Examen Engels woordenschat

an island

een eiland

a harbour

een haven

immigrants

een immigrant

destroyed

vernietigen

emmediatly

onmiddellijk

fireproof

vuurbestendig

to take after

lijken op

dormitories

een slaapzaal

upon arrival

bij aankomst

inspected

inspecteren

visible

zichtbaar

ailments

een aandoening

denied admission

de toegang ontzeggen

citizens

een burger

to trace

traceren

ancestry

afkomst

an asylum seeker

een asielzoeker

to repatriate

repatriëren

a stateless person

een staatloze persoon

a refugee

een vluchteling

to smuggle

smokkelen

to describe

beschrijven

to excel

uitblinken

to graduate

afstuderen

a colleague

een collega

an entrepreneur

een ondernemer

brain drain

kennisvlucht

human trafficking

mensenhandel

a guest worker

een gastarbeider

a refugee camp

een vluchtelingenkamp

a trade

een handel

an engineer

een ingenieur

a scholarship

een studiebeurs

a civil war

een burgeroorlog

an achievement

een prestatie

to emigrate

emigreren

to chase

najagen

elusive

moeilijk te vangen

unreachable

onbereikbaar

the persistent

de aanhouders

an economist

een econoom

an oppertunity

een kans

a millionaire

een miljonair

pollution

vervuiling

unbearable

ondraagelijk

became accustomed

gewend raken aan

homesickness

heimwee

longs for

verlangen naar

a skill

een vaardigheid

to master

machtig worden

to succeed

succes hebben

a misconception

een misvatting

are trapped in

gevangen zitten in

dire

droevig

to screw up

het verknoeien

to fall apart

uiteenvallen

to ask around

rondvragen

to bring up

opvoeden

to eat out

uit eten gaan

to take after

lijken op

to give in

toegeven

to hand in

indienen

to break down

instorten

to come down with

ziek worden

to break up

uit elkaar gaan

to call off

afzeggen

to get on

overweg kunnen

to pass away

sterven

to run into

iemand aantreffen

to go back

teruggaan

port

bakboord

a galley

een kombuis

a deck

een dek

the bow

een boeg

a berth

een ankerplaats

the bridge

de brug

the stern

de achtersteven

a cruise agent

een reisagent voor cruises

to disembark

van boord gaan

an itineray

een reisroute

a port of call

een aanloophaven

a knot

een knoop

a muster station

een verzamelplaats

starboard

stuurboord

a cabin

een slaaphut

a stateroom

een luxueuze passagiershut

a gangway

een loopplank

a buoy

een boei

the hull

een scheepsromp

the hold

het scheepsruim

to embark

aan boord gaan

a departure port

een vertrekhaven

to moor

aanmeren

a fleet

een vloot

a maiden voyage

een eerste reis

exclusively

uitsluitend

volunteers

vrijwilligers

to recruit

aanwerven

recruitment posters

een wervingsposter

had volunteerd

zich vrijwillig aanmelden