\
\- monopolist = geen concurrentie
\
rekening houden met substitutieproducten:
\- komen voor bij overheidsdiensten NMBS, Delijn, bpost
\- ook via patenten, octrooien, auteursrechten
\
afschermen van de markt:
→ patenten: voor ontwikkeling van nieuwe producten
\- land/regio = exclusief eigenaar van grondstof → ook monopolie ontstaan.
\
winstmaximalisatie streven → MO = MK
\
\- kostenverloop = vergeleken worden met volkomen concurrentie
→ verschil = opbrengsten verloop / vraagcurve
monopolie niet het geval → MO = GO = P
→ bij monopolie → P = GO # MO
\
→ MO zal worden bepaald door prijs die een monopolist voor zijn product vraagt.
\
→ prijs zelf kan bepalen → zal hij rekening moeten houden omdat hij minder zal verkopen dan bij een hogere prijs (gemiddelde opbrengst)
\
→ vraagcurve heeft dalend verloop = monopolist de MO niet meer gelijk zijn aan de prijs