstoornissen vroegtijdig op te sporen en eventuele verwijzingen te ondersteunen.

2
New cards

Logopedist

Houdt zich bezig met preventie, onderzoek en behandeling van stoornissen en beperkingen op het gebied van spraak, taal, stem en gehoor.

3
New cards

LACCS

Een visie, werkwijze en ondersteuningsprogramma met als doel het realiseren van een zo goed mogelijk leven.

Vijf aandachtsgebieden:

  1. Lichamelijk welzijn

  2. Alertheid

  3. Contact

  4. Communicatie

  5. Stimulerende tijdsbesteding

4
New cards

Vineland test

Laat zien waar iemand moeite mee heeft als het gaat om dagelijkse vaardigheden (ADL: Activities of Daily Living).

5
New cards

ICF-model

In kaart brengen waar de problemen van mensen zitten.

  • Health condition : CP

  • Body functions & structures : stoornissen in houding- en bewegingsvaardigheden, ontwikkelingsproblemen op sensorisch, perceptueel, cognitief, emotioneel gebied.

  • Activities : mate van mobiliteit.

  • Participation : hangt veel af van activiteit; hoe je meedraait in de samenleving.

<p>In kaart brengen waar de problemen van mensen zitten. </p><ul><li><p><strong>Health condition</strong> : CP</p></li><li><p><strong>Body functions &amp; structures</strong> : stoornissen in houding- en bewegingsvaardigheden, ontwikkelingsproblemen op sensorisch, perceptueel, cognitief, emotioneel gebied. </p></li><li><p><strong>Activities </strong>: mate van mobiliteit.</p></li><li><p><strong>Participation</strong> : hangt veel af van activiteit; hoe je meedraait in de samenleving. </p></li></ul><p></p>
6
New cards

LACCS

Visie en programma over wat een goed leven is voor mensen met EMB. Practice based, weinig wetenschappelijk bewijs, evidence based.

  • Lichamelijk welbevinden = gezondheidsproblemen, goede lichamelijke conditie hebben.

  • Alertheid = in staat om aandacht te richten en prikkels te verwerken. Voorwaarde om tot leren te komen, hangt samen met omgeving waarin je functioneert.

    • Ervaren van prikkels / arousal.

    • Belangrijk in om tot rust te komen, veilig en ontspannen voelen.

  • Communicatie = gehoord en begrepen voelen, weten wat anderen bedoelen, anderen weten wat zij bedoelen, zeggenschap over hun leven en begrenzing krijgen die bij ze past.

  • Contact = zich geliefd voelen, client heeft positieve betekenis voor een ander, gezien worden als mens, aandacht krijgen, verbondenheid met omgeving.

  • Stimulerende tijdsbesteding = betekenisvolle en gevarieerde bezigheden hebben, uitgedaagd en geprikkeld worden, betrokken zijn bij de dagelijkse bezigheden en kansen tot ontwikkeling krijgen, vooral sensorisch gebied.

7
New cards

3 ontwikkelingsfase LACCS - Stimulerende tijdsbesteding

  1. Sensatiefase = sensaties in je lijf voelen; ervaren wat om je heen is.

    • Klassieke conditionering; associaties en routines.

    • Voorspelbaar maken vd wereld.

  2. Klikfase = je kent en leert gewoontjes, leert hoe voorwerpen worden gebruikt en hoe andere mensen reageren.

    • Gebeurtenissen, personen en voorwerpen aan elkaar klikken.

    • Verbanden leggen.

    • Operante conditionering : associaties gedrag en consequenties.

  3. Begrijpfase = flexibel met kennis, vaardigheden en omgeving omgaan.

    • Kennen en begrijpen van gewoontes (waarom bepaalde zaken zo zijn).

    • Meeste mensen met EMB komen hier niet.

8
New cards

Wat is belangrijk op het gebied van intervenieren bij kids met ontwikkelingsproblemen?

(Sociale) Omgeving moet afgestemd zijn op wat het kind nodig heeft.

  • Kind moet toegang krijgen tot leermomenten zodat ze altijd ontwikkelingskansen blijven krijgen.

  • Gericht op ontwikkelingsstimulering, kwaliteit van leven en (specifieke) gedragingen of vaardigheden.

  • Stimuleren en Afstemming nodig.

  • Passend bij leeftijd en (on)mogelijkheden van een persoon.

