Levensbeschouwing

Betekenissen symbool islam

De halve maan en ster staan niet in de Koran, maar worden vaak gebruikt. De halve maan staat voor verandering (maankalender), de ster voor licht, kennis en leiding.

2. Islam

Onderwerping (aan God).

3. Moslim

Iemand die zich onderwerpt aan God.

4. Voorkeursnaam

Gelovige (moetmin) of moslim.

5. Geen Mohammedaan

Omdat het lijkt alsof ze Mohammed aanbidden i.p.v. God.

6. Allah = God

Boek gebruikt "God" omdat dit Nederlands is, en hetzelfde betekent.

7. Geen ‘de’ islam

Er zijn veel manieren van islam beleven.

8. Twee stromingen

Soennieten (grootste) en sjiieten.

9. Opbouw

114 soera’s, van lang naar kort.

10. Soera

Hoofdstuk in de Koran.

11. Ayat

Verzen (losse zinnen) binnen een soera.

12. Langste/korste

Langste = soera 2, kortste = soera 108.

13. Koran = ‘voordracht’

Koran is bedoeld om te worden gereciteerd.

14. Koranbeeld moslims

Letterlijk woord van God, heilig.

15. Totstandkoming

Door openbaringen via engel Gabriël aan Mohammed, later verzameld.

16. Wat mag wel/niet met koran

Niet onrein aanraken, wel met respect lezen en reciteren.

17. ‘Echte’ Koran

Alleen Arabische versie wordt als echt beschouwd.

18. Profeet = boodschapper

Mohammed kreeg openbaringen van God.

19. Geen stichter

Mohammed zag zichzelf als laatste schakel van eerdere profeten.

20. Veren of niet? Nee, want alleen God mag aanbeden worden.

21. Hadieths

Verhalen over uitspraken/daden van Mohammed.

22. Waarom hadieths? Ze geven uitleg en context bij de Koran.

23. Isnad

Opgave van overleveraars.

24. Waar isnad? Alleen in hadieths, niet in Koran.

25. Waarom isnad? Voor betrouwbaarheid

wie heeft het gezegd?

26. Bron Mohammed

Hadieths zijn het gedetailleerst.

27. Isnad en legendevorming

Door alleen op isnads te focussen, kunnen verhalen als waar worden aangenomen zonder inhoudelijke check.

28. Wie leert hem kennen? Priester Bahira ziet iets bijzonders in hem.

29. Mekkanen tegen geloof

Ze vreesden verlies van macht en handel.

30. Verbreking met joden

Omdat zij Mohammeds profeetschap niet erkenden.

31. Hidjra

Begin islamitische jaartelling, vorming moslimgemeenschap.

32. Hidjra = geen vlucht

Bewuste keuze om elders islam te bouwen.

33. Opvolger Mohammed

Aboe Bakr (eerste kalief).

34. Zes geloofspunten

1) God, 2) engelen, 3) boeken, 4) profeten, 5) Laatste Dag, 6) Goddelijke wil.

35. Vijf zuilen

1) Geloofsbelijdenis, 2) Gebed, 3) Armenbelasting, 4) Vasten, 5) Bedevaart.

36. Zesde zuil = jihad

a) Grote jihad

Innerlijke strijd om goed te leven.

b) Kleine jihad

Uiterlijke strijd voor islam (bijv. verdediging).

c) Verschil

Innerlijk vs. uiterlijk, persoonlijk vs. actief.

Geen echte theorie, maar verhaal herhalen

Mohammed maakt een nachtreis op een gevleugeld dier, bezoekt hemel, spreekt met profeten als Jezus en Mozes, en ontvangt het gebod om 5 keer per dag te bidden.

37. Bahira

Christelijke monnik die Mohammeds bijzonderheid zag.

38. Waraqa

Neef van Mohammeds vrouw Chadiedja, herkende profeetschap.

39. Negus

Christelijke koning van Ethiopië, beschermde eerste moslims.

40. Naam Jezus

Isa.

41. Geboorte

Maria (Maryam) krijgt Jezus op wonderlijke manier, onder een palmboom.

42. Wat doet Jezus? Spreekt in wieg, geneest zieken, brengt doden tot leven – maar is geen zoon van God.

43. Dood Jezus

Jezus is niet echt gestorven, God heeft hem opgenomen – hij werd niet gekruisigd.

44. Sharia

Islamitische wetgeving, letterlijk ‘weg naar de bron’.

45. Vier bronnen

1) Koran, 2) Soenna, 3) Idjma, 4) Qiyas.

Bron 1. Koran

Heilig boek.

Bron 2. Soenna

Levenswijze van Mohammed.

Bron 3. Idjma

Overeenstemming onder geleerden.

Bron 4. Qiyas

Analogie met eerdere uitspraken.

Soenna

Traditie/voorbeeld van Mohammed.

Idjma

Gemeenschappelijke mening van islamgeleerden.

Qiyas

Redeneren op basis van vergelijkbare gevallen.

Fatwa

Juridisch advies door een geleerde.

Gevaar online fatwa’s

Geen controle op betrouwbaarheid of context.