1/62
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
culturele psychologie
de gevolgen van onze afhankelijkheid aan cultuur op gedachten en gedrag
- psychologische processen gevormd door ervaringen: niet bepalend --> treinstructuur is universeel
- universele en culturele variabelen
cultuur
- elk soort idee/geloof/technologie/gewoonte/praktijk die wordt verworven door van anderen te leren
- groep mensen die binnen een soort gedeelde context bestaat
moeilijkheden bij beschrijven cultuur
1. culturele grenzen niet duidelijk te onderscheiden
2. cultuur verandert door tijd heen
3. variabiliteit tussen mensen binnen een cultuur
kleurenblinde/cultuur-blinde benadering
stoppen met. aandacht schenken aan culturele verschillen --> minder grenzen tussen culturen (meerderheid)
multiculturele benadering
het focussen op en het respecteren van groepsverschillen (minderheid)
algemene psychologie
de geest werkt volgens een reeks natuurlijke en universele wetten die onafhankelijk zijn van context/inhoud
Richard Schweder
Context is wel belangrijk. de manier waarop iemand over dit soort gedrag denkt, wordt beïnvloed door specifieke ervaring waarop culturele kennis hun begrip van dat gedrag vormgeeft
interpretatie bewijs
1. specifiek/concreet of algemene/abstracte termen om iets te beschrijven
2. verschillende niveau's van universaliteit (hiërarchisch)
niveau's universaliteit
1. niet-universeel (culturele uitvinding): psychologische proces is niet cognitief beschikbaar voor alle culturen en wordt niet wereldwijd toegepast
2. existentieel universeel (variatie in functie): psychologische proces is cognitief beschikbaar voor iedereen, maar gebruik en niveau verschillende toegankelijkheid
3. functioneel universeel (variatie in toegankelijkheid): psychologische proces is cognitief beschikbaar in alle culturen en overal zelfde gebruikt, niet zelfde niveau toegankelijkheid
4. toegankelijk universeel (geen variatie): psychologische proces is cognitief beschikbaar voor iedereen, overal zelfde gebruikt en alle niveau's toegankelijk
Figure-line taak
lijn in een groot vierkant en je moet 2 lijnen tekenen in kleiner vierkant
- absolute taak: lijn tekenen in kleine vierkant, in verhouding groter (> westers)
- relatief: lijn moet precies zelfde uitzien (> niet-westers)
sambische stam
homo --> bi --> hetero
- onderstreept onderscheidende karakter van culturen
- het roept de vraag op welke aspecten van seksualiteit universeel zijn
etnocentrisme
mensen beoordelen andere culturen aan de hand van normen van hun eigen cultuur
weird-samenleving
wit, opgeleid, industrie, rijk, democratisch
miller-lyer-illusie test
2 lijnen getoond, een lijkt langer (illusie door WEIRD) --> niet-universeel --> niet-WEIRD trapt er niet in
zelfconcept
beïnvloedt de manier waarop situaties worden geïnterpreteerd en heeft invloed op emotionele ervaringen
- abstracte psychologische eigenschappen (ik ben creatief) --> westers
- concrete rollen en relaties (ik ben een zus) --> niet-westers
individualistische culturen
gedrag en gedachten die de eigen onafhankelijkheid bevorderen, voelen zich anders dan anderen en benadrukken het belang van zelfvoorziening (westers)
collectivistische culturen
gedrag en gedachten die onderling de afhankelijke aspecten van zelfrespect bevorderen (niet-westers)
independent self-schema
zelfbeschrijving via innerlijke kenmerken en stabiele eigenschappen, ingroup is vloeiend en minder belangrijk (individualisme) --> breinacitiviteit op verschillende gebieden
interdependent self-schema
zelfbeschrijving via relaties en context, ingroup is sterk afgebakend en overlapt met het zelf (collectivistisch) --> hersenactiviteit op dezelfde gebieden
zelfconsistentie
hoe consistent we denken en ons gedragen in verschillende situaties (westers: consistent; niet-westers: niet-consistent)
cognitieve dissonantie
het verontrustende gevoel als je je inconsistent gedraagt of als iets tegen je zelfconsistentie ingaat
- westers: inconsistentie naar jezelf
- niet-westers: inconsistentie verwachtingen anderen
dissonantiereductie
het onaangename gevoel van cognitieve dissonantie verminderen
zelfbewustzijn
onze zelfevaluatie over hoe je jezelf ziet en denkt dat anderen je zien. 2 elementen die verschillen per cultuur
1. subjectief (binnen --> buiten)
2. objectief (buiten --> binnen)
subjectief zelfbewustzijn