9
New cards

Hoe kies je welke vaardigheid een client aan te leren?

  • Normale ontwikkeling = kijk naar wat kind op bepaalde leeftijd moet kunnen en sluit een doel daar op aan.

    • lastiger voor kids met lage ontwikkelingsleeftijd.

  • Afwijkende ontwikkeling = kijk naar afwijkende ontwikkeling en volg curricula.

  • Specifieke vaardigheden = kijk naar wat een kind specifiek nodig heeft, bv. kind moet zelf leren spelen.

10
New cards

Waarom zijn vragenlijsten voor sociaal-emotioneel functioneren belangrijk om af te nemen?

Je wilt weten

  • Hoe het met iemand gaat op sociaal-emotioneel gebied.

  • Of er gedragsproblemen (in interactie met anderen) aanwezig zijn.

Dit zijn aanknopingspunten voor interventie.

11
New cards


SEO-R² van Anton Dosen

Vragenlijst voor sociaal en emotioneel functioneren van kinderen met een VB. Vragenlijst is gebaseerd op theorie van Erikson:

  1. Adaptiefase (babyfase: 0-6m)

    • Baby is afhankelijk van wat er om hem heen gebeurt en de prikkels die binnenkomen.

  2. Eerste socialisatiefase (6-18m)

    • Vertrouwen vs Wantrouwen

    • Gehechtheid aan ouders staat centraal.

  3. Eerste individuatiefase (18-36m)

    • Autonomie vs Afhankelijk

    • Exploratie centraal.

  4. Indentificatiefase (basisschoolleeftijd 3-7 jaar)

    • Initiatief vs Geremdheid

    • Regels centraal.

  5. Realiteitsbewustwording (7-12 jaar)

    • Zelfvertrouwen vs Minderwaardigheid

    • Verwachtingen en vaardigheden centraal

Gericht op gespreksvoering: gestructureerd interview.

Geen classificatiesysteem > gericht op inschatten van iemands vaardigheden en hoe je vervolgens de begeleiding daarop kan aanpassen.

  • Afstand, nabijheid, relaties, structuur, grenzen en activiteiten en communicatie.

3 dimensies

  1. Emotionele ontwikkeling

  2. Sociale ontwikkeling

  3. ‘Integratie cognitieve en emotionele systemen’

    • Gedachten hebben invloed op emoties EN andersom.

Als ingevuld = emotioneel ontwikklingsprofiel; per 13 domeinen wordt gekeken in welke fase het kind zich bevindt.

<p>Vragenlijst voor sociaal en emotioneel functioneren van kinderen met een VB. Vragenlijst is gebaseerd op theorie van <u>Erikson</u>:</p><ol><li><p>Adaptiefase (babyfase: 0-6m)</p><ul><li><p>Baby is afhankelijk van wat er om hem heen gebeurt en de prikkels die binnenkomen.</p></li></ul></li><li><p>Eerste socialisatiefase (6-18m)</p><ul><li><p>Vertrouwen vs Wantrouwen</p></li><li><p>Gehechtheid aan ouders staat centraal.</p></li></ul></li><li><p>Eerste individuatiefase (18-36m)</p><ul><li><p>Autonomie vs Afhankelijk</p></li><li><p>Exploratie centraal.</p></li></ul></li><li><p>Indentificatiefase (basisschoolleeftijd 3-7 jaar)</p><ul><li><p>Initiatief vs Geremdheid</p></li><li><p>Regels centraal.</p></li></ul></li><li><p>Realiteitsbewustwording (7-12 jaar)</p><ul><li><p>Zelfvertrouwen vs Minderwaardigheid</p></li><li><p>Verwachtingen en vaardigheden centraal </p></li></ul></li></ol><p></p><p>Gericht op gespreksvoering: gestructureerd interview. </p><p>Geen classificatiesysteem &gt; gericht op inschatten van iemands vaardigheden en hoe je vervolgens de begeleiding daarop kan aanpassen.</p><ul><li><p>Afstand, nabijheid, relaties, structuur, grenzen en activiteiten en communicatie. </p></li></ul><p></p><p>3 dimensies</p><ol><li><p>Emotionele ontwikkeling</p></li><li><p>Sociale ontwikkeling</p></li><li><p>‘Integratie cognitieve en emotionele systemen’</p><ul><li><p>Gedachten hebben invloed op emoties EN andersom. </p></li></ul></li></ol><p></p><p>Als ingevuld = emotioneel ontwikklingsprofiel; per 13 domeinen wordt gekeken in welke fase het kind zich bevindt. </p><p></p>
12
New cards

Functional Emotional Assessment Scale (FEAS)

Gehechtheid in kaart brengen.

