frans 2
0.0(0)
Studied by 1 person
Learn
Practice Test
Spaced Repetition
Match
FlashcardsCard Sorting
1/165
Study Analytics
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
166 Terms
1
New cards
pratiquer un sport
een sport beoefenen
2
New cards
faire du sport
een sport doen
3
New cards
être passionné de
een passie hebben voor
4
New cards
s'entrainer
trainen
5
New cards
un entrainement
een training
6
New cards
un entraineur
een trainer
7
New cards
un club de sport
een sportclub
8
New cards
un sportif
een sporter
9
New cards
un athlète
een atleet
10
New cards
un joueur
een speler
11
New cards
un amateur
een amateur
12
New cards
un professionel
een professional
13
New cards
un joueur de haut niveau
een speler op hoog niveau
14
New cards
un sport d'équipe/individuel
een groepssport/een individuele sport
15
New cards
participer à une compétition
deelnemen aan een competitie
16
New cards
faire un tournoi
een toernooi spelen
17
New cards
un match
een match
18
New cards
une rencontre
een ontmoeting
19
New cards
un match à domicile
een thuismatch
20
New cards
un match aller/retour
een thuis en uitwedstrijd
21
New cards
une partie
een partijtje
22
New cards
une épreuve sportive
een een sportieven
23
New cards
un concours sportif
een sportwedstrijd
24
New cards
le championnat du monde
het wereldkampioenschap
25
New cards
le championnat d'Europe
het Europees kampioenschap
26
New cards
les jeux olympiques
de olympische spelen
27
New cards
les jeux paralympiques
de paralympische spelen
28
New cards
gagner une médaille
een medaille winnen
29
New cards
brandir une coupe
een trofee in de lucht houden
30
New cards
battre un record
een record verbreken
31
New cards
repousser ses limites
zijn grenzen verleggen
32
New cards
marquer des points
punten scoren
33
New cards
gagner
winnen
34
New cards
perdre
verliezen
35
New cards
la victoire
de overwinning
36
New cards
la défaite
het verlies
37
New cards
l'équipe
de ploeg
38
New cards
le capitaine
de kapitein
39
New cards
un espoir
een belofte
40
New cards
un prodige
een talent
41
New cards
le favori
de favoriet
42
New cards
l'outsider
de outsider
43
New cards
le fair-play
het eerlijk spel
44
New cards
l'homme du match
de man van de match
45
New cards
se qualifier
zich kwalificeren
46
New cards
l'équipe nationale
de nationale ploeg
47
New cards
le sélectionneur national
de bondscoach
48
New cards
soutenir son équipe
supporteren voor zijn team
49
New cards
encourager les joueurs
de spelers aanmoedigen
50
New cards
les encouragements de la foule
de aanmoedigingen van de massa
51
New cards
applaudir
applaudisseren
52
New cards
chanter
zingen
53
New cards
les chants de stade
de stadion gezangen
54
New cards
le chauvinisme
het chauvinisme
55
New cards
le hooligan
de hooligan
56
New cards
l'interdiction de stade
het stadionverbod
57
New cards
la mascotte
de mascotte
58
New cards
le drapeau
de vlag
59
New cards
la fan zone
de fanzone
60
New cards
demander un autographe
een handtekening vragen
61
New cards
le matériel sportif
het sportmateriaal
62
New cards
la tenue de sport
de sportkleding
63
New cards
le maillot
het truitje
64
New cards
le dossard
het rugnummer
65
New cards
les chaussures de sport
de sportschoenen
66
New cards
les protections
de bescherming
67
New cards
le ballon
de bal
68
New cards
la balle
de kleine bal
69
New cards
le filet
het net
70
New cards
le but
het doel
71
New cards
la raquette
de raket
72
New cards
le sac de sport
de sportzak
73
New cards
la bande de résistance
de weerstandsband
74
New cards
se muscler
gespierd worden
75
New cards
se renforcer
sterker worden
76
New cards
s'améliorer
zich verbeteren
77
New cards
se détendre
zich ontspannen
78
New cards
se changer les idées
z'n gedachten verzetten
79
New cards
se sentir bien dans sa peau
zich goed in zijn vel voelen
80
New cards
se sentir au top
zich top voelen
81
New cards
se sentir en forme
zich in vorm voelen
82
New cards
renforcer son physique
z'n fysiek versterken
83
New cards
se remettre en forme
terug in vorm geraken
84
New cards
la remise en forme
het terug in vorm geraken
85
New cards
se blesser
zich kwetsen
86
New cards
se fracturer
breken
87
New cards
se déchirer
zich verscheuren
88
New cards
se fouler
zich verstuiken
89
New cards
s'épuiser
zich uitputten
90
New cards
se doper
zich doneren
91
New cards
être positif
positief zijn
92
New cards
être suspendu
geschorst worden
93
New cards
la nourriture
de voeding
94
New cards
les vitamines
de vitaminen
95
New cards
un en-cas
een tussendoortje
96
New cards
la barre énergétique
de energiebar
97
New cards
la gourde
de drinkbus
98
New cards
l'hydratation
de hydratatie
99
New cards
la boisson énergétique
de energiedrank
100
New cards
la motivation
de motivatie
Note 
Flashcards (21)