communicatieve vaardigheden: economie

studied byStudied by 14 people
5.0(1)
Get a hint
Hint

Accijnzen OF verbruiksbelasting

1 / 32

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

33 Terms

1

Accijnzen OF verbruiksbelasting

een vorm van indirecte belasting, die wordt geheven op de verkoop van bepaalde (verbruiks)goederen. ... Accijns wordt over het algemeen geheven over de hoeveelheid van het product en niet over de waarde daarvan. (op alcohol)

New cards
2

Bad banks

Een onrustige bank die handelt in risicovolle effecten en vaak niet winstgevend is. (Het is een 'ongezonde' bank met veel schulden of andere financiële problemen. Het zijn banken met een hoge risicofactor)

New cards
3

Bbi(bijzondere belastinginspectie)

Een kleine afdeling binnen de Belgische Federale Overheidsdienst Financiën. De opdracht van de BBI is om bijzonder te zijn, d.w.z. voor de behandeling van moeilijke gevallen. (Het gaat om de grootschalige, ingewikkelde, internationale en georganiseerde fiscale fraude)

New cards
4

Begroting/begrotingstekort

geeft de financiële effecten van een beslissing weer. Begrotingen worden onder andere gebruikt bij elke instelling die met geldstromen te maken heeft (Bv. bedrijven, overheden en stichtingen). Een begroting kan gemaakt worden voor een boekjaar, maar ook voor een specifiek project. Een begrotingstekort ontstaat als de uitgaven (aflossing inbegrepen) van de Rijksoverheid (in Nederland) of de Belgische Staat in een jaar hoger liggen dan de inkomsten.

New cards
5
New cards
6

BEL 20

De BEL 20_index is een Belgische aandelenindex waarin twintig aandelen noteren. Het gaat om aandelen van bedrijven die door Euronext, een internationale beursmaatschappij, worden gekozen op basis van strenge voorwaarden: een grote gezuiverde marktkapitalisatie, voldoende verhandelbaarheid en een solide liquiditeit.

New cards
7

BRICS_landen

Een acroniem gevormd uit de beginletters van de Engelstalige namen voor de vijf landen Brazilië, Rusland, India, China en Zuid

New cards
8

CAO

(collectieve arbeidsovereenkomst)

New cards
9

Crowdfunding

Geld binnenhalen bij het grote publiek. Je vertelt zoveel mogelijk mensen over je plannen en vraagt of zij daar geld in willen steken.

New cards
10

Curator

Iemand die door de rechter is aangewezen om het beheer te voeren over de bezittingen van een natuurlijk persoon of van een rechtspersoon.

New cards
11

Delokalisering

het proces als bedrijven een economische activiteit naar het buitenland verplaatsen. (Meestal wordt dit gedaan vanwege kostenbesparing of vanwege soepeler regelgeving elders)

New cards
12

Dienstencheques

Een waardebon waarmee particulieren op een belastingvriendelijke manier huishoudelijke diensten kunnen kopen.

New cards
13

Dow Jones

De oudste aandelenindex van de Verenigde Staten.

New cards
14

E

commerce OF elektronische bedrijfsvoering

New cards
15

Eerlijke handel, fair trade

Een term die wordt gehanteerd als beschrijving van internationale handel die gericht is op duurzame ontwikkeling in ontwikkelingslanden, met name bij de export van zulke landen naar rijkere westerse landen.

New cards
16

Expediteurs

Echte bemiddelaars. Ze zorgen ervoor dat jouw goederen op de snelste en meest efficiënte manier worden vervoerd. Een expediteur onderhandelt over de prijs, stelt contracten op, verzorgt de vrachtbrief, het manifest en de afrekening.

New cards
17

Globalisering

Een proces dat zowel economische, technologische, institutionele en sociale ontwikkelingen omvat. (Kenmerkend voor het proces van economische globalisering zijn de groeiende internationale handel en buitenlandse directe investeringen en toegenomen betekenis van multinationals)

New cards
18

Groenestroomcertificaten

Virtuele certificaten die bewaard worden in een online databank. Voor elke 1 000 kWh die je met zonnepanelen opwekt, ontvang je een groenestroomcertificaat. (Voor elk certificaat ontvang je een bedrag in euro)

New cards
19

Herstructureringsplan

Een economisch begrip dat inhoudt dat bestaande gebouwen of terreinen worden moeten aangepast aan de behoeften van een nieuwe markt.

