Kaarten: levensbeschouwing H5 | Quizlet

mensbeeld

ieders belang om het leven inrichten volgens de eigen waarden, inzichten, overtuigingen, levensbeschouwing

soorten vrijheid

1) formele vrijheid 2) substantiele vrijheid

voorwaardes om te kiezen om een niet-autonoom leven te leiden

o Geinformeerde keuze (bv. Onderwijs)

o Keuze van alternatieven

Exit-optie

staatsneutraliteit

wij moeten niet neutraal zijn, drm moet de staat neutraal zijn

Geen neutrality of opportunities

- niet alle ideologieen moet even veel speelruimte hebben

Geen neutrality of effects / outcome

ongelijken gevolgen, het gaat niet om het effect of outcome bv. Te snel rijden

Neutrality of aim / justification

- de overheid mag alleen wetten maken die onze vrijeheid beperkenen neutraal, niet een paternalistische vorm

Bv. Veiligheid (neutraal)

Gedachte spel 'Originele positie'

-Uitdaging op wederkerigheid

-Inleven in iemand anders' perspectief