SK H1 t/m H6 Flashcards samenvatting 3Havo

Macroschaal

Zichtbare en meetbare schaal waarbij de eigenschappen van stoffen worden waargenomen, zoals koken van suiker.

Microschaal

Schaal van atomen en moleculen, de kleinste deeltjes die met modellen worden begrepen, cruciaal voor scheikunde.

Molecuultheorie

Stelt dat materie is opgebouwd uit moleculen, waarbij chemische en fysische eigenschappen op microniveau worden bepaald.

Stofeigenschappen

Kenmerken zoals kookpunt, smeltpunt, en kleur die helpen bij het identificeren van stoffen op macroniveau.

Elementen

Basisstoffen die bestaan uit één soort atoom, terwijl verbindingen uit meerdere atoomsoorten bestaan en bij reacties elementen behouden blijven.

Symbolen

Chemische afkortingen voor elementen, zoals 'C' voor koolstof, die worden gebruikt in formules en reactievergelijkingen.

Scheidingsmethodes

Verschillende technieken zoals filtreren, destilleren en extraheren om stoffen te scheiden op basis van eigenschappen zoals oplosbaarheid en dichtheid.

Stationaire fase

Het papier waarop de stof zich bevindt tijdens chromatografie, waar zwakkere aanhechting leidt tot hogere stofplaatsing.

Mobiele fase

De vloeistof die wordt gebruikt tijdens chromatografie om de stof te verplaatsen.

Chemische reactie

Een proces waarbij beginstoffen veranderen in nieuwe eindproducten met blijvende veranderingen in stofeigenschappen.

Reactievergelijking

Een weergave van een chemische reactie in symbolen en formules.

Ontledingsreactie

Een reactie waarbij één beginstof meerdere reactieproducten vormt.

Fotolyse

Ontledingsreactie onder invloed van licht.

Elektrolyse

Ontledingsreactie onder invloed van elektriciteit.

Thermolyse

Ontledingsreactie onder invloed van warmte.

Endotherm

Thermolyse waarbij energie nodig is in de vorm van warmte.

Exotherm

Thermolyse waarbij energie vrijkomt in de vorm van warmte.

Verbrandingsreactie

Reactie waarbij brandstof en zuurstof een eindproduct vormen.

Reagens

Een stof die wordt gebruikt om reactieproducten aan te tonen.

Molrekenen

Omrekenen van volume, massa en mol in de scheikunde.

Molverhouding

Verhouding waarin reacties plaatsvinden volgens de wet van Proust.

Koolwaterstoffen

Stoffen bestaande uit C- en H-atomen, zoals alkanen en alkenen.

pH-schaal

Schaal die de zuurgraad van stoffen aangeeft van 1 (zuur) tot 14 (basisch).

Zeep

Een stof met een hydrofiele kop en hydrofobe staart, die mengt met water.

Vettige vlekken

Vlekken die niet mengen in water en meestal van een vettige aard zijn.

Zeepmolecuul

Een molecuul met een hydrofiele kop en hydrofobe staartjes die vettige vlekken kan reinigen door micellen te vormen.

Micel

Een structuur waarin vuildeeltjes ingesloten worden door zeepmoleculen, waardoor ze weggespoeld kunnen worden met water.

Hydrofiel

De eigenschap van moleculen die affiniteit hebben voor water en zich daarnaar richten.

Hydrofoob

De eigenschap van moleculen die niet mengen met water en zich eerder naar vettige stoffen richten.