Syllabus door Joris Van Poucke, Christian Van Kerckhove 2022-2023.
Algemene Inleiding
Indeling van de wijsbegeerte en de plaats van de sociale en ethische filosofie
Factische problemen
Kennistheoretische problemen
Ethische en politieke problemen
Vanuit het perspectief van de mens
Inleiding: De Griekse polis
Inleiding: polis en agora
Plato
Aristoteles
Conclusie
De Verlichting
Inleiding
Situering
Kernvraag
Grondslagen van het Verlichtingsdenken
Historisch-filosofisch kader van het Verlichtingsdenken
Essentie
Actualiteit van de Verlichting
De moderne sociale filosofie
Thomas Hobbes: vrijheid en soevereiniteit
Jean Jacques Rousseau: het sociaal contract
Alexis De Tocqueville: gelijkheid en vrijheid in de democratie
Karl Marx
De Ethiek
Inleiding
Keuzes
Mensen zijn morele wezens
De ethiek
De deugdenethiek van Aristoteles
De utilitaristische ethiek
De rationalistische plichtenethiek van Immanuel Kant
Recht, sociale filosofie en moraal
Inleiding
Natuurrecht en rechtspositivisme
Wat zijn rechten?
Mensenrechten
Glossarium: enkele begrippen
Literatuur
Filosofie: een wachtkamer voor de wetenschap, volgens E. Vermeersch.
Discussie over wat filosofie omvat en haar indeling: mogelijkheid van systematiseren in de sociale en ethische filosofie.
Kant's vier vragen: Wat kan ik kennen? Wat moet ik doen? Wat mag ik hopen? Wat is de mens?
Historische context van Griekse stadstaten, met nadruk op Atheense democratie.
De rol van de agora als centrum voor handel en politieke discussies.
Scheiding tussen publieke (polis) en privé (oikos) domeinen.
Ideële visies in Plato's 'Politeia', het belang van rechtvaardigheid.
Kritiek op de democratie; het idee van een ideale staat.
De metaalogische allegorie van de grot.
De mens als politiek dier; participatie in politiek als gemeenschappelijk goed.
Het verschil tussen authentieke en corrupte regeringen.
Spanningen tussen rechtvaardigheid en decentralisatie van macht.
Historiografische en culturele context van de Verlichting.
Optimisme over menselijke vooruitgang.
Verlichte waarden: autonomie, recht, rede.
De toekomstvisie van vooruitgang en de rol van de mens hierin.
Technologische innovaties zoals boekdrukkunst, kompas, en buskruit.
Hun invloed op de samenlevingen van de 17de eeuw en daarbuiten.
Mens als bedreiging voor zichzelf en andere mensen; natuurlijke toestand als een oorlog van allen tegen allen.
De noodzaak van een sociale overeenkomst (de Leviathan).
De rol van macht en vrijheid.
In een ideale maatschappij moet individuele vrijheid hand in hand gaan met generaliteit.
Het concept van het sociaal contract en de volkssoevereiniteit.
Democratie en de spanning tussen vrijheid en gelijkheid.
Gelijkheid der condities als kern van sociale organisatie.
Ethiek als systematische studie van het goede handelen en sociale verantwoordelijkheid.
Vrijheid en verantwoordelijkheden binnen ethische beslissingen.
Het goede is het uiteindelijke doel voor handelen; nadruk op deugden en karakter.
Zoektocht naar deugdzaamheid en deugd als midden tussen extremen.
Focus op utiliteit: grootste geluk voor het grootste aantal.
Kwantificeren van geluk door wetenschappelijk denken.
Het Kants principe van de categorische imperatief (handelen volgens de wil dat een maxime kan worden gemaakt als algemene wet).
Menselijke waardigheid en vrijheid centraal.
Verband tussen recht en moraal in sociale filosofie.
Dat juridisch en morele principes niet altijd samenkomen.
Essentiële morele rechtvaardigingen voor wettelijke structuren.
Communisme, Eigentum, Sociaal contract, Vrijheid, Republiek, Socialisme.
Diverse bronnen uit de filosofie; invloedrijke auteurs en werken in relevantie tot sociale filosofie en ethiek.