german words school and animals

Het lesrooster

der Stundenplan

De leraar

der Lehrer / de lerares – die Lehrerin

De toets

der Test

De leerling

der Schüler / de leerlingen – die Schüler

De klas

die Klasse

Het (les)uur

die Stunde

De pauze

die Pause

Het proefwerk

die Klassenarbeit

De school

die Schule

VMBO-T/HAVO

die Realschule

VWO

das Gymnasium

De taal

die Sprache

Het boek

das Buch / de boeken – die Bücher

Het schrift

das Heft / de schriften – die Hefte

Het vak

das Fach / de vakken – die Fächer

Het huiswerk

die Hausaufgaben

Nederlands

Niederländisch

Scheikunde

Chemie

Tekenen/handvaardigheid

Kunst

Wiskunde

Mathe

Aardrijkskunde

Erdkunde

Biologie

Biologie

Duits

Deutsch

Engels

Englisch

Frans

Französisch

Geschiedenis

Geschichte

Gym

Sport

Natuurkunde

Physik

Op maandag

am Montag

Op dinsdag

am Dienstag

Op woensdag

am Mittwoch

Op donderdag

am Donnerstag

Op vrijdag

am Freitag

Op zaterdag

am Samstag

Op zondag

am Sonntag

’s Morgens

morgens

’s Middags

nachmittags

’s Avonds

abends

’s Nachts

nachts

’s Zondags

sonntags

Om één uur

um ein Uhr

Kwart over één

Viertel nach eins

Half twee

halb zwei

Kwart voor twee

Viertel vor zwei

Gisteren

gestern

In het weekend

am Wochenende

Morgen

morgen

Vandaag

heute

Vorige week

vorige Woche

Volgende week

nächste Woche

Eerste

erste

Tweede

zweite

Derde

dritte

Vierde

vierte

Vijfde

fünfte

Zesde

sechste

Zevende

siebte

Achtste

achte

Negende

neunte

Tiende

zehnte

Gaan

gehen

Maken, doen

machen

Schrijven

schreiben

Vinden

finden

Vrij hebben

freihaben

Bezoeken

besuchen

Houden van

lieben

Hebben

haben

Heten

heißen

Komen

kommen

Hoe

wie

Waar

wo

Waarvandaan

woher

Wat

was

Wie

wer

Maar

aber

Of

oder

Vaak

oft

Helemaal niet

gar nicht

Interessant

interessant

Leuk

toll

Makkelijk

leicht

Moeilijk

schwierig

Ook

auch

Saai

langweilig

Wanneer

wann

De aap

der Affe

De hamster

der Hamster

De hond

der Hund

De olifant

der Elefant

De kat

die Katze

De koe

die Kuh

De muis

die Maus

De schildpad

die Schildkröte

De slang

die Schlange

De spin

die Spinne

De vis

der Fisch

De vogel

der Vogel

De wolf

der Wolf

De cavia

das Meerschweinchen