AFPF casus 6
de plaats van de dunne darm ten opzichte van de omringende organen uitleggen.
de drie delen van de dunne darm benoemen.
een darmvlok en zijn onderdelen beschrijven.
de verteringsfuncties van de dunne darm en zijn uitscheidingsproducten beschrijven.
uitleggen hoe voedingsstoffen door de dunne darm worden opgenomen.
de verschillende delen van de dikke darm beschrijven.
de structuur en functie van de dikke darm, het rectum en het anale kanaal beschrijven.
de belangrijkste verteringsenzymen, hun substraten en hun producten benoemen.
de plaatsen benoemen waar de belangrijkste groepen voedingsstoffen worden opgenomen.
de arteriële bloedtoevoer van de dikke darm benoemen.
de veneuze afvoer vanuit het distale deel van het rectum en de anus t.o.v. de veneuze afvoer uit het overige deel van het spijsverteringsstelsel beschrijven en de klinische relevantie hiervan uitleggen
de definitie, risicofactoren, etiologie, pathofysiologie, symptomen, diagnostiek, behandeling, complicaties, prognose en preventie van inflammatoire darmziekten (ziekte van Crohn en colitis ulcerosa) uitleggen.
de verschillen tussen de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa beschrijven betreffende de risicofactoren, locatie en aspect van de ontsteking, symptomen, complicaties en prognose.
de definitie, risicofactoren, etiologie, pathofysiologie, symptomen, diagnostiek, behandeling, complicaties, prognose en preventie van colorectaal carcinoom uitleggen.
uitleggen wat het screeningsprogramma op colorectaal carcinoom in Nederland inhoudt.
Plaats dunne darm; ligt aan de maagportier (pylorus sfincter) en omringd door de dikke darm waar hij in over loopt (valva ileocaecalis); klep van Bautin
3 delen dunne darm; duodenum (twaalfvingerigedarm), jejunum (nuchtere darm) en ileum (kronkeldarm)
Darmvlok; 4 weefsellagen
peritoneum; dubbele laag buikvlies die verbind met buikwand
Mucosa; oppervlakte dunne darm met circulaire pooien, villi en microvilli = alleen voor vergroting oppervlakte voor betere opname van voedingsstoffen
Mucosa: epitheel (enterocyten) met microvilli > absorptie voedingsstoffen, slijmbekercellen > slijmproductie, darmklieren (epitheel) productie darmsap (chemische vertering
Submucosa: bindweefsel, capillairen en lymfecapillairen > opname voedingsstoffen, lymfeklieren > bescherming en transport vetten
Spieren
Nog meer bindweefsel
Verteringfuncties;
Voortbewegen inhoud door peristaltiek, para
Uitscheiden darmsap
Chemische vertering; koolhydraten, eiwitten, vetten in enterocyten
Bescherming door; lymfefollikels en geaggregeerde lymfefollikels
Uitscheiding hormonen; CCK en secretie
Absorptie voedingsstoffen
Uitscheidingsproducten:
Pancreassap; basisch, komt in duodenum
Functies: eiwitten door inactieve trypsinogeen, en chymotrypsinogeen. Koolhydraten door amylase. Vetten door lipase
Gal: lever of via galblaas
Functies: emulgeren van vetten. Cholesterol en vetzuren oplosbaar maken --> opname en vetoplosbare vitaminen. Afscheiding bilirubine
Darmsap; basisch. Enzymen; peptidasen, lipase en sachrase, maltase en lactase
Opname voedingsstoffen; door de enterocyten; diffusie, osmose, gefaciliteerde diffusie en actief transport.
