5 - INKOPEN, VOEDING, KLEDING

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/450

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

451 Terms

1
New cards
winkelen, boodschappen doen
ir de compras
2
New cards
kopen
comprar
3
New cards
verkopen
vender
4
New cards
betalen
pagar
5
New cards

Betaalt u contant of met creditcard?

¿Paga en efectivo o con tarjeta?

6
New cards
de kassa
la caja
7
New cards
de prijs
el precio
8
New cards
hoeveel?
¿cuánto?
9
New cards

Hoeveel is het?

¿Cuánto es?

10
New cards
duur
caro, cara
11
New cards

Voor veel Spanjaarden is het leven heel duur geworden.

Para muchos españoles la vida se ha vuelto muy cara.

12
New cards
goedkoop
barato, barata
13
New cards

Hoeveel kosten de gamba’s?

¿A cuánto están las gambas?

14
New cards

Vandaag zijn ze erg goedkoop.

Hoy están muy baratas.

15
New cards
open, geopend
abierto, abierta
16
New cards
dicht, gesloten
cerrado, cerrada
17
New cards
dichtdoen
chapar
18
New cards
de winkel
la tienda
19
New cards
de markt
el mercado
20
New cards
de supermarkt
el supermercado
21
New cards
de hypermarkt (grote supermarkt)
el hipermercado
22
New cards
de bakker, de bakkerij
la panadería
23
New cards
de slagerij, de slager
la carnicería
24
New cards
de groentewinkel, de groenteboer
la verdulería
25
New cards
de viswinkel, de visboer
la pescadería
26
New cards
de staatswinkel voor tabak en postzegels
el estanco
27
New cards
de tabakswinkel
la cigarrería
28
New cards
het warenhuis
los (grandes) almancenes
29
New cards
het winkelcentrum
el centro comercial
30
New cards
de schoenenwinkel
la zapatería
31
New cards
de etalage
el escaparate
32
New cards
de etalage
la vitrina
33
New cards
de etalage
la vidriera
34
New cards
de fles
la botella
35
New cards

de driekwartliterfles

la botella de tres cuartos

36
New cards

een halve liter

de medio litro

37
New cards
het pakket, het pak
la paquete
38
New cards
de chocoladereep
la tableta de chocolate
39
New cards
de doos, de kist, de krat
la caja
40
New cards
wensen, willen
desear
41
New cards

Kan ik u helpen?

¿Qué desea usted?

42
New cards
de klant

el, la cliente

43
New cards
de klant
el marchante, la marchanta
44
New cards
kosten
costar
45
New cards
bedienen, helpen
atender
46
New cards
passen, aandoen
probarse
47
New cards
het pashokje, de paskamer
el probador
48
New cards

Ik heb mijn handtas in de paskamer laten liggen.

Me he dejado el bolso en el probador.

49
New cards
goed/slecht staan
estar bien/mal
50
New cards
goed/slecht staan
ir bien/mal
51
New cards
leuk/lekker vinden, houden van
gustar
52
New cards
lang
largo, larga
53
New cards

Die broek is me te lang.

El pantalón me está largo.

54
New cards
kort
corto, corta
55
New cards

De rok is jou te kort.

La falda te queda corta.

56
New cards
smal, nauw
estrecho, estrecha
57
New cards
smal
angosto, angosta
58
New cards
wijd, groot
ancho, ancha
59
New cards
mooi
bonito, bonita
60
New cards
mooi, leuk
lindo, linda
61
New cards
te veel
demasiado, demasiada
62
New cards
te
demasiado
63
New cards
eten
comer
64
New cards
houden van, lekker vinden
gustar
65
New cards

Ik houd van…

Me gusta….

66
New cards
de honger
el hambre
67
New cards
het ontbijt
el desayuno
68
New cards
ontbijten
desayunar
69
New cards

Hun ontbijt bestaat alleen uit koffie.

Solo desayunan el café bebido.

70
New cards

lunchen, een lichte maaltijd in de ochtend gebruiken

almorzar
71
New cards

de lunch, de lichte maaltijd in de ochtend

el almuerzo
72
New cards

het eten, de maaltijd, het middageten

la comida
73
New cards
het avondeten, het diner
la cena
74
New cards

Zal ik het avondeten voor je klaarmaken?

¿Te preparo la cena?

75
New cards

eten ('s avonds), dineren

cenar

76
New cards
het tafelkleed
el mantel
77
New cards
het servet
la servilleta
78
New cards
het glas
el vaso
79
New cards

Een glas wijn graag.

Póngame un vaso de vino, por favor.

80
New cards
het kopje, de kop
la taza
81
New cards
het bord
el plato
82
New cards
het platte bord
el plato llano
83
New cards
het platte bord
el plato playo
84
New cards
het diepe bord
el plato hondo
85
New cards
het bestek
el cubierto
86
New cards
het mes
el cuchillo
87
New cards
het vork
el tenedor
88
New cards
de lepel
la cuchara
89
New cards
het theelepeltje
la cucharilla
90
New cards
drinken
beber
91
New cards
de dorst
la sed
92
New cards
het drankje, de drank
la bebida
93
New cards
het mineraalwater
el agua mineral
94
New cards
het sap
el zumo
95
New cards
het sap
el jugo
96
New cards
de koffie
el café
97
New cards

koffie met melk

café con leche

98
New cards
de espresso met een beetje melk
el cortado
99
New cards
de thee
el té
100
New cards
de melk
la leche

Explore top notes

Explore top flashcards