p 196 - 202

0.0(0)
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/181

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

Accounting

Kindergarten

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

182 Terms

1
New cards
Het weerstand bieden aan een regel
La résistance à une règle
2
New cards
Het verzet tegen een regel
L’opposition à une règle
3
New cards
Het in vraag stellen van een regel
La remise en question / en cause d’une règle
4
New cards
Weerstand bieden aan een regel
Résister à une règle
5
New cards
Zich verzetten tegen een regel
S’opposer à une règle
6
New cards
Een regel in vraag stellen
Remettre en question / en cause une règle
7
New cards
Het overschrijden, het overtreden van …
La transgression d’une règle …
8
New cards
Het schenden van een regel
La violation d’une règle … (≠ le viol)
9
New cards
De inbreuk op een wet
L’infraction à une loi
10
New cards
Een regel, norm, wet overschrijden, overtreden
Transgresser une règle
11
New cards
een wet schenden
Violer une loi (≠ violer qqn)
12
New cards
Inbreuk maken op een wet
Enfreindre une loi
13
New cards
een regel met de voeten treden
Bafouer une règle
14
New cards
Een regel trotseren, doorbreken
Défier, braver, briser une règle
15
New cards
Een norm overschrijdend gedrag
Un comportement transgressif
16
New cards
Een illegale daad
Un acte illégal
17
New cards
Een gedrag dat ingaat tegen de regels / in strijd met de regels
Un comportement défiant les règles
18
New cards
Een niet respectvol gedrag
Un comportement irrespectueux
19
New cards
Een onaangepast gedrag
Un comportement inapproprié
20
New cards
Het afwijken van een regel, wet, norm
La déviance d’une norme
21
New cards
Onbeschaafdheid
L’incivilité
22
New cards
Gebrek aan burgerzin
L’incivisme
23
New cards

Afwijken van een regel, norm, wet
Dévier d’une règle
24
New cards
Afwijkend gedrag
Un comportement déviant
25
New cards
Abnormaal gedrag

Un comportement anormal
26
New cards
Het geweld
La violence
27
New cards
Een gewelddaad
Un acte de violence
28
New cards
Iemand geweld aandoen
Commettre des violences sur quelqu’un ; commettre un acte de violence
29
New cards
Geweld met geweld beantwoorden
Répondre à la violence par la violence
30
New cards
Geweld ondergaan
Subir des violences
31
New cards
blootgesteld zijn aan geweld
être exposé à des violences
32
New cards
Gewelddadig
Violent
33
New cards
Zinloos geweld, blind geweld
La violence gratuite, la violence aveugle, la violence arbitraire
34
New cards
Huiselijk/ intrafamiliaal geweld
La violence domestique/ intrafamiliale
35
New cards
Partnergeweld
La violence conjugale
36
New cards
Fysiek, verbaal, psychisch, seksueel geweld
La violence physique, verbale, psychique, sexuelle
37
New cards
Geweldloosheid
La non-violence
38
New cards
De agressie
L’agression (une)
39
New cards
Agressie plegen op iemand
Agresser quelqu’un
40
New cards
Een agressieve daad, houding
(un acte) agressif/ (une attitude) agressive
41
New cards
Zinloze, blinde agressie
L’agression gratuite, aveugle, arbitraire
42
New cards
Het misbruik
L’abus
43
New cards
Misbruik maken van iemand
Abuser de qn
44
New cards
Misbruikt worden
Qn est abusé
45
New cards
Misbruik maken van een machtspositie, van zijn macht
Abuser d’une position de pouvoir, abuser de son pouvoir
46
New cards
De verkrachting
Le viol (=/= la violation d’une loi)
47
New cards
Iemand verkrachten
Violer quelqu’un (=/= violer une loi)
48
New cards
De agressor, de geweldpleger
L’agresseur, l’auteur des violences
49
New cards
Het slachtoffer
La victime
50
New cards
Het slachtoffer van geweld zijn
Être la victime de violences
51
New cards
De verkrachter
Le violeur
52
New cards
De klager
Le plaignant
53
New cards
Klacht indienen wegens geweld
Déposer/porter plainte pour violence
54
New cards
De vertrouwenspersoon
Une personne de confiance
55
New cards
De bemiddelaar
Le médiateur
56
New cards
De tussenpersoon
L’intermédiaire
57
New cards
De raadgever
Le conseiller
58
New cards
Een aanslag
Un attentat
59
New cards
Een terreurdaad
Un acte de terrorisme
60
New cards
Een aanslag, terreurdaad plegen
Commettre un attentat, un acte de terrorisme
61
New cards
Een antiterreurmaatregel
Une mesure antiterroriste
62
New cards
Terreur, aanslagen bestrijden
Lutter contre le terrorisme, contre les attentats ; combattre le terrorisme
63
New cards
De pleger van een aanslag, de terrorist
L’auteur d’un attentat, le terroriste
64
New cards
Een kwetsuur
Une blessure
65
New cards
Iemand kwetsen
Blesser quelqu’un
66
New cards
Kwetsend
Blessant
67
New cards
Het aanzetten tot discriminatie, haat
L’incitation à la discrimination, à la haine
68
New cards
Aanzetten tot discriminatie, haat
Inciter à la discrimination, à la haine
69
New cards
Discriminerend gedrag
Le comportement discriminatoire
70
New cards
De pesterij
L’intimidation, le harcèlement
71
New cards
De pester
Le harceleur
72
New cards
Pesten
Intimider qn, harceler qn
73
New cards
Blootgesteld zijn aan, ondergaan, lijden onder pesterij
Être exposé au harcèlement, subir le harcèlement, souffrir du harcèlement
74
New cards
Pesterij
Le harcèlement moral
75
New cards
Ongewenst gedrag
Le harcèlement sexuel
76
New cards
Cyberpesten
Le cyberharcèlement
77
New cards
De vernedering
L’humiliation (une), la dégradation
78
New cards
Iemand vernederen
Humilier/dégrader qn
79
New cards
Een vernederend gedrag
Un comportement humiliant/ dégradant
80
New cards
Ongepast gedrag
Un comportement inapproprié
81
New cards
De tolerantie t.o.v.
La tolérance face à
82
New cards
Tolereren
Tolérer
83
New cards
Tolerant zijn
Etre tolérant
84
New cards
Permissiviteit, toegeeflijkheid, begrip/ welwilligheid
La permissivité, l’indulgence, la bienveillance
85
New cards
Iets aan iemand toestaan
Permettre quelque chose à qn
86
New cards
Permissief zijn
Etre permissif (-ive)
87
New cards
Laksheid, te grote toegeeflijkheid
Le laxisme
88
New cards
Laks, te toegeeflijk zijn
Etre laxiste
89
New cards
Nultolerantie, zonder toegeeflijkheid
La tolérance zéro, sans indulgence
90
New cards
De berechting/ berechtiging
Le jugement
91
New cards
Iemand berechten
Juger qn
92
New cards
Iemand die berecht moet worden
Qn de justiciable
93
New cards
De veroordeling wegens
La condamnation pour
94
New cards
Iemand voor iets veroordelen ; iemand tot iets veroordelen
Condamner qn pour; condamner qn à qc
95
New cards
De (ter dood) veroordeeld
Le condamné (à mort)
96
New cards
Een boete
Une amende
97
New cards
Iemand/ iets beboeten
Infliger une amende à qn
98
New cards
De straf
Une punition, une peine, une sanction
99
New cards
Een straf opleggen = iemand straffen; iets bestraffen
Infiger une peine à qn = punir/ sanctionner qn ; pénaliser qc
100
New cards
Een strafbare feit
Un acte passible d’une peine