Osmose; water
Diffusie; kleine in vetoplosbare stoffen (vetzuren, glycerol)
Actief transport: monosachariden/aminozuren
Absorberen; soorten eiwitten, grote substanties, vitaminen, zouten --> naar capillairen
Vet oplosbare vitaminen, vetzuren, glycerol --> naar lymfevaten
Vitamine B12 bindt aan intrinsieke factor
Dikke darm onderdelen:
Caecum; appendix + doorstroming van ileum
Colon; ascendens, transversum, descendens en sigmoïd
Rectum; endeldarm
Anale kanaal; kringspieren
Structuur; weer 4 weefsellagen, zelfde als dunne darm uitzonderingen;
Taeniae coli; lengtespier in caecum en colon
Interne anale sfincter; circulaire spierlaag
Submucosa; meer lymfatisch weefsel= bescherming
Meerlagig plaveisepitheel; in anaalkanaal
Functies;
Absorptie; H2O, zouten, vitaminen en medicijnen
Activiteit micro-organismen; commensalen, darmgassen produceren vit k en foliumzuur
Massatransport; gastrocolisch reflex= geen peristaltiek.
Defecatie; willekeurig en aandrang als het rectum zit
Verteringsenzymen:
Amylase in speeksel > zetmeel tot disachariden
Zuur in maag > stopt amylase, zet pepsinogeen om in pepsine
Pepsine in maag > eiwit tot polypeptiden
Amylase in dunne uit pancreas > zetmeel tot disachariden, maltase en lactase in enterocyten. Disachariden in monosachariden.
Enterokinase in dunne darm/enterocyten > omzetten chymotrypsinogeen en trysirogeen in chymotrypsine en trypsine
Chymotrypsine en trypsine in dunnen darm > polypeptiden tot di- tripeptiden
Peptidasen in dunne darm > di- en tripeptiden tot aminozuren
Gal in dunne darm (uit lever) > galzouten emulgeren, vetten; lipasen, vetzuren en glycerol
Absorptie;
Koolhydraten; capillair uit villi
Eiwitten; capillair uit villi
Vetten; lymfevaten uit villi
Water; dunne darm en restant dikke darm
Vitaminen; water in capillair, vet in lymfe en vit k gemaakt is geabsorbeerd in dikke darm.
Arteriële bloedtoevoer dikke darm; a. Mesenterica superior en inferior.
Superior: caecum, colon a en t
Inferior; overige colon proximaal rectum
Rectalis inferior en media, aftakking van a. ilicca interna; distaal rectum en anus
Veneuze afvoer distale deel rectum en anus; gaan naar v. ilicae internae= komt rechtstreeks in v.c. inferior = omzeilt lever en portale circulatie
Dunne darm is opname van voedingsstoffen
Dikke darm is opname van water en zouten
Ziekte van Crohn en colitis ulcerosa= inflammatoire darmziekten
Risicofactoren: erfelijk, roken
Etiologie: genetisch aanleg, omgevingsfactoren, abnormale immuunreactie
Pathofysiologie: abnormale immuunreactie in mucosa
Crohn: terminale ileum en colon ascendens, meeste, segmentale ontsteking, afwisseling van plekken.
Bij hevige ontsteking; littekenweefsel en hypertrofie > vernauwing/obstructie
Ook kunnen er fistels ontstaan waar pus en feces doorheen kan
Colitis; begint in rectum en kan uitbreiden
Symptomen: bloederige diarree, chronische buikpijn, anders defecatiepatroon, algehele malaise, gewichtsverlies, anemie, koorts. Afwisseling van exacerbatie en remissie. Pijnlijke rectale spasmen
Symptomen buiten orgaanstelsel: huidontstekingen, oogontstekingen, artirits, stomatitis, nieren en lever
Diagnostiek: crohn: palpitaties
Bloedonderzoek: ontsteking en anemie
Feceskweek; infectie uitsluiten
Beeldvorming; sigmoïd; colonscopie, MRI- CT abdominalen
Biopt en histologisch onderzoek
Behandeling: ontstekingsremmers, immuunsuppressiva, biologicals (remt cytokine), overig: AB, moliteitsremmers (diarreeremmers). En operatie en stoma
Dieetaanpassingen, en psychosocile begeleiding
Complicaties: verhoogt colorectaal carcinoom
Crohn: abces, fistel, obstructieve ileus, malabsorptie > vit gebrek, anemie, stollingsstoornis, galstenen, nierproblemen en amyloidose
Colitis: toxisch megacolon
Beide; afwijkingen in; huid, mondslijmvlies, oog, lever, galgang en gewrichten. Trombo embolisch
Prognose: crohn; juiste behandeling is prima of stoma, geen genezing.
