In 1983 stelde Rita Liljestrom in "The Child and Other Cultural Intentions" dat het traditionele "kind van het huishouden" in Westen vervangen werd door het publieke en commerciële kind.
De invloed van overheid en markteconomie is toegenomen, wat leidt tot een ondermijning van ouderlijke verantwoordelijkheden.
Er is een roep om meer verantwoordelijkheidsgevoel bij burgers, vooral ouders, en de invloed van overheid en professionals neemt toe.
Het begrip "algemeen belang" varieert per samenleving maar kan voor westerse samenlevingen worden gezien als het behoud van de democratie.
Democratie gaat niet alleen over formele staatsrechten maar ook over sociale ethiek, zoals beschreven door John Dewey.
Moderne pedagogische doelen benadrukken individuele ontwikkeling en psychische gezondheid, wat leidt tot een verschuiving in opvoedingsfocus.
De focus op het algemene belang in opvoeding en onderwijs is zorgwekkend afwezig. Kinderen zijn geen privébezit maar toekomstige burgers.
Opvoeding heeft invloed op de maatschappij en de democratische rechtsstaat; de sociale ethiek moet weer centraal staan.
Opvoeding heeft directe gevolgen voor de democratische ontwikkeling van jongeren. Slechte opvoeding kan leiden tot politieke apathie.
Er zijn alarmsignals over de lage opkomst bij verkiezingen en de afname van interesse in democratie onder jongeren.
Jeugdige uitingen triggeren maatschappelijk debat over morele waarden; spanning tussen neoconservatieve en progressieve opvoedingswaarden.
De keuze tussen autoritaire of meer democratische opvoedingsmethoden is cruciaal voor de morele ontwikkeling van kinderen.
Gezin speelt een sleutelrol in de ontwikkeling van morele waarden. Autoriatieve opvoeding biedt de beste uitkomsten voor democratisch burgerschap.
Er zijn indicatoren dat kinderen die democratische waarden leren in een supportive gezin beter functioneren in de maatschappij.
Het gezin is cruciaal voor de ontwikkeling van democratische waarden. Kinderen leren vooral binnen gezinscontext wat het betekent om democratisch te zijn.
Er is behoefte aan meer structurele voorlichting aan ouders over de relatie tussen opvoeding en democratie.
Er zijn significante gaten in steun voor opvoeding. Er is een gebrek aan normatieve discussies over opvoedingsdoelen en maatschappelijke betrokkenheid.
Jongeren voelen zich vaak onbegrepen en ongemotiveerd in hun omgeving, wat leidt tot maatschappelijk isolement.
Onderwijs is cruciaal voor de maatschappelijke opvoeding van jongeren, maar staat onder druk door individualisering en marktfocus.
Een sterke pedagogische infrastructuur is noodzakelijk voor de democratische ontwikkeling van de jeugd en om bij te dragen aan een actieve, betrokken samenleving.
Burgerschap moet een centraal thema zijn in het onderwijs om jongeren voor te bereiden op actieve deelname in de democratie.