P4 CH1 static budgets : the master budget

een budget

is een plan van de middelen die nodig zijn om de doelstellingen van de organisatie te bereiken

waarom worden bugetten gebruikt

• de activiteiten te plannen

• de activiteiten te beheersen (control)

advantages of budgeting

1 planning : beslissingen worden gebaseerd op dit formele plan

2 evaluatie van activiteiten

3 evaluatie van prestaties : budgetten bieden een referentiepunt dat medewerkers motiveert en managers helpt om prestaties te evalueren

4 communicatie en coordinatie

potential problems in implementing budgets

1 budget participation and acceptance

• participative budgeting ipb top down budgeting

2 incentives to lie and cheat

3 difficulties in obtaining accurate sales forecasts

budgetary slack (budgettaire speling)

vindt plaats wanneer managers opzettelijk de verwachte omzet te laag inschatten of de kosten te hoog

sales forecast

een schatting van de verwachte verkoop in een toekomsige periode = vooorspelling

sales budget

een onderdeel van het formele bedrijfsbudget en geeft aan hoeveel de organisatie wil verkopen in een bepaalde periode = doelstelling

waarom is het moeilijk om budgetten te implementeren ( algemeen, niet de 3 puntjes)

• de typische problemen bij traditionele budgetten

• de complexere en dynamischere bedrijfsomgeving

→ meer en meer kritiek op traditionele manier van budgetteren

kritiek op traditionele manier van budgetteren

• budgettering kost veel tijd, met relatief weinig nuttige output

• te strikte focus op het budget halen leidt tot suboptimaal gedrag dat niet altijd in lijn is met de organisatiedoelen

• het gebruik van budgettering om doelen te stellen en verbetering te stimuleren botst met het oorspronkelijke idee van budgetten als controlemiddel

• budgetten zijn vaak het resultaat van intern onderhandelen in plaats van een realistisch model voor resourceverbruik

• traditionele budgettering kijkt nauwelijks naar veranderingen en kansen buiten de organisatie

beyond budgeting

een alternatieve managementfilosofie die traditionele, starre budgettering vervangt door flexibele, continue planning en controle. Het doel is om de organisaties wendbaarder te maken en hen sneller te laten inspelen op veranderingen

kenmerken van beyond budgeting

1) dynamische planning : gebruik maken van rolling forecast in plaats van vaste jaarbudgetten

2) continue aanpassing : regelmatige herziening van doelen en prioriteiten

3) relatieve prestatiemaatstaven : niet afrekenen op starre cijfers, maar op (markt) vergelijking en trends

4) decentralisatie en autonomie : verantwoordelijkheden en beslissingen liggen zoveel mogelijk bij teams zelf, dicht bij de praktijk

5) vertrouwen en transparantie : openheid over bedrijfresultaten en besluitvorming om proactief handelen te bevorderen

strategic plan

no time horizon

long range plan

5-10 years forecast

capital budget

long-term investments

master budget

1st year of long-range plan

continuous budget (rolling budget)

continuous budget of 12 months

a master budget that simply adds a month (or a quarter) in the future as the month (or quarter) just ended is dropped

een masterbudget

is een reeks van budgetten die de plannen van een bedrijf voor de komende periode (meestal 1 jaar, verdeeld in maand of kwartaalperiodes) uiteenzet

schema’s leiden tot

• resultatenrekening

• kasstroomoverzich

• balans

die samen onderdeel zijn van het masterbudget

uit welke 2 grote delen bestaat het master budget

1) operationeel budget (rr)

• budgetten die het nievau van de bedrijfsactiviteiten samenvatten, zoals verkoop, inkoop en productie

2) funanciele budget (balans)

• toont de verwachte financiele gevolgen van de operationele budgetten

operationeel budget

• verkoopsbudget (sales budget)

• administratieve kosten budget (operating expenses budget )

• aankoopbudget en kostprijs van verkochte goederen budget

• gebudgetteerde RR

financiele budget

• kasbudget

• investeringsbudget (capital budget)

• gebudgetteerde balans

kasbudget

stelt managers in staat de toekomstige kastoestand van de onderneming te plannen

• opbrengsten en kosten =! kasinkomensten en kasuitgaven

• optimale cash positie