Colitis: soms ZH opname of proctocolectomie, genezing mogelijk bij chirurgische verwijdering
Preventie; secundaire en teriaire preventie.
NSAID= niet, infectieziekten en screenings.
Verschillen crohn en colitis ulcerosa:
Risicofactoren; crohn verhoogd risico door roken en juist niet voor colitis
Locatie; crohn: dunne darm 80%
Colitis: in colon alleen
Aspect ontsteking: crohn: rectum niet en colon rechts.
Colitis: rectum wel en colon links
Symptomen: crohn rectaal bloedverlies alleen bij colon ontsteking
Colitis rectaal bloeverlies is aanwezig
Complicaties: crohn: fistels, abcessen en massa
Colitis: die dingen niet
Crohn: komt door het hele spijsverteringskanaal, segmentale aantasting, alle wanden van de darmwand ontsteken: fistels en abcessen
Colitis ulcerosa: alleen in dikke darm, begint in rectum of sigmoid, continue aantasting, niet alle lagen van darmwand ontstoken, rectaal bloedverlies en aandrang bij aantasting endeldarm/rectum
Colerectaal carcinoom; dikke darm kanker
Risicofactoren; hogere leeftijd, ongezonde leefstijl; rood vlees, weinig vezels, alcohol en roken, inflammatoire darmziekten en erfelijk
Etiologie; uit goedaardige poliep
Pathofysiologie; rechts; occult bloedverlies en anemie
Links; obstructie, buikpijn
Helderrood bloedverlies bij defecatie en loze aandrang
Metasteren; lymfogeen en hematogeen
Symptomen; gewichtsverlies en anemiesymptomen. Gastro-intestinaal; rectaal bloedverlies, defecatiepatroon verandering, buikpijn en loze aandrang
Lever metastasen; verminderde eetlust, misselijk en gewichtsverlies, vermoeidheid, geelzucht en jeuk
Long metastasen; hoest, benauwd en recidiverende luchtweginfecties
Diagnostiek; lichamelijk; palpitatie of rectaal toucher
Lab; hemo, MCV ferritine > anemie
Beeldvormend; colonscopie; biopt en tumor voor histologisch onderzoek, CT-thorax of abdomen voor metastasen
Behandeling; operatief, in combi met chemo, radio
In lever; operatie of thermische ablatie of pallaiatieve chemo of stent
Complicaties; na operatie; alle zooi
Naadlekkage > peritonitis
Stoma; ischemie, prolaps en littekenbreuk
Blaas- en seksuele functiestoornissen
Prognose; heel erg verschillend, hoe eerder ontdekt hoe groter de overlevingskans. Daarom bevolkingsonderzoek!!
Preventie; risicofactoren en bevolkingsonderzoek
Screeningsprogramma colorectaal carcinoom; elke 2 jaar brief thuis om iFOB-test te doen; fecaaloccultbloedtest. Is gratis en als er bloed in de feces is gevonden word je opgeroepen voor colonscopie
Slijmvlies lagen heten mucosa: darm, maag, mond
De hele darmlaag ontsteking: epitheel, tm serosa = crohn, fistels krijgen gaat dus door het hele laag heen. + wisselt delen af, gezond en ontstoken weefsel plekken
Toplaag ontstoken = colitis ulcerosa
Crohn kan van mond tot kont en colitis ulcerosa kan alleen in colon fistelvorming komt niet vaak voor bij darm
Darmkanker gaat meestal over dikke darm, bijna nooit in dunne darm.
Neo adjuvante radio of chemo = therapie VOOR chirurgie
Heel vaak chirurgie bij coloncarcinoom als curatief. Door laparotomie of laparoscopie = verwijdering van een segment/colon > aansluiten darmuiteinden of aanleg (tijdelijke) stoma