mensen hun brein zijn natuurlijk op voorbereid om te luisteren en het te beginnen verstaan, niet lezen.
O+ huilen
16w: vocaliseren (eu, ae, ee)
4-8m: vocaalspel (da da da)
holofrasen (1 woordzinnen)
bal
foutjes klinkers en medeklinkers
svrananvhaktivocaal: mellek (extra e toevoegen, makkelijker zo)
twee woordzinnentjes (± 2 jaar)
vanaf school, sterkte uitbreindings van woordenschat
inzicht in morfologie → overgenralisatie ( enk/mv → 1 vark 2 varken)
neologismen bv. pihenkok ipv klokhuis
geen einddatum
reductie '(woord korter)
vb. maat ipv tomaat
replicatie (herhaling klanken)
bv. bobo ipv boterham
frontereing (s, k achteraan in keel) → verandert met f en t
woorden vervangten door f , t kvooraan
dantu
gliding → ln half klank j / w (indpv i en r)
bwood
assimilatie (mede klinkers beïnvloeden elkaar)
vb. ieneneen
niet gestimuleerd dus ook niet konnen spreken
interessant voor weteenchappen zo kunnen ze weten hoe taal verwerfd word
niet kennen
chonesky
aangeboren taalverweringssysteem
leert moedertaal moeiteloos
bewijs: apen
jean pigeaget
nature
hersenen → stimuleren
bewijs: worfskinderen
stem verheffen (omdat kinderen ook doen)
geluidsnabootsingen en onomatopeeën ( zo kunnen ze makkelijker relaties zetten met woorden)
woorden vaak herhlanen
werkwoord “doen” (zo hoeven zo nog niets e vervoegen)
vraag stellen → zelf bbeantwoorden
hangt van de moedertaal af die je al spreekt als je een andere taal leert
problemen bij
de / het
meoilijke klanken
woorden die verschillende funcite hebben