DSM V stoornissen

0.0(0)
studied byStudied by 1 person
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/13

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

14 Terms

1
New cards

stoornissen in middelen gebruik

2 gedurende 12 maanden

<p>2 gedurende 12 maanden</p>
2
New cards

ADHD

6 van beide, 6 maanden en voor 12 jaar

<p>6 van beide, 6 maanden en voor 12 jaar</p>
3
New cards

Bipolar disorder

depressieve eppisode (identiek aan depressieve stoornis)

a. vijf of meer >2 weken

  • depressieve stemming

  • verminderde interesse of plezier

  • verm. of toename gewicht / eetlust

  • insomnia of hypersomnia

  • psychomotorische agitatie of remming

  • moeheid of energieverlies

  • buitensporige gevoelens van waardeloosheid of schuldgevoel

  • verm. concentratie of besluiteloosheid

  • terugkerende gedachten aan de dood of suicide gedachten

b. significant lijden of stoornissen in het functioneren

c. niet direct fysiologishce gevolg van een middel of somatische aandoening (uitsluiten)

manische episode

a. abnormaal en persisterend verhoogde, expansieve of prikkelbare stemming en tevens een abnormaal en persisterend verhoogde doelgerichte activiteit >1 week of meer

b. 3 of meer

  • opgeblazen gevoel van eigenwaarde

  • afgenomen slaap behoefte

  • spreekdrang

  • gedachtenvlucht

  • verhooogde afleidbaarheid

  • toegenome activiteit of psychomotorische agitatie

  • overmatige bezigheden met grote kans op pijnlijke gevolgen

c. ernstige stoornis: duidelijke beperkingen in werk, sociale activiteiten, relaties of opname in het ziekenhuis of psychotische kenmerken

d. niet direct fysiologishce gevolg van een middel of somatische aandoening (uitsluiten)

hypomanische episode

a. zelfde maar dan voor 4 dagen of langer

b. zelfde

c. onmiskenbare verandering in het functioneren die niet karakteristiek is voor betrokkene wanneer deze symptoom vrij is

d. kan door andere worden waargenomen

e. niet ernstig genoeg om duidelijke beperkingen in werk, sociale activiteiten, relaties te veroorzaken, geen opname, niet psychotisch

f. niet direct fysiologishce gevolg van een middel of somatische aandoening (uitsluiten)

4
New cards

ODD (oppositioneel-opstandige gedragsstoornis)

ten minste 4 van de kenmerken voor 6 maanden

  • ergert met opzet andere

  • andere de schuld geven van eigen fout

  • vaak boos en gepikeerd

  • vaak driftig

  • vaak hatelijk en wraakzuchtig

  • vaak prkkelbaar en ergert zich makkelijk aan andere

  • vaak ruzie met volwassenen

5
New cards

CD (normoverschrijdend-gedragsstoornis (conduct disorder))

  • agressie naar mensen en dieren (intimideren, vechten, mishandeling)

  • ernstige schending van regels (wegblijven van huis, spijbelen)

  • onbetrouwbaar of diefstal (inbreken, roofoverval)

  • vernieling van eigendom (brandstichten)

6
New cards

aanpassingsstoornis

A. De ontwikkeling van emotionele of gedragsmatige symptomen als reactie op een of meer aanwijsbare stressoren die optreden binnen drie maanden na het begin van de stressor(en).

B. Deze symptomen of gedragingen zijn klinisch significant, zoals blijkt uit een of beide van de volgende kenmerken:

  • Duidelijke lijdensdruk die niet in verhouding staat met de ernst of intensiteit van de stressor, rekening houdend met de externe context en de culturele factoren die de ernst en presentatie van de symptomen kunnen beïnvloeden.

  • Significante beperkingen in het sociale of beroepsmatige functioneren of het functioneren op andere belangrijke terreinen.

C. De stressorgerelateerde stoornis voldoet niet aan de criteria voor een andere psychische stoornis en is niet slechts een exacerbatie van een reeds bestaande psychische stoornis.

D. De symptomen zijn geen uitingen van normale rouw.

E. Zodra de stressor of de gevolgen daarvan zijn verdwenen, persisteren de symptomen niet langer dan nog eens zes maanden.

7
New cards

ptss

a. Blootstelling aan een feitelijke of dreigende dood, ernstige verwonding of seksueel geweld op een (of meer) van de volgende manieren.

  • zelf

  • getuigen

  • horen dat het is gebeurd bij naaste

  • blootstelling aan afschuwelijke detaisl

b. intrusieve symptomen. ten minste 1

  • herinneringen

  • nachtmerries

  • flashbacks (dissociatie)

  • psychische lijdensdruk

  • fysieke lijdensdruk

c. vermijden. ten minste 1

  • herinneringen, gedachten of gevoelens

  • externe aspecten

d. cognitie en stemming. ten minste 2

  • onvermogen te herinneren

  • Persisterende en overdreven negatieve overtuigingen of verwachtingen over zelf, andere, wereld

  • vertekende gedachten over de oorzaken/gevolgen

  • negatieve stemming

  • verminderde interesse hobby’s / activiteiten

  • onthechting of vervreemding

  • onvermogen positieve emoties te ervaren

e. arousel en reactiviteit. 2 of meer

  • Prikkelbaar gedrag en woedeuitbarstingen, gewoonlijk tot uiting komend in verbale of fysieke

    agressie jegens mensen of voorwerpen

  • Roekeloos of zelfdestructief gedrag.

  • Hypervigilantie.

  • Overdreven schikreacties.

  • Concentratieproblemen.

  • Verstoring van de slaap.

f. duur is langer dan een maand

g. lijdensdruk en beperkingen

h. niks anders (uitsluiten)

8
New cards

Waanstoornis

knowt flashcard image
9
New cards

Katatonie

knowt flashcard image
10
New cards

Dwangmatige persoonlijkheidsstoornis

knowt flashcard image
11
New cards

OCS

knowt flashcard image
12
New cards

anorexia

knowt flashcard image
13
New cards

boulimia

knowt flashcard image
14
New cards

eetbuistoornis

knowt flashcard image