monomeren die als bouwstenen worden gebruikt voor complexere koolhydraten te maken, meest eenvoudigste vorm. Deze kan je nog verder indelen in aldosen (eindstandige carbonylgroep en stamnaam hex) en ketsoen (niet eindstandige carbonygorep met hex).
aldohexose
energiebron meeste organismen
ketohexose
onstaat 5hoek door positie carbonylgroep
fruit
zoetstof (2 keer zoet als fuctose)
lever kan deel fructose omzetten in glucose, rest is opgeslagen als lichaamsvet
aldohexose
hydroxylgroep op c4 atoom verschilt tov glucose
suiker in melk
alopentose
bouwstenen RNA
2 disachariden die met elkaar gaan reageren door een condensatiereactie
2 moleculen glucose
sportdranken, snelle stijging bloedsuikerspiegel9
enzym afbreken = maltase, gebruikt sleutelslotprinciepe
katalysator.
glucose en fructorose
kristalsuiker
uit suikerbieten en suikkeriet
sacharase zorgt voor afbreek
glucose en galactose
melk
lactase is afbraak enzyme
energiereserve in planten
amylose: polymeren uit glucose, liniraire ketens
amylase, afbreker zit in speeksel of zaadhuid planten, brouwen bier, kiemen graan
amylopectine, polymere, glucose, vertakte ketens
lost niet op in water (sterke waterstofbruggen)
reservestof dieren
vertakt polymeer van glucosemoleculen
goed oplosbaar water (vele vertakkingen kunnen geen waterstofbruggen onstaan)
insuline voorzogt dat glucose in glycogeen opgeslagen word waardoro bloedsuikerpsiegel daalt. glucagon zet thet terug om in glucose
polymeer glucose
geen alpha glucosemoleculen maar betaglucosemoleculen
waterstofbruggen voor stevigheid
celwand planten
momomeer lijkt op glucose maar heeft ch3-co-nh inpv hydoxyl
uitwenidg skelet ongewervelde
voedingstoffen van ons lichaam die afgekbroken worden tot aminozuren om lichaamseigen eiwitten te maken. steigheid cel en transportmoleculen.
restgroep bepaald de eigenschappen en is de eneige die verschilt.
h is niet actief (moet 4 verschillende c atomen
peptid is wnr carboxyl reageerd aminegroep waardoor dipeptide gevormd word en waterafgesplistt
primair: niets ruimtelijk maar wel specefieke volgorde
secundair: plooingen voor zaosl alpha helix en beta plaat,
tetraire structuur: nog verder 3d opbowuwing
quatrenaire: verschillende interacties tussen polypetide ketens
word in stand gebouwden door waterstofbruggen, elektrostatische aantrekkingskrachtnen, disulfide bindingen,…
geen repenterende monomeren maar zijn macromoleculen
gevormd van 3 ocndensatiereacties uit glycerol en 3 vetzurenook
verzadigd
vast op kamertemperatuur door grote londondispersiekrachten (dierlijke vetten) en regelmatige structuur vetzuurketens
onverzadigdevetten
minder goede stapeling, minder goede londondispersiekrachten en lager kookpunt
glyceror en 2 vetzuren, 1 fosfaatgroep (zorgt polaire kop)
teveel vet = verhoogd risico op hart en vaatziektes
teweinigvet: tekort essentiele vetzuren wat kan leiden tot hormonale stoornissen, vermoeidheid, spierverleis en verminderde vruchtbaarheid
verzadigd is slecht minder onverzadigd is beter
4 gecondenseerde ringen en appolair
zorgt stabiliteit van celmembraan
bijnierschors, okmt brij bij stress
geslachsthormoon aangemaakt in de eierstokken
mannelijke geslachthormoon
prestatiebevorderende eigenschappen
polymeren van nucleotiden die liniar aan elkaar gebonden zijn. bestaan uit monosacharide, stikstofhoudende base en fosfaatgroep.