biologie 4.5 seksualiteit

Je geslacht hangt af van je lichamelijke geslachtskenmerken. Je gender is een optelsom van je geslacht, identiteit, geaardheid en genderexpressie. Genderidentiteit gaat erom hoe je voelt. Als dit hetzelfde is als je geslacht, ben je cisgender. Als dat niet zo is, heet het genderdysforie. Transgender personen voelen zich bijv. man in het lichaam van een vrouw of andersom, en non-binaire personen voelen zich niet één bepaald geslacht.

Je geaardheid is tot welk geslacht of gender je je aangetrokken voelt. Bijvoorbeeld heteroseksueel (het andere geslacht), homoseksueel (man valt op mannen), lesbisch (vrouw valt op vrouwen), biseksueel (beide geslachten), aseksueel (geen seksuele aantrekking) of panseksueel (geslacht of gender maakt niet uit).

Seksualiteit gaat om alle gedachten, gevoelens en handelingen die te maken hebben met lust en opwinding. Het speelt een rol bij intimiteit (gevoel van verbondenheid), lustbeleving en voortplanting.

Een orgasme (klaarkomen) is een lekker gevoel door prikkeling van de eikel. De spieren rondom de geslachtsorganen spannen zich aan en mannen krijgen een zaadlozing. Een orgasme kan ontstaan door seksuele handelingen. Bij jezelf zorgen voor een orgasme heet masturbatie.

Het versturen van seksueel getinte berichten, foto’s of fimpjes heet sexting. Het ongevraagd doorsturen hiervan is verboden. Foto’s, films en teksten met het doel mensen te prikkelen heten porno(grafie). Dit geeft vaak geen realistisch beeld van seksualiteit.