Looks like no one added any tags here yet for you.
De docent heeft ons veel huiswerk __gegeven.
op
Een inbraak moet je altijd bij de politie __geven.
aan
Kun je me de melk even __geven?
aan
Bij de douane moet je dure spullen __geven.
aan
Er is een pakje voor je __gegeven.
af
Mijn rode trui heeft __gegeven in de was. Nu is mijn witte T-shirt roze geworden.
af
Wilt u zich zo snel mogelijk naar de uitgang __geven?
be
Mijn auto heeft het __geven.
be
Kunt u een boodschap aan mijn docent __ geven? Ik kan namelijk vanmiddag niet naar de les komen.
door
Hij geeft elke maand veel geld __ aan kleding.
aan
Dit boek is in 2016 __gegeven.
uit
Het is moeilijk om iemand te __geven die een ernstige fout heeft gemaakt.
ver
Veel mensen vinden het niet makkelijk om fouten __ te geve
toe
Ik heb me opgegeven __ een computercursus.
voor
Het kind was zo ziek dat het de hele tijd moest __geven.
over