vocabulaire la politique et le pays

studied byStudied by 35 people
5.0(1)
learn
LearnA personalized and smart learning plan
exam
Practice TestTake a test on your terms and definitions
spaced repetition
Spaced RepetitionScientifically backed study method
heart puzzle
Matching GameHow quick can you match all your cards?
flashcards
FlashcardsStudy terms and definitions
Get a hint
Hint

un citoyen, une citoyenne

1 / 111

encourage image

There's no tags or description

Looks like no one added any tags here yet for you.

112 Terms

1

un citoyen, une citoyenne

een burger

New cards
2

le peuple

het volk

New cards
3

la population

de bevolking

New cards
4

les habitants

de inwoners

New cards
5

un ressortissant français

een Frans staatsburger

New cards
6

être élu par le peuple

verkozen worden door het volk

New cards
7

élire - électoral

verkiezen - m.b.t. de verkiezingen

New cards
8

voter pour - émettre un vote

stemmen op - een stem uitbrengen

New cards
9

un bureau de vote

een stembureau

New cards
10

un vote valable

een geldige stem

New cards
11

un vote blanc

een blanco stem

New cards
12

le droit de vote

het stemrecht

New cards
13

le vote obligatoire

de stemplicht

New cards
14

le suffrage universel direct

het direct algemeen stemrecht

New cards
15

se rendre aux urnes

gaan stemmen

New cards
16

une urne

een stembus

New cards
17

compter les voix

de stemmen tellen

New cards
18

une voix

een stem

New cards
19

la démocratie - démocratique

de democratie - democratisch

New cards
20

la dictature - dictatorial

de dictatuur - dictatoriaal

New cards
21

la Monarchie (constitutionnelle)

de (constitutionele) Monarchie

New cards
22

le Roi et la Reine

de Koning en de Koningin

New cards
23

la République

de Republiek

New cards
24

le Président - présidentiel

de President - presidentieel

New cards
25

la Constitution

de Grondwet

New cards
26

être en vigueur

van kracht zijn

New cards
27

la séparation des pouvoirs

de scheiding der machten

New cards
28

le pouvoir législatif

de wetgevende macht

New cards
29

le pouvoir exécutif

de uitvoerende macht

New cards
30

le pouvoir judiciaire

de rechterlijke macht

New cards
31

partager le pouvoir - être au pouvoir

de macht delen - aan de macht zijn

New cards
32

l’autonomie

de autonomie

New cards
33

l'indépendance

de onafhankelijkheid

New cards
34

les leaders politiques

de politieke leiders

New cards
35

le gouvernement - gouverner

de regering - regeren

New cards
36

diriger le pays

het land besturen

New cards
37

le Premier Ministre

de Eerste Minister - de Premier

New cards
38

un(e) ministre - ministériel

een minister - ministerieel

New cards
39

le portefeuille ministériel

de (minister)portefeuille

New cards
40

les compétences

de bevoegdheden

New cards
41

un(e) secrétaire d’État

een staatssecretaris

New cards
42

être responsable de

verantwoordelijk zijn voor

New cards
43

la responsabilité

de verantwoordelijkheid

New cards
44

décider - prendre une décision

beslissen - een beslissing nemen

New cards
45

le Parlement - parlementaire

het Parlement - parlementair

New cards
46

voter les lois

de wetten stemmen

New cards
47

une proposition de loi

een wetsvoorstel

New cards
48

une minorité

een minderheid

New cards
49

une majorité

een meerderheid

New cards
50

le Sénat - sénatorial

de Senaat - senatoriaal

New cards
51

le sénateur / la sénatrice

de senator

New cards
52

Les partis de gauche et de droite

de linkse en rechtse partijen

New cards
53

la droite - l'extrême-droite

rechts - extreem rechts

New cards
54

la gauche - l'extrême-gauche

links - extreem links

New cards
55

conservateur / conservatrice

conservatief

New cards
56

progressiste

progressief

New cards
57

anti-européen

anti-Europees

New cards
58

l’Union Européenne

de Europese Unie

New cards
59

un rassemblement politique

een politieke meeting

New cards
60

une puissance politique

een politieke macht

New cards
61

les adhérents et les militants

de aanhangers en de militanten

New cards
62

la France est un État laïc

Frankrijk is een seculiere Staat

New cards
63

la laïcité / la séparation des Églises et de l’État

secularisme / de scheiding tussen Kerk en Staat

New cards
64

maintenir l’ordre et la sécurité

de orde en de veiligheid handhaven

New cards
65

la Défense nationale

defensie

New cards
66

défendre le territoire

het land verdedigen

New cards
67

l'armée

het leger

New cards
68

Les forces armées

de strijdkrachten

New cards
69

le chef des armées

de opperbevelhebber van het leger

New cards
70

la période de récession

de recessie

New cards
71

la crise économique et sociale

de economisch en sociale crisis

New cards
72

subventionner - la subvention

subsidiëren - de subsidie

New cards
73

les inégalités sociales

de sociale ongelijkheid

New cards
74

la lutte des classes

de klassenstrijd

New cards
75

éradiquer la pauvreté

de armoede uitroeien

New cards
76

le SDF

de dakloze

New cards
77

lutter contre les discriminations

strijden tegen discriminatie

New cards
78

favoriser le respect d’autrui

respect voor iedereen bevorderen

New cards
79

le racisme

het racisme

New cards
80

inciter à la haine raciale

aanzetten tot rassenhaat

New cards
81

la misogynie

de vrouwenhaat

New cards
82

l’inégalité entre l’homme et la femme

de ongelijkheid tussen man en vrouw

New cards
83

la parité

de gelijkheid

New cards
84

le plafond de verre

het glazen plafond

New cards
85

le chauvinisme - chauvin

het chauvinisme - chauvinistisch

New cards
86

l’immigration - un immigrant

de immigratie - een immigrant

New cards
87

un sujet brûlant

een moeilijk onderwerp

New cards
88

la régularisation des sans-papiers

de regularisatie van mensen zonder papieren

New cards
89

consulter les citoyens

de burgers bevragen

New cards
90

lancer des initiatives citoyennes

burgerinitiatieven in gang zetten

New cards
91

la démocratie participative

participatieve democratie

New cards
92

la structure de l'Etat

de structuur van het land

New cards
93

la complexité - complexe

de complexiteit - complex

New cards
94

former un gouvernement

een regering vormen

New cards
95

le niveau fédéral

het federale niveau

New cards
96

les régions

de gewesten

New cards
97

la Région flamande

het Vlaams Gewest

New cards
98

la Région wallonne

het Waals Gewest

New cards
99

la Région de Bruxelles-Capitale

het Brussel-Hoofdstedelijk Gewest

New cards
100

les communautés

de gemeenschappen

New cards
robot