New cards
20

Indexsprong

Wanneer de prijzen stijgen, volgt de index deze verhoging. Wanneer de index een bepaalde drempel overschrijdt, worden de sociale uitkeringen en de lonen aangepast met 2%. De indexsprong bestaat uit een tijdelijke neutralisatie van het systeem van loonindexering.

New cards
21

Inflatie

Sommige prijzen stijgen, weer andere dalen. Inflatie treedt op als er sprake is van een algemene stijging van de prijzen van goederen en diensten, niet alleen van individuele producten.

New cards
22

Kadastraal inkomen

Een term die gebruikt wordt in de Belgische belastingwetgeving. Het kadastraal inkomen is het geschatte, gemiddelde normale netto_inkomen van het jaar 1975 van een in België gelegen kadastraal perceel. (Dit kan een stuk grond of een gebouw zijn)

New cards
23

Ratingbureau

Een onderneming die als missie heeft bij te houden welke ondernemingen, banken of beleggers obligaties uitgeven. Het ratingbureau noteert de kredietwaardigheid van de emittent, dus het vermogen van de onderneming om al haar schulden te betalen op de vervaldatum.

New cards
24

Recupelbijdrage

Een bedrag dat de consument moest betalen naast de prijs van het apparaat. De verwijderingsbijdrage was bedoeld om oude apparaten zodanig te verwerken dat ze het milieu zo min mogelijk belasten.

New cards
25

Revisor

Iemand die voor zijn werk de financiën en jaarrekening van een bedrijf, onderneming of organisatie controleert. / iemand die corrigeer.

New cards
26

Roerende voorheffing

Een voorschot op de personenbelasting die geheven wordt op inkomsten uit roerende goederen zoals obligaties, beleggingsfondsen, aandelen en spaarboekjes.

New cards
27

Spilindex

De index meet hoe duur het leven wordt voor gezinnen. Stijgen de prijzen van producten en diensten, dan stijgt de index mee. Overschrijdt het cijfer de zogenaamde spilindex, dan nemen de uitkeringen en lonen automatisch toe.

New cards
28

Gezondheidsindex

De index die men dient te gebruiken voor het indexeren van alle huurcontracten die na januari 1994 zijn opgesteld. (Deze is dikwijls vergelijkbaar met de consumptieprijsindex, maar tabaksproducten, brandstof voor wagens en alcoholische dranken zijn hier niet in opgenomen)

New cards
29

SWT (stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag)

Het vroegere brugpensioen. Het SWT geeft medewerkers vanaf een bepaalde leeftijd die worden ontslagen recht op: Een vaste werkloosheidsuitkering.

New cards
30

Taks_on_web

Het Belgische webplatform van het Ministerie van Financiën, waar onderdanen en verblijfshouders hun personenbelasting kunnen aangeven. een onderdeel van het elektronische loket voor burgers.

New cards
31

Tertiarisering

Het toename van het belang van diensten in de economie ten opzichte van agrarische en industriële activiteiten

New cards
32

Woonbonus

Een integratie van drie bestaande Vlaamse belastingverminderingen voor de eigen woning: ...De belastingvermindering voor het lange termijnsparen (van toepassing op de niet_enige, eigen woning) De belastingvermindering voor de gewone interesten (van toepassing op de niet_enige, eigen woning)

New cards
33

Een schriftelijke overeenkomst waarin afspraken over arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd die overeen zijn gekomen tussen een of meer werkgevers of werkgeversorganisaties met een of meer werknemersorganisaties.

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 54 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 3 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 81 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 36 people
... ago
4.5(2)
note Note
studied byStudied by 12 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 21676 people
... ago
4.7(21)
note Note
studied byStudied by 39 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 159 people
... ago
5.0(1)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (53)
studied byStudied by 1 person
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (43)
studied byStudied by 7 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (28)
studied byStudied by 15 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (42)
studied byStudied by 4 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (71)
studied byStudied by 4 people
... ago
4.0(1)
flashcards Flashcard (76)
studied byStudied by 3 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (21)
studied byStudied by 7 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (36)
studied byStudied by 126 people
... ago
5.0(3)
robot