Nedaff 2

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/375

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

376 Terms

1
New cards
het beroep, het vak
le métier, la profession
2
New cards
dienstverlenend beroep
prestataire de services
3
New cards
Wat is uw beroep?/Wat bent u van beroep?
Quelle est votre profession?
4
New cards
vrij beroep
profession libérale
5
New cards
de toegang tot het beroep
l'accès à la profession
6
New cards
een beroep uitoefenen
exercer un métier
7
New cards
zelfstandig beroep
profession indépendante
8
New cards
bijberoep
fonction accessoire
9
New cards
Hoofdberoep
fonction principale
10
New cards
de kneepjes van het vak kennen
connaitre les ficelles du métier
11
New cards
Een vak leren / kennen
apprendre/connaître un métier
12
New cards
Belast met
chargé de, responsable de
13
New cards
bijdragen
apporter, contribuer
14
New cards
zijn steentje bijdragen aan(tot)
apporter sa contribution
15
New cards
fungeren als
faire fonction de, faire office de, servir de
16
New cards
de opdracht
la mission, la tâche
17
New cards
optreden als
intervenir en tant que, servir de
18
New cards
de taak
la tâche
19
New cards
u krijgt tot taak
vous aurez à, votre mission consistera à
20
New cards
uw taak bestaat erin
votre mission consiste à
21
New cards
het takenpakket
l'ensemble des responsabilités, des tâches
22
New cards
verantwoordelijk voor
responsable de
23
New cards
verantwoordelijk zijn voor
être responsable de
24
New cards
de verantwoordelijkheid
la responsabilité
25
New cards
vervangen
remplacer
26
New cards
verzorgen
assurer, être responsable de, se charger de, s'occuper de
27
New cards
zich bezighouden met
s'occuper de
28
New cards
zorgen voor
s'occuper de, se charger de, faire attention à
29
New cards
in de openbare sector werken
travailler dans le secteur public
30
New cards
in de privésector werken
travailler dans le secteur privé
31
New cards
bij pwc werken
Travailler chez pwc
32
New cards
buiten werken
travailler à l'extérieur
33
New cards
in een fabriek werken
travailler dans une usine
34
New cards
op het hoofdkantoor werken
travailler au siège
35
New cards
in een kantoor werken
travailler dans un bureau
36
New cards
van thuis uit werken
travailler à partir de chez soi
37
New cards
de baan
l'emploi, le poste
38
New cards
deeltijdse baan
emploi à temps partiel
39
New cards
halftijdse baan
emploi à mi-temps
40
New cards
tijdelijke baan
emploi temporaire
41
New cards
vaste baan
emploi stable
42
New cards
volledige baan
emploi à temps plein
43
New cards
de overuren
les heures supplémentaires, le travail supplémentaire
44
New cards
overuren maken
faire des heures supplémentaires
45
New cards
overwerken
faire des heures supplémentaires( avec nombre exacte d'heures)
46
New cards
een kwartier pauze houden
faire une pause d'un quart d'heure
47
New cards
een pauze inlassen
faire une pause, marquer une pause
48
New cards
In de pauze
pendant la pause
49
New cards
een pauze nemen van tien minuten
faire une pause de dix minutes
50
New cards
pauzeren
faire une pause
51
New cards
de ploeg, het team
l'équipe(ouvrier)
52
New cards
in ploegen werken
travailler en équipe (1)
53
New cards
aan het werk gaan
se mettre au travail
54
New cards
aan het werk zijn
être en train de travailler
55
New cards
de werkdag
le jour ouvrable
56
New cards
In ploegendienst werken
travailler en équipe
57
New cards
werktijd
le temps de travail, les heures de bureau
58
New cards
na werktijd
après les heures de bureau
59
New cards
Tijdens werktijd
durant les heures de bureau
60
New cards
Flexibele, glijdende, variabele werktijden
horaires élastiques( flexibles, flottants, variables)
61
New cards
onregelmatige werktijden
horaires irréguliers
62
New cards
vaste werktijden
horaires fixes
63
New cards
de werkweek
la semaine de travail
64
New cards
het handwerk
le travail manuel
65
New cards
administratief werk
travail administratif
66
New cards
Aangenaam weer
Temps agréable
67
New cards
afwisselend werk
travail varié
68
New cards
boeiend werk
travail captivant
69
New cards
onaangenaam werk
travail désagréable
70
New cards
in teamverband werken
travailler en équipe
71
New cards
ik heb een drukke baan
mon travail me laisse peu de loisirs
72
New cards
ik heb het druk op mijn werk
je suis très pris par mon travail
73
New cards
het is druk op het werk
j'ai beaucoup de travail
74
New cards
hard werken
travailler dur
75
New cards
Illegaal werk
travail illégal
76
New cards
Zwartwerker
travailleur au noir
77
New cards
medewerkster
collaboratrice
78
New cards
receptioniste
réceptionniste
79
New cards
Topvrouw
Femme PDG
80
New cards
vertegenwoordigster
représentante
81
New cards
werkneemster
Travailleuse
82
New cards
Werkvrouw
Femme de ménage
83
New cards
De directeur bedrijfsvoering
Le directeur opérationnel
84
New cards
de adjunct
l'adjoint
85
New cards
de ambtenaar
le fonctionnaire
86
New cards
de arbeider
l'ouvrier
87
New cards
geschoolde arbeider
ouvrier qualifié
88
New cards
de ongeschoolde arbeider
l'ouvrier sans qualification
89
New cards
de arbeiders
la main d'oeuvre
90
New cards
de assistent
l'assistant, l'adjoint
91
New cards
de baas
Le chef, le directeur, le patron, le responsable
92
New cards
eigen baas zijn
être son propre patron
93
New cards
eigen baas worden
se mettre à son compte
94
New cards
de bediende
l'employé
95
New cards
de algemene directeur
le directeur général
96
New cards
de freelancer
le collaborateur indépendant, le free-lance
97
New cards
de functionaris
le cadre, le responsable
98
New cards
het hoofd
Le chef, le directeur, le dirigeant, le manager, le patron, le responsable
99
New cards
aan het hoofd staan van een afdeling/bedrijf
être responsable de département/diriger une société
100
New cards
het kader
les cadres, le personnel d'encadrement, le staff