les 3 landelijke archeologie

stappen

lijkt liniair project maar alles gebeurd hele tijd.

planning: doelstelling van het onderzoek, logistiek (werfplan), veiligheid

  • veiligheid

    • helm, fluo, veiligheidsschoenen

    • afscherming van werf, markering van gevaren

    • instortingsgevaar

      • beschoeiing

      • schuine of getrapte wanden

      • maar profielen?

  • waterbeheer

    • grondwaterniveau, doorlaatbaarheid ondergrond→ bemaling

    • afvalwater (zeven)

    • te droog?

      • nat maken en afdekken met zijl.

  • schaven: vlak leesbaar maken

    • met schop en later met trueel.

    • verkleuringen worden zichtbaar

  • fotograferen van vlak

    • ideaal

      • laadracht planbeeld (ev. rectificatie) markers

      • gelijkmatige, diffusie gelichting

      • verwijder storende elementen (opgravingsmateriaal)→ zo sober mogelijk

      • schaalaanduiding plaatsen (vb schalons)

      • schaanduiding, noordpijl indien mogelijk

      • grote vlakken: meerdere overlappende beelden.

  • identificeren van sporen

    • aankrassen en labelen (trueel ronden het maken van aantekeningen bij elke vondst om een duidelijk overzicht te behouden van de ontdekkingen. )

    • elk spoor uniek nummer

    • interpretatie ‘at the trowl’s ege’- de constructie van een dataset

      • hier al archeologische dataset aan het maken.

    • valse sporen

      • door bioturbatie (niet antropogene sporen)

        • kan ook interesant zijn

          • kijken wat in mollenhopen zit.

          • litische art uit boomval .

      • boomval→ je ziet gekantelde bodem

      • hollen

  • vlak intekenen

    • doel: allesporenkaart of vlakplan

    • dit wordt het basiswerkdocument waarop gaanderweg verdere info wordt opgenomen ( bv. liggen en oriëntatie van coupes, staalnames, bijzondere vondsten, hoogtemetingen,…)

    • hoogtemetingen

      • minimaal één per spoor, en bijkomend versprijd over het vlak.

      • om in te schatten welke sporen dieper bewaard zijn dan andere.

    • hoe intekenen?

      • op milimeterpapier

      • zie les 2 meetmethodes

      • schaal 1:50 of voorkeur

      • aanduiden op tekening: schaal, orientatie/nooordpijl, sitenaam, werkputnummer, aanduiding van lokalisering tov lokaal grid

      • datum en naam tekenaar

      • legende van symbolen

      • vaak in paar; zorgen voor duidelijke communicatie (meting x-y in zelfde volgorde, zong dat tekenaar…

      • planning frame voor intekenen van complexere sporen en vondscocentraties.

      • sporenkaart: zijn een natuurgetrouwe weergave van de realiteit. met natuurgetrouw wordt bedoeld: zoals en de realiteit visueel waarneemt→ maar er zijn al interpretaties genomen.

  • hoe sporen fotograferen

    • gelijkmatige, diffuse belichting

    • zorg voor

  • hoe sporen beschrijven?

    • textuur

    • compactie

    • kleur

      • dominante kleur

      • nuance

      • intensiteit

      • gevelkt, gestipt,…

    • inclusies: kleinere en grotere elementen in de matrix (vb, silex, houdskool, schelpfrachmenten…)

    • aard

    • aard van afleining (scherp/vaag)

    • in praktijk deels subjectief→ zorg voor consistentie

      • 1 pers doet beschrijvingen

  • bodemtextuur

  • munsell soil colour book

  • velddagboek

uitgraving

  • couperen van sporen

    • dwarsdoorsnede maken van spoor

      • waarom

      • wat wordt gecoupeerd

    • aanleggen van coupe

    • fotograferen van coupe

    • tekenen van coupe

    • hoe coupes te oriënteren?

      • greppels en grachten

      • paalkuilen

        • biografie van een paalgat

        • structuren

  • verder opgraven van sporen

aanleg vlak en meetsystemen

robot