baseert zelfbewustzijn op hoe je jezelf ziet. in de spiegel meer kritisch, waardoor je meer bewust bent van de blik van anderen. zelfevaluatie is minder accuraat (individualisme)
objectief zelfbewustzijn
zelfbewustzijn baseren op hoe anderen je zien, zelf ben je kritischer. accurater (collectivisme)
entiteit
je potentie of kunnen staat vast, er wordt meer gepraat over potentieel (individualisme)
incrementele groei
als je hard werkt, leer je nieuwe dingen, waardoor je ze onder de knie krijgt en groeit (collectivisme)
materiële cultuur
tastbare elementen
subjectieve cultuur
de manier waarop een samenleving haar omgeving waarneemt en ideeën overdraagt aan toekomstige generaties --> taal analyseren, observeren van gedrag en meningen verzamelen
categorieën
specifieke woorden en concepten
associaties van categorieën
evaluatie, potentie en activiteit --> universeel (etic) en cultuurspecifiek (emic)
overtuigingen
ideeën over wat als juist/verkeerd wordt beschouwd
houdingen
ideeën die emotioneel geladen zijn en een actie kunnen beïnvloeden
normen
ideeën over het verwachte gedrag van groepsleden --> strak/los afhankelijk van cultuur
rollen
ideeën over hoe mensen zich moeten gedragen in bepaalde sociale situaties
taken
een reeks gedragingen die verschillende betekenissen kan hebben in verschillende culturen
waarden
opvattingen over wat wenselijk is in het leven
waardeorientatie
bredere, abstractere set waarden en focus op heden, verleden en toekomst
methodologische uitdagingen bij elementen van subjectieve cultuur
1. juist gebruik van etic
2. beperkingen van Westerse instrumenten
3. constrcutvaliditeit
4. mix van emic en etic
5. problemen met steekproeftrekking
6. rivaliserende hypothesen
7. verschil in definitie
juist gebruik van etic
niet voldoende om een test uit 1 cultuur te vertalen en gebruiken in andere culturen
beperkingen westerse instrumenten
testpersonen hebben niet dezelfde basisaannames over waarden, kennis en communicatie
constructvaliditeit
test moet meten wat hij zegt te meten
mix van emic en etic
rekening houden met cultuur-specifieke naast universele gedragingen
problemen met steekproeftrekking
onderzoek kan niet in minder ontwikkelde landen door slechte kaarten en hoge kosten
rivaliserende hypothesen
verkregen resultaten zijn te wijten aan culturele verschillen
verschil in definitie
bepaalde begrippen/woorden/definties niet bekend/anders in andere landen
methoden van specifieke elementen
1. studie van categorieen
2. studie van associaties
3. studie van overtuigingen en attitudes
4. studie van normen, waarden en rollen
studie van categorieën
specifieke elementen worden gepresenteerd die tot categorie kan behoren, wordt aan deelnemers gevraagd of het wel/niet tot categorie kan behoren
studie van associaties
een gedetailleerde analyse van associaties kan overeenkomsten en verschillen tussen culturen aantonen
studie van overtuigingen en attitudes
attitudes worden onderzocht door steekproef van attitude-objecten te verkrijgen
studie van normen, waarden en rollen
beoordeeld door deelnemers op geschiktheid
bestuderen van cultuur (Van Vijfer)
1. contextuele factoren
2. verkennend/hypothese testen
3. structuur/niveau gericht
contextuele factoren
vergelijken van (specifieke kenmerken) van verschillende landen/etnische groepen ivm psychologische variabelen
verkennend/hypothese testen
verkennend: open voor alles; hypothese: specifiek
structuur/niveau gericht
constructies/structuur verrijken of niveaus scoren
structuurgerichte psychologische verschillen
structuurgericht, geen contextuele factoren, vergelijken landen ,verkennend
structuurgerichte generaliseerbaarheid
structuurgericht, geen contextuele factoren, vergelijken landen, hypothese
structuurgericht ecologische koppeling
structuurgericht, wel contextuele factoren, focus op specifieke kenmerken, verkennend
structuurgericht contextuele theorie
structuurgericht, wel contextuele factoren, focus op specifieke kenmerken, hypothese
niveaugerichte psychologische verschillen
score getest, geen contextuele factoren, vergelijking, verkennend
niveaugerichte generaliseerbaarheid
score getest, geen contextuele factoren, vergelijking, hypothese
niveaugerichte ecologische koppeling
score getest, wel contextuele factoren, focus specifieke kenmerken, verkennend
niveaugerichte contextuele theorie
score getest, wel contextuele factoren, focus specifieke kenmerken, hypothese