  • Direct gekoppeld aan interventie = Floorplay / Floortime: een ouder is op de grond met kind aan het spelen.

    • Gericht om interactie tussen ouders en kind zo optimaal mogelijk te maken.

13
New cards

Video-feedback Intervention to Promote Positive Parenting (VIPP)

Vergroot sensitiviteit vd ouders door een aantal sessies waarin middels videofeedback verschillende domeinen van gehechtheid aan bod komen.

  • Video van interactie ouder-kind; bespreken in thema.

Effectiviteit:

  • Klein effect op sensitieve responsiviteit van ouders

  • Ouders krijgen wel meer vertrouwen in hun eigen kunnen (zelfeffectiviteit stijgt)

14
New cards

Theorie Van Parten over spel

Focust op sociale aspect van spel.

  • Begint met solitary play = alleen spelen.

  • Dan parallel play = kids spelen naast elkaar, wisselen soms woorden uit, maar spelen niet met elkaar.

  • Later associative play = het samenspelen, leidt tot complexe rollen- en symbolische spellen.

15
New cards

Theorie Buhler over spel

Gericht op cognitieve elementen van spel; oplopende fases:

  1. Spelend manipuleren / sensopatisch spel

  2. Spelend combineren

  3. Functioneel spel

  4. Symbolisch spel (doen alsof)

  5. Fantasie- en constructiespel

  6. Spel met regels

16
New cards

Sociaal-emotioneel functioneren in ICF-model plaatsen

Body functions and structures = biologisch, perceptueel, motorisch, cognitief.

Activities = spel en sociale vaardigheden; welk spel vertoont kind?

Participation = spel; relaties met leeftijdsgenoten.

  • Omgeving = opvoedend handelen van ouders

    Persoonlijke kenmerken = gehechtheid, emotionele ontwikkeling, zelfbeeld en internaliserende en externaliserende problematiek.

<p><strong>Body functions and structures</strong> = biologisch, perceptueel, motorisch, cognitief.</p><p><strong>Activities </strong>= spel en sociale vaardigheden; welk spel vertoont kind?</p><p><strong>Participation </strong>= spel; relaties met leeftijdsgenoten.</p><ul><li><p><strong>Omgeving </strong>= opvoedend handelen van ouders</p><p><strong>Persoonlijke kenmerken </strong>= gehechtheid, emotionele ontwikkeling, zelfbeeld en internaliserende en externaliserende problematiek. </p></li></ul><p></p>
17
New cards

Social Skills Improvement System Rating Scales (SSIS)

Screeningsinstrument met 7 domeinen van social skills:

  1. Communication

  2. Cooperation

  3. Assertion

  4. Responsibility

  5. Empathy

  6. Engagement

  7. Self-control

<p>Screeningsinstrument met 7 domeinen van <strong>social skills</strong>:</p><ol><li><p>Communication</p></li><li><p>Cooperation</p></li><li><p>Assertion</p></li><li><p>Responsibility</p></li><li><p>Empathy</p></li><li><p>Engagement</p></li><li><p>Self-control</p></li></ol><p></p>
18
New cards

Functionale benadering van gedrag

Een persoon laat bepaald gedrag zien als gevolg vd interactie vd persoon met de omgeving en het gedrag vd persoon is altijd een doelgerichte reactie: zinvolle reactie op een betekenisvolle reactie.

  • Probleemgedrag van clienten is dan het gevolg van een leerproces, klassieke of operante conditionering.

Gedrag van persoon is dus een reactie van wat er gebeurt in de omgeving.

19
New cards

ABC-reeksen

Vanuit toegepaste gedragsanalyse kijk je eerst naar het (observeerbare) gedrag = Behavior vd client. Vóór het gedrag vindt een Antecedent plaats (wat maakt dat ik het gedrag laat zien? Het gedrag heeft een gevolg = Consequent.

  • vindt plaats in een specifieke context.

  • antecedent en consequent hebben invloed op gedrag.